Bijdrage Kostić aan debat over de NVWA


11 februari 2025

Voorzitter, we kennen deze minister als iemand die zorgen over dierenleed in de Nederlandse bio-industrie allemaal overdreven vindt. Een pijnlijke opvatting, als je bedenkt dat meer dan 20 miljoen dieren per jaar van ellende creperen in de stallen. Dat zijn iedere dag meer dan 50.000 dieren die het slachthuis niet eens halen.  Maar het is je taak als minister om in ieder geval de opdracht uit te voeren die de Kamer je al jaren meegeeft. 

De Kamer wil namelijk af van diertransporten op snikhete dagen. Want je kunt je afvragen: moeten dieren in de laatste uren voor hun dood in 2025 nog steeds éxtra lijden in bloedhete, volgepropte vrachtwagens, onderweg naar het slachthuis? Je zou bijna denken van niet. En gelukkig had de voorganger van deze minister het verbod al uitgewerkt en he-le-maal klaarliggen op het ministerie om in 2024 in te voeren. Het enige wat nog hoefde te gebeuren was de Europese Commissie laten weten dat Nederland dit verbod gaat invoeren. Maar toen nam de BBB het ministerie van landbouw over. Deze minister zei eerst: ik kijk nog even of ik dat verbod wel ga uitvoeren. Dus wat deed de Kamer? Die riep de minister per motie nóg een keer op om gewoon door te gaan met het verbod, en het te notificeren bij de Europese Commissie, zodat het snel kan worden ingevoerd. En wat doet deze minister nu? Met een woordentruc zegt ze dat ze die motie wel uitvoert - want ze gaat het verbod notificeren in Europa – maar vervolgens gaat ze het verbod niet invoeren. Want de minister wil weer nog meer onderzoek naar de impact voor de sector. 

Voorzitter, die impactanalyses liggen allemaal klaar. En de minister weet dondersgoed dat de Kamer wil dat dit verbod snel in werking treedt. Waarom kiest zij wéér voor de bio-industrie, ten koste van de dieren? Waarom weer tégen de wil van een meerderheid van Nederland en van het parlement in? Er liggen gewoon drie aangenomen moties, met een dikke Kamermeerderheid. De Kamer moet bij deze minister voor elke kleine stap voor de dieren een gigantisch gevecht voeren.  Dat zagen we bij de stroomstootwapens.  Dat zien we bij de maximumtemperatuur voor diertransporten.  Dat zien we óók bij de slachtsnelheden. De vorige minister erkende dat dierenwelzijn niet geborgd is in slachthuizen.  Dat betekent dat iedere dag 1,4 miljoen dieren welbewust worden blootgesteld aan ernstige risico’s. Bij grote slachthuizen gaan er tot 13,5 duizend kuikens, 675 varkens en 240 kalfjes per uur doorheen. Dit is onverantwoord. De Kamer heeft meerdere keren verzocht om de slachtsnelheid te verlagen. Maar deze minister weigert dat. Nu maakt ze het nog bonter, want in een recente Kamerbrief staat er opeens dat twee slachthuizen hun slachtsnelheid mogen verhogen.  Dus ze voert de aangenomen Kamermoties niet alleen niet uit.  Ze doe het tegenovergestelde. De Kamer wil verlaging, en de minister kiest voor verhoging.  Maar het worden nu “pilots over de bandsnelheid” genoemd. Alsof de Kamer het dan wel prima vindt.  Weer een woordentruc, ten koste van de dieren.  De slachtsnelheid moét omlaag. Waarom negeert de minister het verzoek van de Kamer? 

Al jaren stelt het NVWA dat slachthuizen onvoldoende verantwoordelijkheid nemen om dierenwelzijn en voedselveiligheid te borgen. En ook in een nieuw rapport stelt de NVWA heel duidelijk dat veel dieren in de veehouderij lijden. Dit jaar bleek wéér dat transportbedrijven ernstig zieke, gewonde en kreupele dieren afleveren bij het slachthuis. Dit is gewoon verboden, maar de pakkans is klein en de boetes te laag. Voor dieren is het gesleep sowieso stressvol, maar voor gewonde dieren is het al helemaal een lijdensweg. Dieren sterven zelfs onderweg naar het slachthuis. Het gaat hier dus om dieren die helemaal kapot zijn gemaakt in de bio-industrie en dan nog even in de laatste momenten van hun leven verder de ellende in worden geduwd. In 2023 kwamen 4200 varkens dood aan bij slachthuizen. Jaarlijks worden bij de grootste slachterij van Nederland, Vion, minstens 3000 varkens afgeleverd met een gebroken poot. En dit is nog maar het topje van de ijsberg. Want de NVWA komt maar op 3,5% van de bedrijven. Er zijn veel stallen waar de NVWA jarenlang niet komt. Veel dieren worden aan hun lot overgelaten terwijl er nooit een inspecteur komt kijken.  

Voorzitter, er is maar 1 manier is om de kans op ernstig lijden van dieren daadwerkelijk te verkleinen.  Dat is veel minder dieren fokken, gebruiken en doden.  Alleen zo zal handhaving en toezicht haalbaar en betaalbaar worden. In het Parool staat een goed opiniestuk van de Dierencoalitie, Dier&Recht en Varkens in Nood over het structurele dierenleed dat plaatsvindt door de open normen in de Wet dieren.  Ze baseren zich op het recente onderzoek van BuRO van de NVWA. Die beveelt de NVWA aan om zélf de wettelijke open normen al verder in te vullen aan de hand van wetenschappelijke inzichten.  Gaan de minister en de staatssecretaris de aanbevelingen opvolgen? Gaat de NVWA de open normen invullen? 

Voorzitter, dank u wel.