Bijdrage Partij voor de Dieren AO Dieren­rech­ten­ac­ti­visme


15 april 2008

We spreken vandaag over dierenrechtenactivisme, waarbij vooral het verzet tegen dierproeven op warme belangstelling vanuit Den Haag mag rekenen. De Haagse aandacht voor de proefdieren zelf steekt daar overigens erg mager bij af, het zal u niet verbazen dat de Partij voor de Dieren die constatering gedaan wil hebben.

Maar dan voorzitter. De Haagse belangstelling voor de mensen die actie voeren tegen experimenten op levende dieren. Wat namelijk wél de nodige verbazing wekt, is de nogal eenzijdige focus.

Al in 2004 meldde de AIVD dat de beslotenheid rondom dierproeven het klimaat rond het dierenrechtenactivisme niet ten goede kwam. Een jaar later is de wet die proefdieren moet beschermen geëvalueerd. Ook de juristen in deze evaluatiecommissie adviseerden toen dat er openbaarheid zou moeten worden betracht. De zittende partijen in dit huis –de Partij voor de Dieren was op dat moment nog niet vertegenwoordigd- hebben destijds niets met deze aanbevelingen gedaan. Kennelijk voelde de Kamer -van links tot rechts- geen enkele behoefte om aandacht te besteden aan het groeiende maatschappelijk verzet tegen dierproeven, en de gevaren die de geheimhoudingscultuur rond dierproeven voor het klimaat waarin dit verzet tot uiting komt. Voorzitter, wanneer je alleen wilt debatteren over de gevolgen daarvan, ben je niet bereid de problematiek daadwerkelijk op te lossen.

In 2007 kreeg de Kamer een herkansing toen de AIVD stelde dat wanneer de aanbevelingen uit het evaluatierapport ‘Een noodzakelijk kwaad’ niet zouden worden geïmplementeerd, dit zou kunnen leiden tot een verdere verharding van de standpunten en radicalisering ven het vigerende dierenrechtenactivisme. Maar CDA, VVD, ChristenUnie, SGP en de Partij voor de Vrijheid hadden daar wederom geen zin in.

Wat een dergelijke eenzijdige benadering oplevert is inmiddels duidelijk. Met name het CDA en de VVD hebben zo vaak en zo fel geprobeerd mensen die willen opkomen voor dieren weg te zetten als potentiële terroristen, dat het kabinet heeft besloten de anti-terreurwetgeving uit de kast te trekken. En dat terwijl het formele kabinetsstandpunt nog altijd luidt dat dierenrechtenactivisme geen terrorisme is, een standpunt dat gedeeld wordt door Europol. Op de internationale terrorismelijsten kun je geen dierenrechtenorganisatie ontdekken. Zelfs de AIVD heeft dierenrechtenactivisten geen terroristen genoemd.

Voorzitter, laat er geen misverstand over bestaan. De Partij voor de Dieren wijst illegale acties categorisch af. Het verzet tegen de massale uitbuiting en mishandeling van dieren in Nederland, moet zich afspelen binnen de grenzen van onze democratische rechtsstaat. Wie die grenzen niet respecteert, moet worden vervolgd. Daar hebben we het Wetboek van strafrecht voor. Bedreiging en brandstichting zijn verboden in Nederland en er staan terecht gevangenisstraffen op.

Wat de Partij voor de Dieren te ver gaat, is het steeds verder inperken van burgerrechten onder het mom van allerlei angstscenario’s. Wie een dieselauto rijdt, drager is van de naam ‘Mohammed’, een zak kunstmest wil kopen en op internet wil opzoeken hoe je in de omgeving van Den Haag een beetje leuk kunt wandelen, moet zich ernstig afvragen of dat nog wel zo’n goed idee is. Begrijp me goed voorzitter, ik heb zo mijn bezwaren tegen diesel en kunstmest, maar ik vind wel dat Mohammed gewoon zijn gazon moet kunnen bemesten zonder als risico voor de nationale veiligheid te worden aangemerkt door de AIVD.

En wanneer de toch al discutabele terrorismewetgeving wordt ingezet tegen mensen die niet eens als potentiële terroristen worden gedefinieerd, is het hek letterlijk van de dam. Wanneer je folders wilt uitdelen met informatie over de herkomst van bontkraagjes, kan jouw flyeractie zonder tussenkomst van de rechter als ‘bedreigend’ worden aangemerkt en mag je je vrije tijd doorbrengen op het politiebureau.

Aan fundamentele burgerrechten als het recht op demonstratie en de vrijheid van meningsuiting wordt een einde gemaakt, en daar heeft de Partij voor de Dieren ernstige bezwaren tegen.

Voorzitter, ik rond af met een aantal opmerkingen over Science Link. Vanuit de verplichting om het aantal dierproeven te verminderen die spreekt uit de wet ligt het helemaal niet voor de hand nieuwe proefdierfaciliteiten te openen. Wij begrijpen dan ook niet hoe dit kabinet dat streven denkt vorm te geven wanneer extra vergunningen worden uitgegeven aan nieuwe proefdierlaboratoria. Graag een reactie daarop.

Een ruime meerderheid van de Nederlandse bevolking heeft grote moeite met dierproeven, voor welk doel dan ook. Laat staan het genetisch verknutselen van dieren, wat op een dergelijk biotechpark volop wordt gedaan. Het maatschappelijk verzet tegen dit project was dan ook veel groter dan die paar raddraaiers waar nu alle aandacht voor is. De wethouder in Venray had al lang voor de demonstraties duizenden emails gekregen van verontruste burgers. Er zijn vreedzame demonstraties geweest. Legaal protest, kortom, van een grote groep mensen die experimenten op levende dieren afwijzen.

Hoeveel ruimte blijft er over voor de vrijheid om te demonstreren en je mening te uiten. En hoe zit het met de implementatie van de aanbevelingen uit het rapport ‘Een Noodzakelijk Kwaad’? Minister Ter Horst heeft in juni vorig jaar toegezegd de mogelijkheden daartoe te bekijken. Graag een reactie.

Interessant voor jou

Bijdrage Partij voor de Dieren aan feitelijke vragenronde Wetsvoorstel Dieren

Lees verder

Bijdrage Partij voor de Dieren Nota Natuur- en Milieueducatie

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer