Inbreng SO Ontwerp­be­sluit tot wijziging van het Besluit houders van dieren in verband met het stellen van brand­vei­lig­heids­voor­schriften


31 januari 2024

Inbreng PvdD SO Ontwerpbesluit tot wijziging van het Besluit houders van dieren in verband met het stellen van brandveiligheidsvoorschriften

De leden van de Partij voor de Dieren hebben met teleurstelling kennisgenomen van het Ontwerpbesluit tot wijziging van het Besluit houders van dieren in verband met het stellen van brandveiligheidsvoorschriften.

Drie jaar geleden oordeelde de Onderzoeksraad voor Veiligheid vernietigend over de kabinetsaanpak van stalbranden: geld gaf steevast de doorslag om dieren niet beter te beschermen tegen stalbranden. De kosten om de brandveiligheid te verbeteren zouden te hoog zijn voor de veehouders en de veehouderijsector. Geld woog voor het kabinet zwaarder dan de belangen van dieren.

Naar aanleiding hiervan zei de toenmalige minister “de volle verantwoordelijkheid” te nemen om stalbranden tegen te gaan en kondigde een maatregelenpakket aan.

Inmiddels zijn we bijna drie jaar verder en is er niks veranderd. Sinds het vernietigende oordeel van de OvV zijn er weer ruim 200.000 dieren levend verbrand of gestikt in de rook. Dieren zitten nog steeds weggepropt in overvolle stallen vol brandgevaarlijke technieken en luchtwassers, zonder mogelijkheden om te ontsnappen aan een brand. Na elke kritische vraag over het gebrek aan maatregelen om stalbranden tegen te gaan, zegt de minister dat iedere stalbrand verschrikkelijk is en er één te veel is. Maar uit de acties van de minister blijkt niet dat hij dit daadwerkelijk meent. Van het nemen van de volle verantwoordelijkheid is niks terug te zien.

Het eerder aangekondigde maatregelenpakket werd volledig uitgekleed en het kabinet deed zo weinig om stalbranden tegen te gaan dat de OvV zich recent genoodzaakt voelde opnieuw met een duidelijke reactie te komen, met de conclusie dat de aanbevelingen uit het eerdere rapport grotendeels niet zijn opgevolgd en dat de aanpak van stalbranden stagneert. Pas na drie jaar wordt de eerste maatregel doorgevoerd: een verplichte brandveiligheids- en elektrakeuring. Maar deze maatregel alleen is niet voldoende. Erkent de minister dat hij te laat actie heeft ondernomen? Deelt de minister de mening dat met een voortvarendere en daadkrachtigere aanpak mogelijk veel dierlijke slachtoffers hadden kunnen worden voorkomen?

In een recente Kamerbrief onderstreept de minister opnieuw het belang van het tegengaan van stalbranden, maar ondertussen wordt opnieuw een maatregel geschrapt: het compartimenteren van de technische ruimte. Een maatregel waarvan het Economisch Instituut voor de Bouw in 2019 juist stelde dat deze tijd zou geven om een brand te blussen voordat deze overslaat naar de ruimte waar de dieren staan.[1] Dat zou veel dierenlevens kunnen redden. Ook de aanbeveling van de EIB om dakisolatie brandklasse B te verplichten voor bestaande stallen, wordt niet overgenomen. Waarom niet? Wat gaat de minister dan wél doen om de brandveiligheid van bestaande stallen te verhogen? Verder constateren de leden dat de minister, en zijn voorgangers, eerst jaren hebben gewacht op allerlei onderzoeken en dat ze, na het verschijnen van de onderzoeken, maanden gaan besteden aan het ontwikkelen van een ‘denkkader’. Hoeveel rapporten, onderzoeken, plannen, maatregelenpakketten en denkkaders wil de minister nog hebben voordat hij actie onderneemt? Hoeveel dieren moeten er nog levend verbranden of stikken in de rook voordat ze de bescherming krijgen die ze verdienen?

Een maatregel die opgenomen was in het oorspronkelijke maatregelenpakket, maar waar daarna toch een streept door werd gezet, wil de minister nu toch wel weer doorvoeren. Gelukkig erkent de minister inmiddels dat het beperken van brandcompartimenten belangrijk is. De leden van de Partij voor de Dieren vinden het belangrijk dat deze maatregel daadwerkelijk gaat worden doorgevoerd en vragen de minister hier haast mee te maken.

Verder vindt de Partij voor de Dieren het stuitend dat er niet wordt gewerkt aan vluchtmogelijkheden voor de dieren, met als reden dat dat dieren in de intensieve veehouderij niet zelfredzaam zijn. Vindt de minister het gek dat als je dieren opgesloten houdt in megastallen, waar ze nooit daglicht kunnen zijn, waar varkens niet kunnen wroeten en eenden niet kunnen zwemmen, ze niet zelfredzaam zijn? Waarom accepteren we dat dieren zo worden doorgefokt en zo weinig natuurlijk gedrag kunnen vertonen, dat ze zichzelf niet kunnen redden als dat nodig is?

Waarom zet de minister niet in op het vergroten van de zelfredzaamheid van dieren in combinatie met het creëren van vluchtroutes voor dieren, zodat dieren bij een stalbrand kunnen ontsnappen, in plaats van levend verbranden?


[1] Rapport Stalbrandpreventie. EIB. 2019 https://www.eib.nl/pdf/Prevent...

Interessant voor jou

Bijdrage Kostic aan begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit 2024

Lees verder

Bijdrage Ouwehand aan begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit 2024

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer