Bijdrage AO Klimaat en Energie


4 september 2019

Voorzitter. Ook ik wil mevrouw Yeşilgöz-Zegerius van harte bedanken voor de uiterst prettige manier waarop zij, in ieder geval mij, iedere keer weer laat zien dat wij toch echt heel veel haast en urgentie nodig hebben in het klimaatdebat. Op die manier brengt zij het beste bij mij naar boven. Veel dank daarvoor.

Ik heb drie punten: biomassa en de Amazone, zonneladers en de elektriciteitsnetwerken, en tot slot Urgenda en andere klimaatdoelen. Duurzame biomassa bestaat vooralsnog niet. Het idee van biomassa bestaat misschien wel, maar duurzame biomassa bestaat nog niet in de praktijk. Ook is de definitie niet goed, maar deze regering leunt daar toch zwaar op. Dat is irrationeel gedrag. Veel duurzame-energieopwekkers zoals bronnen worden namelijk gekenmerkt door het gegeven dat zij als zij eenmaal ontstaan of ontsloten zijn, energie produceren door een relatief probleemloze aanvoer van hetzij zonlicht of wind en in zekere mate zelfs water.

Maar Nederland lijkt juist te gaan voor een energiebron die constante en problematische voeding vereist: constant nieuwe vers versnipperde bossen in de biomassacentrales of een constante stroom van mest in de mestvergisters. Dat levert CO2-uitstoot op en wij verkrijgen die brandstof door het kappen van bossen en het in stand houden van een gigantische bio-industrie. We moeten bomen blijven kappen, we moeten mest blijven produceren. Sommigen, onder wie de minister, zeggen dan: ho, wacht eens even, maar we gaan goede duurzaamheidskaders ontwikkelen.

Maar iedereen hier weet dat we met z'n allen niet alleen op frituurvet kunnen rijden en dat biomassacentrales niet draaiende zullen blijven als we alleen maar snoeiafval gebruiken. Professor Katan becijferde hier al eens dat we, als we alle bomen in Nederland zouden kappen, negen maanden kunnen draaien en energie opwekken. Meerdere instanties waarschuwen al voor een sterk overvragen van biomassa. Kan de minister ons nou eens een keer een schatting geven van het verschil tussen de geplande vraag en het geplande aanbod, dus hoe vaak de vraag het aanbod overstijgt? Sommigen spreken namelijk van een factor tien; anderen spreken zelfs van een factor zeventien.

Bij biomassa ligt ook fraude op de loer, door wat niet groen is groen te maken. Producenten van biodiesel werden afgelopen zomer nog veroordeeld. Dat fraudegevoelige aandeel biobrandstoffen, afkomstig uit fraude veroorzakende bio-energie, is 32% van het totale aanbod. Op papier zag het er allemaal duurzaam uit. Eerder werd al bekend dat er een levendige handel is in chemisch afval, dat duur is om te verwerken, of in bijvoorbeeld dode kalfjes of ontvelde nertsenlijken, die verwerkt kunnen worden in mestvergisters.

Kortom, we hebben een onjuist beeld van biomassa als energiebron gekregen. Dat problematische beeld van biomassa wordt nog eens des te meer pijnlijk duidelijk bij de Amazonebranden. Deze branden, aangestoken ten behoeve van de landbouw, zijn rampzalig. Dat vinden we hier immers allemaal. Maar waarom vinden we bosbranden zo rampzalig en een meer gecontroleerde verbranding van bossen voor energieproductie dan zo'n geweldige oplossing? Want, ondanks de verschillen die er natuurlijk zijn tussen oerwoud versus productiebos, in beide gevallen wordt een bos tegen de vlakte gewerkt voor het produceren van een product voor economische belangen op de korte termijn. Er wordt CO2 uitgestoten en daarmee zijn natuur en klimaat niet geholpen. Ziet de minister deze overeenkomst en hoe krijgen we nou een wat kritischer houding van de minister ten opzichte van de biomassa?

Voorzitter. Zonneladders en de elektriciteitsnetwerken. Dank aan de minister voor het rapport van de Wageningen Universiteit over de natuur in en om zonneparken. Wat gaan we nou doen met deze kennis? Gaan we deze kennis toepassen? En hoe gaan we ervoor zorgen dat de natuur maximaal gaat profiteren van deze kennis, dus dat natuurgebieden ontzien worden en in de zonneladders de onderste trede niet meer voorkomt? Het rapport stelt dat de wijze waarop de parken worden ingericht en onderhouden, van wezenlijk belang is voor de natuurwaarden die behaald kunnen worden.

De vraag is dus eigenlijk: wat gaat de minister concreet doen met al die aanbevelingen voor de nieuwe zonneparken? Ik zeg expliciet "de zonneparken die nog aangelegd worden", want zoals het er nu uitziet, kan een aantal geen doorgang vinden omdat er geen netcapaciteit beschikbaar is. De minister stelt dat in 2016 niet te voorzien was dat we zo snel zo veel zonnepanelen zouden installeren. Dat lijkt toch echt een beetje op falend beleid, gegeven alle aanwezige kennis op dat moment. Zou het kunnen komen doordat in het huidige systeem een perverse prikkel zit voor netbeheerders om verzwaringen uit te stellen? Als ze de kosten laag houden, doen ze het immers beter dan hun medemonopolisten en krijgen ze een betere vergoeding. Graag een reactie van de minister.

Het laatste punt: Urgenda en de andere klimaatdoelen. Voor het reces is de motie van de Partij voor de Dieren aangenomen die de regering oproept om alle Urgendamaatregelen serieus te bekijken en de Kamer te infomeren over de afweging waarom ze welke maatregelen wel of niet gaat nemen. Hoe staat het met de uitvoering van die motie? Herkent de minister ook een beetje het cynisme dat kan ontstaan wanneer staatssecretaris Stientje van Veldhoven nog een keer een prijsvraag gaat uitschrijven voor maatregelen, op het moment dat Urgenda 40 maatregelen aankondigt? Gisteren zijn er bijvoorbeeld alweer 522 duurzame ideeën overhandigd en dan komt de staatssecretaris nog een keer met een prijsvraag. Ziet de minister dat cynisme ook? Kan hij dat zien?

Over doelen gesproken: ik kom op de 2030-doelen en Denemarken. Nederland noemt zich graag onderdeel van een Europese kopgroep. Denemarken kondigde recent een aanscherping van het CO2-beleid aan, met een CO2-reductiedoel naar maar liefst 70% ten opzichte van 1990. Dat is nota bene ook nog een keer wettelijk bindend. Het contrast met het boterzachte Nederlandse doel kan natuurlijk bijna niet groter zijn. Mijn vraag: kent de minister het Deense voorstel? Is hij bereid bij zijn Deense collega te informeren naar de afwegingen bij deze aanscherping en de Tweede Kamer daarover te informeren?

Tot slot, mijn laatste zin, misschien. Deelt de minister de mening dat er eigenlijk geen enkele reden is om het Deense voorbeeld niet te volgen?

Interessant voor jou

Inbreng PvdD schriftelijk overleg Landbouw- en Visserijraad op 15 juli 2019

Lees verder

Bijdrage Ouwehand aan debat over preventieakkoord

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer