Bijdrage Ouwehand aan begroting Landbouw, Visserij, Voed­sel­ze­kerheid en Natuur 2025


16 oktober 2024

Voor mensen die soms een beetje de moed verliezen — daar kan ik me alles bij voorstellen — is het goed om te bedenken dat grote maatschappelijke veranderingen altijd een voorhoede, een middengroep en een achterhoede kennen. In een eerdere fase van de politieke debatten over landbouw — dit is volgens mij inmiddels de zeventiende begroting die ik mag doen — heb ik hier weleens een gesprekje over gehad met mevrouw Lodders van de VVD. Ik zei: het is niet erg; iemand moet achteraan lopen, maar het probleem is dat het in die achterhoede wel een beetje druk is, dus misschien is het tijd om op te schuiven. Het goede nieuws is dat dat nu anders is. Een ruime Kamermeerderheid hangt niet meer achterin alles tegen te houden met gehannes in de achterhoede. Die zit nu echt veel meer in het midden als het gaat over het besef dat we dingen anders moeten doen in de landbouw in het belang van de boeren, van de natuur, van de gezondheid van mensen en van de voedselzekerheid. Dat is dus het goede nieuws.

Het probleem is alleen wel dat deze coalitie — ik kijk nadrukkelijk naar de fractie van de PVV — de achterhoede het hele ministerie van Landbouw in handen heeft gegeven. Dat is natuurlijk niet zo slim geweest, want er was eindelijk een begin van besef. Er was het begin van een eerlijk verhaal richting boeren: jongens, we hebben jarenlang gehoopt dat we zo door konden, maar we zien dat je zo alleen maar probeert een systeem dat is vastgelopen, in de benen te houden en dat is ook voor individuele boeren niet goed; we zullen de natuur moeten versterken en dingen anders moeten doen. Dat besef begon eindelijk een beetje te landen. Boeren in Nederland die al jaren op een andere manier willen werken of dat al deden, die jarenlang eigenlijk zijn weggehoond … Het dominante systeem van de intensieve landbouw was de maatstaf en biologische boeren mochten doen wat ze wilden, maar ze hoorden er niet echt bij. Maar ook dat was veranderd. Er was echt een kopgroep gevormd van boeren die zich hadden georganiseerd en de voorhoede vormden van de verandering die nodig is. Het trieste is dat juist die boeren door deze minister van Landbouw, die dus zelf bij de achterhoede hoort, worden weggezet als neppers. Met die manier van denken kom je er natuurlijk niet.

Ik moet vaak denken aan wat er in het fosfaatrechtendebat werd gezegd. Mevrouw Vedder heeft daar nu al twee keer over gesproken. Zij was destijds bestuurder van de LTO en maakte mee dat de politiek het na de afschaffing van het melkquotum wel prima vond om het helemaal los te laten. Dat gebeurde, terwijl alle waarschuwingen daartegenin gingen: jongens, doe dat nou niet; zorg nou voor productieregulering, want anders kom je straks in hele grote problemen terecht. Dat gebeurde dus ook. Mevrouw Vedder heeft in het mestdebat al gezegd: ik wil dat nooit meer meemaken; ik wil het er niet nog een keer op aan laten komen, dat je doet alsof je zo wel door kunt en dat er op het allerlaatste moment pijnlijke maatregelen die boeren gaan raken, moeten komen. Dat moeten we dus nooit meer doen.

De analyse van de agrarische pers was op dat moment ook dat niets is wat het lijkt in het landbouwdebat. Daar moet ik nog heel vaak aan denken. Je kunt namelijk wel hard roepen dat je er voor de boeren bent, maar je houdt hen gevangen in het systeem waar juist alleen de hele grote spelers van profiteren. En dat terwijl je alles wat boeren nodig hebben voor de toekomst, zoals schoon water, een gezonde natuur, biodiversiteit en een gezonde bodem, wat hen ook helpt om hun gewassen gezond te houden, kapot laat maken. Als je dat doet, dan ben je er niet voor de boeren. Dan ben je er voor de grote spelers in de agro-industrie en voor de grote cowboys in de landbouwsector — want die zijn er ook — die dit systeem wél volhouden. Dat zijn de jongens die nóg een megastal erbij kunnen nemen en nóg verder kunnen uitbreiden. Dat gaat allemaal ten koste van de kleinere gezinsbedrijven. Niets is wat het lijkt. Dat boeren klem zitten in al die regels, is ook het gevolg van het in stand willen houden van een systeem dat op geen enkele manier binnen de milieugrenzen van Nederland past. We kunnen af van die klemmende regels, maar dat betekent dat we eerst de landbouw gezond moeten maken en dat we boeren die het anders willen en die dus bij de voorhoede horen, juist alle ruimte geven.

Voorzitter. De Partij voor de Dieren staat voor een gezond platteland met meer natuur, die ook weer tegen een stootje kan, voor gezonde bodems, schoon water, schone lucht, meer boeren in plaats van minder, die de ruimte krijgen voor hun eigen boerenvakmanschap en die samenwerken met de natuur, voor meer gezond voedsel voor mensen, gewassen voor duurzame bouw, wilde planten en dieren die weer de ruimte krijgen, burgers die niet meer in de stank hoeven te zitten of bang hoeven te zijn voor de gezondheid van hun kinderen door al dat landbouwgif in hun omgeving. En natuurlijk is de Partij voor de Dieren voor veel en veel en veel minder dierenleed: geen megastallen, maar bied dieren eindelijk waar ze recht op hebben. We gaan het systeem aanpassen tot wat dieren nodig hebben in plaats van andersom. Maar die wettelijke borging, die de Partij voor de Dieren in de Wet dieren heeft weten te regelen, is helaas gesloopt met steun van de PVV. Gaat het alternatief dat de minister daar nu tegenover wil zetten, gebeuren met een minister die zó laatdunkend denkt over het welzijn van dieren? We hebben daar een heel hard hoofd in.

Maar we blijven vechten, omdat we zien dat de verhoudingen veranderd zijn en omdat het kan. Voor boeren, burgers, dieren en de gezondheid van ons land zijn duidelijke, moedige politieke keuzes nodig om boeren te helpen omschakelen. Daar is geld voor; kijk naar die Europese landbouwsubsidies, die we veel beter kunnen besteden. En laten we de agro-industrie laten meebetalen aan de kosten, want die heeft jarenlang geprofiteerd en de schade komt nu op het bordje van de boeren en de belastingbetaler te liggen.

Het vraagt ook dat je boeren beschermt tegen oneerlijke concurrentie. Dat is mijn eerste vraag aan de minister: als een heel ruime Kamermeerderheid zegt dat we niet door moeten gaan met dat Mercosur-handelsverdrag als daar landbouw in zit — dat zou immers oneerlijke concurrentie betekenen voor Europese en Nederlandse boeren die duurzamer willen werken — hoe kan het dan dat er niet duidelijk in het regeerakkoord staat: dat gaan we ook laten weten aan de Europese Commissie? Dat zijn aangenomen Kamermoties. Zelfs de BBB heeft daarbij altijd aan de kant van de Partij voor de Dieren gestaan. Dus stop die oneerlijke concurrentie. Zorg ook dat we met elkaar doordrongen zijn van de feiten. De veehouderij is geen voedselproducent, maar een voedselverspiller en levert geen geld, maar kost jaarlijks 9 miljard euro aan maatschappelijke schade.

Voorzitter. Een gezonde landbouw is vrij van kunstmatige oppeppers. Dat betekent dat we ook afstappen van kunstmest. Dat scheelt veel windmolens op zee; die vraag had ik aan Nieuw Sociaal Contract willen stellen. De kunstmestfabriek in Nederland is een enorme energieslurper. Op kosten van de belastingbetaler willen zij bij wijze van spreken de hele Noordzee volplempen met windmolens. Je zou ook kunnen zeggen: we leren van biologische boeren. Die kunnen het prima zonder kunstmest. Dat scheelt windmolens en kosten.

Voorzitter. Een gezonde landbouw is ook vrij van landbouwgif. Ik kan niet genoeg benadrukken hoe ernstig het is dat ook onder dit kabinet de volksgezondheid niet op één staat. Het voorzorgsbeginsel moet leidend zijn. De Kamer heeft jarenlang debatten gevoerd over glyfosaat en over al die andere gifstoffen waarvan duidelijk is dat er risico's zijn voor de volksgezondheid en waarbij de resten van het gif worden gevonden in de luiers van kinderen van gezinnen die 250 meter van een bespoten landbouwperceel af wonen. Dan kan je niet nóg een keer beginnen met: we gaan opnieuw onderzoek doen. Dat circus hebben we gehad. Het voorzorgsbeginsel moet vooropstaan. Stop met het gebruik van gevaarlijke gifstoffen in de landbouw en bescherm de natuur, ons drinkwater en de bodem.

Stikstof is het allergrootste probleem waar deze minister een antwoord op zal moeten vinden. Dat gaat niet lukken als ze vasthoudt aan deze aantallen dieren in de veehouderij. Ook haar wet om dierrechten af te romen, gaat onvoldoende doen. Ik schrik er enorm van dat het nog erger is dan gedacht als het gaat om de belasting van ammoniak uit de veehouderij en andere vormen van stikstof, en de schade die dat aanricht in de natuur. Er zijn hiervan een aantal concrete voorbeelden, die we al vaker hebben aangehaald. We zien dat meesjes onvoldoende kalk kunnen vinden om eieren te leggen en gezonde jongen voort te brengen. We zien dat eiken sterven door de verzuurde bodem. Het is veel erger dan gedacht.

En deze minister schrijft doodleuk aan de Kamer: we gaan de stikstofdoelen voor 2025 niet halen, want dat vraagt te ingrijpende maatregelen. Wat ingrijpend is, is dat de natuur, waar we allemaal van afhankelijk zijn, nog verder achteruitgaat. Dat is ook gewoon in strijd met het verslechteringsverbod in de Vogel- en Habitatrichtlijn. We hebben de VVD horen zeggen: die doelen voor 2025 staan gewoon. Dus ik ben heel erg benieuwd of het standpunt van de minister van LNV ook het officiële kabinetsstandpunt is. Dat zou namelijk in strijd zijn met de wet. Graag een reactie.

Voorzitter. De oplossing voor de transitie in de landbouw is dat je alle factoren in samenhang bekijkt en zeker niet wegkijkt van de meest bepalende factor. Ik heb de minister voordat ze werd beëdigd, horen zeggen dat dierenleed wat haar betreft vaak wel wat erger werd voorgesteld dan het is. Dat is schandalig, want het is precies andersom. Het lijden van dieren in de veehouderij wordt wél bewust weggehouden, terwijl mensen, als je dat laat zien, heel erg goed begrijpen dat het alleen maar voordelen heeft om minder dieren te fokken, te stoppen met het dierenleed en daarmee ook de stikstofproblemen op te lossen. De minister doet het af alsof het erger wordt voorgesteld dan het is.

Voorzitter, ik heb u gevraagd om beelden te mogen laten zien, omdat het belangrijk is dat we met z'n allen onder ogen zien hoe dieren moeten lijden. Varkens en biggetjes worden opgesloten in een systeem waarin ze nooit daglicht zien. 12% van alle biggetjes sterft in de stallen. Dat zijn 5 miljoen biggetjes per jaar. Moedervarkens staan tussen metalen stangen, waartussen ze zich niet kunnen omdraaien — laat staan dat ze goed voor hun biggetjes kunnen zorgen. Eenden willen graag zwemmen, maar in de veehouderij komen eendjes nooit naar buiten en zullen ze nooit zwemmen. De lichamen van eenden zijn er niet op gebouwd om de hele dag op het droge te staan. Veel eenden in de veehouderij hebben daarom ook ernstige pootproblemen. 180.000 eenden per jaar komen niet levend de stallen uit. Konijnen in de veehouderij leven in draadgazen kooien, soms met een plastic matje ter bescherming van hun voeten, maar vaak ook niet. Veel konijnen lijden aan verwondingen, schurft en ontstekingen aan hun oren en ogen, en hebben last van neurologische afwijkingen waardoor ze niet of nauwelijks rechtop kunnen staan. Per jaar worden in Nederland bijna 2 miljoen konijnen gefokt. 350.000 van hen sterven in de stallen. Honderden miljoenen dieren komen pas buiten als ze op transport worden gezet naar het slachthuis, waar varkens nog altijd worden bedwelmd met CO2. De dieren worden in een lift geplaatst die afdaalt naar een gaskelder. CO2-bedwelming is zeer pijnlijk. De doodsstrijd van de varkens kan wel een halve minuut duren.

