Bijdrage Ouwehand Begroting Economie en Innovatie 2012 (tweede termijn)
Bekijk de bijdrage via debatgemist.nl
Mevrouw Ouwehand (PvdD): Voorzitter. Robert Reich krijgt gelijk. Burgers vertrouwen voor de bescherming van maatschappelijke waarden als natuur en mensenrechten op de overheid, maar de overheid luistert naar het bedrijfsleven. Dat ziet publieke wetgeving als hinderlijk obstakel, en dus gebeurt er niets. Of toch wel? Maatschappelijk verantwoord ondernemen is de bliksemafleider, een doekje voor het bloeden dat vaak ook niet meer is dan een rookgordijn om de rauwe realiteit achter te verbergen. Er vindt namelijk wel seksuele uitbuiting plaats op de theeplantages van Unilever en er wordt wel tropisch regenwoud gekapt voor "verantwoorde" palmolie. De aanbieding voor duurzame koekjes, shampoos en ijsjes luidt: nu mét mensenrechtenschendingen. Bij de scharrelrookworst krijg je gratis gentech en liters landbouwgif die de lokale bevolking in Zuid-Amerika berooft van haar leefomgeving. Robert Reich krijgt gelijk. Politici zijn te laf om te doen wat nodig is, te laf om wetgeving te maken, te laf om burgers te vertellen dat onze levensstijl onhoudbaar is en dat we onze consumptie zullen moeten matigen.
Robert Reich krijgt gelijk en het bewijs zit vandaag in vak-K. Als minister Verhagen en staatssecretaris Bleker zouden geloven in een vrijwillige oproep tot duurzaamheid, zouden ze wel garanties durven geven. Dan zouden ze er persoonlijk voor gaan staan dat de doelen worden bereikt, maar dat doen ze niet. Dat doen ze niet, omdat ze heel goed weten dat die vrijwillige aanpak, die zelfregulering, niets gaat opleveren. Zelfs al zou Unilever haar ecologische impact halveren, als ze haar productie verdubbelt, verandert er per saldo nog niets. Unilever gaat echt niet zeggen: weet u wat er goed is voor de aarde? Dat u eens wat minder Magnums gaat eten, of minder rookworst, of minder mayonaise. Dat gaat niet gebeuren en dat weet het kabinet heel goed.
Zo blijven we dus zitten met de wetenschap dat we straks vier aardbollen nodig hebben om ons te voeden en te kleden, en niemand die ze erbij kan toveren. We blijven zitten met machthebbers en politici die te laf zijn om koers te zetten naar een houdbare economie binnen de draagkracht van de aarde. Robert Reich krijgt gelijk. Politici gaan steeds minder luisteren naar burgers en die burgers verliezen steeds meer het vertrouwen in de democratie. En daar hebben ze nog gelijk in ook.
De heer Van Vliet (PVV): Ik hoorde mevrouw Ouwehand zojuist zeggen dat er vier aardbollen nodig zijn om de wereldbevolking te voeden. Is mevrouw Ouwehand het niet met me eens dat de oorzaak daarvan vooral de overbevolking is in Afrika en Azië en het feit dat men daar veel te weinig doet aan geboortebeperking?
Mevrouw Ouwehand (PvdD): Dat is een mooie vraag van de PVV-fractie. Als er iets is wat de overbevolking zou kunnen remmen, dan is het investeren in mensen. Ontwikkelingshulp, ervoor zorgen dat mensen kansen krijgen om zich te ontwikkelen. Het is een een-op-eenrelatie met de geboortecijfers. Als de PVV-fractie dus denkt dat de overbevolking een probleem is, dan nodig ik de PVV-fractie uit om haar koers bij te stellen en gewoon ontwikkelingshulp te steunen.
De heer Van Vliet (PVV): Het antwoord is eigenlijk gewoon: ja. Wij hebben gelijk en zij niet.
Mevrouw Ouwehand (PvdD): Wat zijn dat nu voor ridicule vragen! Ik schaam me er eigenlijk wel een beetje voor dat het op dit niveau moet hier, maar goed: we zijn dat gewend, zal ik maar zeggen.
(…)
Interrupties:
Mevrouw Ouwehand (PvdD): De minister heeft zijn spreektijd voor een deel gebruikt om de Kamer nog eens te laten weten hoe belangrijk het is dat het Europese noodfonds er komt. Daar had ik eerlijk gezegd niet zo'n behoefte aan. Nu de minister er zelf over is begonnen, wil ik nog wel graag iets weten. Wij moeten altijd horen dat wij voor onze welvaart afhankelijk zijn van de euro. Ik ben benieuwd of de minister eerlijk durft te zeggen wat het ondernemers en Nederlandse burgers kost dat de eurofiele partijen indertijd in hun blinde jacht naar dat ene Europa de financiële markten in Europa zo met elkaar hebben verknoopt dat wij met z'n allen dreigen om te vallen, nu het misgaat en wij een lidstaat niet bij de lurven kunnen grijpen en laten luisteren.
Minister Verhagen: Het Nederlandse kabinet heeft vorige week voorstellen gedaan, die ook zijn overgenomen in de afspraken in Brussel, om juist wel landen die er een potje van maken, bij hun lurven te grijpen en onder curatele te stellen. Mevrouw Ouwehand vraagt wat het ons gekost heeft. Daaruit blijkt dat zij de antwoorden die wij meerdere malen gegeven hebben, niet heeft gehoord. Ik herhaal het met alle plezier: die Europese eenwording en samenwerking levert iedere burger in Nederland €2000 extra op. Het kost ons dus geen geld, het levert ons €2000 op. Iedere Nederlander had €2000 minder in zijn portemonnee gehad als die Europese eenwording niet tot stand was gekomen. Ik kan u de cijfers toesturen, maar wij hebben ze u al meerdere malen toegestuurd.
Mevrouw Ouwehand (PvdD): Dat was mijn vraag niet, want het bedrag heb ik natuurlijk al veel vaker gehoord. Ik vraag nu aan de minister of hij zo eerlijk is om te zeggen wat het ons kost. Dat bedrag van €2000 kennen we wel, maar we kennen ook het potje van 2000 mld., waarover nu wordt gesproken in het kader van het noodfonds. Wij zien dat Nederland meegezogen wordt in de recessie van de andere landen. Wij gaan natuurlijk niet via een omweg eerst de euro invoeren en dan alle Europese lidstaten bang maken dat wij met z'n allen heel slecht af zijn als wij niet al onze bevoegdheden overdragen aan Europa. Dat hoor ik de minister hier zeggen. Ik heb dat debat gevoerd. Ik ken de voorstellen van de Nederlandse regering. Ik denk dat het een kapitale fout is geweest om de euro in te voeren. Ik wil graag weten wat het heeft gekost.
Minister Verhagen: Voorzitter, elke euro die erin gaat, moet terug. Juist om ervoor te zorgen dat landen in staat zijn om hun schulden af te betalen, ook voor de ondersteuning die uit het noodfonds komt, moeten zij niet alleen hun begroting op orde hebben maar uiteindelijk ook weer geld verdienen. Daarom heb ik hier gezegd dat wij de E van de EMU, oftewel het economische deel, naast het monetaire deel niet moeten vergeten. Integendeel, wij moeten juist ook maatregelen nemen opdat die landen hervormingen doorvoeren waardoor zij voldoende groeivermogen krijgen en in staat zijn om in de toekomst dat geld terug te betalen. Dat doen we.
(…)
Mevrouw Ouwehand (PvdD): Ook de Partij voor de Dieren maakt zich grote zorgen over de toekomst van het onderzoek in Nederland. Wij delen in het geheel niet de visie van het kabinet over de gouden driehoek. Wij maken ons zorgen over fundamenteel onderzoek en zien vooral de inmenging van het bedrijfsleven. Is het toeval dat de best betaalde bestuursvoorzitter die van de universiteit van Wageningen is? Er zijn daar ook onderzoeksgroepen die onomstreden onafhankelijk onderzoek doen, maar juist Wageningen fungeert steeds vaker als een soort van beleidsadviseur en zegt van alles wat dit kabinet wel goed uitkomt. Er zijn ook verbanden. Deze bestuursvoorzitter heeft bijvoorbeeld ook aandelen bij een coatingbedrijf op gebied van bestrijdingsmiddelen, die nu juist omstreden zijn. Zijn universiteit ontkent echter de effecten daarvan op de bijensterfte. Is het dan toeval dat juist die bestuursvoorzitter meer dan €350.000 per jaar verdient en nog steeds niet weg is?
Minister Verhagen: Dat de Partij voor de Dieren het fundamenteel en ten principale oneens is met het kabinet was mij al eerder opgevallen. Ik kan dat geheel retourneren. De stelling echter dat een combinatie van kennis en bedrijfsleven, van onderzoekers en ondernemers, zou leiden tot onderzoek dat in de ogen van mevrouw Ouwehand geen waarde heeft, waag ik te betwijfelen. De TTI's, die een privaat-publieke samenwerking zijn, scoren ook op het punt van wetenschappelijk onderzoek excellent. Mevrouw Dijksma zal als eerste aan mevrouw Ouwehand kunnen uitleggen wat bijvoorbeeld Wetsus aan wetenschappelijk onderzoek op tafel legt. Daar is juist sprake van samenwerking. Zie welke briljante, vernieuwende producten waarmee ook haar kiezers blij zijn, in Eindhoven ontwikkeld worden, juist door de bevruchting en de samenwerking tussen bedrijfsleven en kennisinstellingen. Ik zie wel dat wij ten principale van mening verschillen, maar ik zou mevrouw Ouwehand toch een keer willen meenemen naar Wetsus. Ik ben ervan overtuigd dat mevrouw Dijksma ook zou willen meegaan. En aangezien ik de voorzitter aanspreek, wil de voorzitter wellicht ook meegaan.
Mevrouw Ouwehand (PvdD): Wij maken ons zorgen over de onafhankelijkheid van het onderzoek. Wij zien dat daar bij Wageningen, dat door dit kabinet de hemel in wordt geprezen, regelmatig twijfels over zijn. Laat ik het voorzichtig zeggen. Wij weten ook dat de bestuursvoorzitter daar regelmatig uitspraken doet, niet per se gestoeld op onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek, die het kabinet gewoon goed uitkomen. Uitgerekend die bestuursvoorzitter verdient €350.000 en een beetje per jaar, nog los van wat hij verdient met de patenten bij Incotec. Dat is twee keer de balkenendenorm, als ik mij niet vergis.
Minister Verhagen: Op het gebied van salariëring heeft dit kabinet ook ten aanzien van de universitaire wereld stappen gezet om dit in de toekomst onmogelijk te maken, om ook daar de balkenendenorm in acht te nemen. Dit geldt ook voor de toekomst van de Universiteit van Wageningen. Als geen wetenschappelijk onderbouwde uitspraken gedaan kunnen worden als iemand een aandeel heeft in een bepaald bedrijf, zou ik wel eens willen weten wat al die bestuursvoorzitters van alle andere universiteiten aan aandelen in huis hebben en of zij toevallig vanuit de universiteit daarover wel eens een uitspraak hebben gedaan. Met alle respect, uw stelling dat als iemand in Nederland een aandeel heeft hij geen objectief oordeel meer zou kunnen hebben, slaat toch volledig een gat in de lucht. Mogen van u in Nederland mensen nog aandelen hebben als ze een functie uitoefenen? Wij mogen het niet, maar ik weet ook veel te veel.
Mevrouw Ouwehand (PvdD): Mijn vraag was heel bescheiden. Ik noem dat er twijfels zijn en ik vraag of het toeval is. Dat de minister zo veel woorden gebruikt om te reageren op een stelling die ik niet heb geponeerd, zegt genoeg.
Minister Verhagen: Dat is flauw. De bestuursvoorzitter van een universiteit wordt hier niet expliciet, maar wel impliciet in de beklaagdenbank gezet. Ik reageer daarop, niet omdat ik dat met veel woorden doe, maar omdat ik het onterecht vind om iemand hier in de beklaagdenbank te zetten die zichzelf niet kan verdedigen.
(…)
Mevrouw Ouwehand (PvdD): Voorzitter. Ik heb begrepen dat de minister klaar is met zijn beantwoording en hierna op de amendementen ingaat. Ik wil echter vragen hoe dat nu gaat op dit superministerie. In het vorige kabinet zat Natuur nog bij Landbouw en verdacht ik die minister er ook al niet van dat zij met haar Natuur-ambtenaren regelmatig overleg had met het ministerie van Economische Zaken om te wijzen op de noodzaak, de natuurlijke hulpbronnen veilig te stellen om onze economie draaiend te houden. Bij dit ministerie, waar Natuur niet meer in de naam voorkomt, heb ik het idee dat het helemaal is weggedegradeerd tot het een of andere achterafdelinkje. Hoe werkt het nu? Heeft de minister van Economische Zaken -- ik vraag het niet aan de staatssecretaris, maar aan de minister -- regelmatig overleg en wordt hij geadviseerd door mensen die ook de onafhankelijke positie hebben om hem te wijzen op de destructieve manier waarop op dit moment het beleid de hulpbronnen vernietigd?
Minister Verhagen: Een ambtenaar die iemand adviseert, is nooit helemaal onafhankelijk aangezien hij altijd in dienst is van een ministerie en dus van de minister en de staatssecretaris. De veronderstelling -- die ik vrij boud vind -- dat onafhankelijkheid hoe dan ook moet leiden tot de conclusie dat dit beleid destructief is en alles uitput, vind ik nogal wat. Uiteraard laat ik mij adviseren en heb ik ook regelmatig overleg met staatssecretaris Bleeker, juist vanwege het feit dat schaarste aan grondstoffen een van de grote uitdagingen is, evenals een exploderende wereldbevolking die gevoed moet worden. Daarom kijken wij hoe wij met schaarse grondstoffen en toenemende vraag toch op een verantwoorde wijze niet alleen banen en inkomsten kunnen veiligstellen, maar dat ook op een duurzame wijze kunnen doen. Die mensen zijn meer dan welkom op mijn kamer en zij komen ook!
Mevrouw Ouwehand (PvdD): We kunnen wel blijven geloven in de bezweringen van de minister van Economische Zaken en ook de minister van Landbouw, maar Nederland heeft geen beste naam. De hele wereld trouwens niet. De doelstelling om dat verlies aan biodiversiteit in 2010 te stoppen, is niet gehaald. Dit kabinet heeft een nog uitgesprokener natuurvijandige kleur. Ik geloof er helemaal niets van dat het gaat werken. Weet je wat het vervelende is? Als wij moeten concluderen dat dit klopt, is het gewoon te laat. Dan zijn we het kwijt en dat heeft de minister, met al zijn mooie economische praatjes, geen poot meer om op te staan. Dan is het mooi allemaal afgebroken.
Minister Verhagen: Ik ben het daar niet mee eens, maar dat zal mevrouw Ouwehand niet verbazen.
(…)
Staatssecretaris Bleker: Nederlandse bedrijven krijgen inderdaad te maken met bepaalde zaken in China. Bij elke gelegenheid die wij krijgen, spreken we de Chinese autoriteiten erop aan. Daarvoor benutten we onze bilaterale contacten. Gisteren nog sloten we een overeenkomst met een Chinese delegatie over samenwerking op het terrein van e-commerce. Ook bij dat soort gelegenheden komt het aan de orde: beste vrienden, wij willen samenwerken en onze bedrijven willen investeren, maar let wel, het moet transparant en duidelijk, niet alleen in de formele regels maar ook in de uitvoering in de regio's en op lokaal niveau. Daar blijven we op hameren. Dat is ook de moeite waard, want als het ons lukt om de toegang voor bedrijven tot China te verbeteren, dan biedt dat volop kansen.
Mevrouw Ouwehand (PvdD): Ik vind dat de staatssecretaris het moet garanderen voor Nederlandse bedrijven. Een poosje geleden was er het bericht dat er weer -- het gebeurt regelmatig -- misstanden waren bij C&A. De staatssecretaris zei toen: ik ga wel even een kopje thee met ze drinken. Er is echter geen enkele garantie dat er zorgvuldig naar de mensenrechtensituatie en de arbeidsomstandigheden wordt gekeken. Het kan gewoon niet! Je ziet de shirtjes hangen voor €5 en de familie Brenninkmeijer staat bovenaan in de Quote 500. Op zichzelf is dat al een grote schande. Waarom is de staatssecretaris niet mans genoeg om te zeggen: het wordt wettelijk vastgelegd? Laten we niet eeuwenlang tijd verspillen met oproepen: wil je alsjeblieft wat beter opletten in het land waar je je kleren laat produceren?
Staatssecretaris Bleker: Ik zal de Kamer binnen twee weken rapporteren over de contacten met C&A naar aanleiding van een punt dat eerder in een vragenuur aan de orde is geweest en over de voortgang die op dat punt is geboekt.
Mevrouw Ouwehand (PvdD): Daar ben ik erg benieuwd naar. Ik hoop dat erin staat dat we een 100%-garantie krijgen dat we zoiets niet meer te horen krijgen over C&A, en dat de staatssecretaris daaraan zijn politieke lot verbindt, of er in ieder geval voor gaat staan.
Staatssecretaris Bleker: Ik zal de Kamer informeren in een separate brief. Of daarin staat dat de staatssecretaris zijn politieke lot aan C&A-activiteiten in India verbindt, waag ik te betwijfelen.
(…)
Mevrouw Ouwehand (PvdD): In eerste termijn stelde de heer Koppejan enkele vragen aan het kabinet die zo uit het partijprogramma van de Partij voor de Dieren konden komen; over biodiversiteit en zorg om de aarde. Toen vroeg ik mij af of dat wat waard zou zijn of dat het een vooropgezet een-tweetje was zodat de heer Koppejan voor de CDA-fractie wat zorgen om de aarde zou verwoorden, maar zich makkelijk zou laten wegsturen met een nietszeggend antwoord van de minister. Ik ben benieuwd of de heer Koppejan tevreden is met de koers van dit kabinet als het gaat om de zorg om de aarde.
De heer Koppejan (CDA): Ik denk dat de minister daarover behartigenswaardige woorden heeft gesproken. Daarnaast hebt u kunnen horen dat wij hierover een motie indienen, omdat wij het belangrijk vinden dat maatschappelijk verantwoord ondernemen in de praktijk wordt gebracht, ook in het kader van het topsectorenbeleid. Daarbij komen de aspecten die u noemt, volop aan de orde. Ik heb er vertrouwen in, omdat de ondernemingen ook belang hebben bij duurzaamheid. Duurzaamheid levert innovatie en geld op en is goed voor de aarde.
Mevrouw Ouwehand (PvdD): Dat zou allemaal mooi zijn, als het niet zo was dat op de duurzame theeplantages van Unilever wel seksuele uitbuiting plaatsvindt en dat voor de duurzame palmolie wel tropisch regenwoud wordt gekapt. Tenzij wij dat hard garanderen, vraag ik mij af of dit een obligaat praatje is om de zorgen die op het CDA-partijcongres zijn geuit, via de heer Koppejan te verwoorden of dat het ook echt wat betekent.
De heer Koppejan (CDA): Ik heb er alle vertrouwen in dat bedrijven en deze regering met maatschappelijk verantwoord ondernemen aan de slag gaan. In de Kamer zijn wij er ook altijd nog om de minister te wijzen op zijn verantwoordelijkheden.
(…)
Interessant voor jou
Bijdrage Ouwehand Begroting Economie en Innovatie
Lees verderBijdrage Ouwehand Wet Omzetbelasting (BTW-tarief dieren)
Lees verder