Voorzitter. Ik kan deze woorden wel uitspreken, maar het is belangrijk dat deze beelden bekend worden. 80% van de Nederlanders wil af van het lijden van dieren in de bio-industrie. Als je bij het naar buiten komen van beelden blijft doen alsof het om een incident gaat, dan ontneem je Nederland waardevolle informatie. Je mist ook de belangrijke democratische waarde dat Nederlanders niet willen dat er zo met dieren wordt omgegaan in Nederland. En helaas is wat ik zojuist heb genoemd maar een fractie van het lijden van dieren in de veehouderij. Nog steeds zien we dat piepjonge kalfjes helemaal vanuit Ierland op transport worden gezet naar Nederland, via een verzamelplaats in Frankrijk waar ze worden mishandeld. Dat is niet nieuw. Deze beelden zijn jaren geleden ook gemaakt. Ook toen zei de minister: hier schrik ik van; dit is een incident en het moet niet meer gebeuren. Het is structureel aan de orde van de dag. We hebben laatst weer beelden gezien van hoe eenden worden gevangen om naar de slacht te worden getransporteerd. Dat gaat er niet zachtzinnig aan toe. De dieren worden in kratten gepropt en er wordt met ze gegooid, en de minister zegt: dat zou de sector niet moeten doen. Iedere keer weer wordt er verwezen naar de sector, maar we hebben hier twintig jaar aan bewijs dat dat niet gaat helpen.

Voorzitter. Deze minister zal ook werk moeten maken van het beloofde verbod op de slacht van hoogzwangere dieren. Als je je ergens voor moet schamen, is het wel dat je hoogzwangere dieren met het jong in hun buik naar de slacht stuurt. We vinden het allemaal moreel verwerpelijk, maar het verbod is er nog steeds niet. En handhaving biedt veel te weinig soelaas. Kan de minister bevestigen dat de NVWA maar op 3,5% van de bedrijven komt en dat er veel veehouderijbedrijven zijn waar de NVWA al jarenlang niet komt? Dat betekent dus dat honderden miljoenen dieren zonder toezicht door die bedrijven worden gesleept en in het slachthuis eindigen. Breng de veestapel in overeenstemming met wat je daadwerkelijk kan handhaven.

Voorzitter. De Partij voor de Dieren is er zeer bezorgd over dat het ministerie van LNV in handen is van BBB. Gelukkig zien we dat de Kamer de minister niet overal mee weg laat komen, maar het is een heel slecht teken voor de dieren dat we erachteraan moeten rennen om te zorgen dat aangenomen moties waar jarenlang voor is gevochten, worden uitgevoerd.

Voorzitter. In mijn tweede termijn zal ik het amendement toelichten dat ik met de heer Grinwis heb ingediend. Ik wilde nog even memoreren dat het vandaag Wereldvoedseldag is. Het ministerie heet voortaan LVVN, iets met "voedselzekerheid" erin. Als je voedselzekerheid in je naam hebt staan, dan heb je ook de verantwoordelijkheid om dat waar te maken. Daar hebben wij een plannetje voor: beëindig het houden van grote aantallen dieren in de veehouderij, maak een einde aan de bio-industrie, stop met landbouwgif en ga zorgen voor een gezonde toekomst voor de boeren.

Tweede termijn:

Voorzitter, dank u wel. Gisteren was het Wereldvoedseldag. Ik had al beloofd dat ik er in mijn tweede termijn iets over zou zeggen dat het ministerie nu "Voedselzekerheid" officieel in de naam heeft. Dat is heel mooi. Daar moeten veel dingen anders voor, waaronder het goed beschermen van de natuur en het overschakelen naar plantaardig. Maar wat op dit moment een beetje wrang is, is dat er op de begroting van het ministerie van Voedselzekerheid geen geld was vrijgemaakt om mensen in armoede te helpen. Er zijn mensen die op dit moment in armoede leven en afhankelijk zijn van de voedselbank. Als ze wel wat geld hebben, hebben ze niet voldoende om hun gezin gezond te kunnen voeden. Daarom heb ik een amendement ingediend, samen met de heer Grinwis van de ChristenUnie. Ik denk dat we ook vanuit het ministerie van Voedselzekerheid toch wel een bedragje moeten kunnen vrijmaken om te zorgen dat mensen toegang hebben tot gezond en duurzaam voedsel. Dat is een basisbehoefte en geen luxe. Dus wat ons betreft gaat er 200.000 euro uit de pot die de minister heeft voor onderzoek naar emissiearm voer voor dieren. Daar staat 3,2 miljoen voor en wij zeggen "doe dan 200.000 daarvan naar stichting Public Food die mensen die weinig geld hebben direct helpt om toch gezond en duurzaam te eten". Ik hoop dat de minister het amendement positief kan omarmen.

Verder hebben we gezien dat de achterhoede waar we jaren geleden al mee werden geconfronteerd hier in de Kamer — toen was het nog een beetje druk achterin — er nog steeds is. Ik weet nog dat ik tegen mevrouw Lodders zei "het is ook gewoon leuker om een beetje meer naar voren te lopen". Het debat van de afgelopen dagen deed me ook wel denken aan een gesprek dat we hier jaren geleden al hadden over de beweging die nodig is in de landbouw. Hoe breng je nou zo'n transitie op gang? We spraken toen met boeren en wetenschappers. Ik weet nog goed dat de boer die aan het woord was en zelf al lang vooropliep, zei: "Je krijgt niet iedereen mee. Diep in de achterhoede zitten gewoon boeren die niet willen, die je niet overtuigd krijgt en die botte koppen hebben. Daar moet je je bij neerleggen. De grootste groep krijg je mee, maar de notoire achterhoede niet."

Ik moet eerlijk zeggen dat ik wel herken wat er vanuit het kabinet komt: echt niet willen, heel eigenwijs alles in de wind slaan. De heer Holman had het al over een zinkend schip. Bij het mestdebat heb ik gezegd dat je ook goede navigatie nodig hebt. Het kan best zijn dat de minister ervan overtuigd is dat het op haar manier beter gaat, maar wij hebben toch sterk de indruk dat haar navigatie hapert. Als zij de kapitein is op dat schip en blijft aansturen op die ijsschotsen terwijl iedereen toetert "draai je roer om", is het wel haar verantwoordelijkheid als het misgaat. Ik heb haar daarnaar gevraagd en ook daarvoor duikt ze weg. En dat hebben we natuurlijk ook eerder gezien. Als het misgaat, wie gaat dan deze boeren helpen? Wie gaat uitleggen date belastingbetalers met uitkoopsommen moeten komen? Wie gaat de natuur herstellen? Als je deze keuze maakt, die heel risicovol is, ga er dan ook voor staan. En dat doet de minister niet.

De minister blijft hangen in argumenten die we al twintig jaar horen. De stilte op het lijden van de dieren dat ik hier ter sprake heb gebracht, was heel veelzeggend. Ik zal de beelden die ik graag had laten zien, nog aan de minister sturen. Als je 500 miljoen dieren per jaar fokt en doodt en dan zegt "er mogen geen misstanden plaatsvinden, want daar is de NVWA voor, maar trouwens, het komt best goed met die dieren, want ik heb zelf ook op een boerderij gewoond", zijn dat wel echt de argumenten uit de jaren negentig die we hier niet meer als een overtuigende verklaring kunnen accepteren.

Voorzitter. Ik zou willen zeggen: minister, wijzig op tijd de koers, want anders loopt het heel slecht af met de natuur, de dieren en ook met de boeren die heel graag hadden willen worden geholpen naar een duurzame toekomst. U bent het aan uw stand verplicht om die boeren te helpen.

Interessant voor jou

Bijdrage Ouwehand aan wetgevingsoverleg mest

Lees verder

Bijdrage Kostic aan begroting Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur 2025

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer