Bijdrage Teunissen aan debat over de Staat van de Europese Unie
Voorzitter, hartelijk dank. Ik wil beginnen met van harte beterschap wensen aan onze Europarlementariër Anja Hazekamp. Ze kan er helaas niet bij zijn vandaag. Ik wens haar ook vanaf hier een spoedig herstel.
Voorzitter. "Mogelijk zullen historici in de toekomst concluderen dat het jaar 2022 een betekenisvol kantelpunt in de Europese geschiedenis markeerde." Dat schrijft het kabinet in zijn visie op de Staat van de Unie. We leven inderdaad in een kanteltijd, en niet alleen als het gaat om de geopolitieke situatie door de verschrikkelijke oorlog in Oekraïne. We zijn de eerste generatie die de ineenstorting van ecosystemen bewust meemaakt en de laatste die een onomkeerbare klimaat- en biodiversiteitscrisis kan voorkomen. Daarom wil ik het hebben over de ecologische staat van de Unie. De staat van de natuur in Europa is ronduit slecht. Ruim 80% van de natuurgebieden en 70% van de bodem is er armoedig aan toe. Door de intensieve landbouw zijn sinds 1980 600 miljoen broedvogels verdwenen. Ook het aantal vlinders en bijen, essentieel voor ons voedsel, holt achteruit. Kortom, de natuurherstelwet had er al 30 jaar geleden moeten liggen. Nederland bungelt onderaan elk ecologisch lijstje van de Europese Unie en heeft jarenlang alle mogelijke geitenpaadjes bewandeld om de natuur niet te hoeven beschermen. En dan ligt er nu een verordening die doet wat allang had moeten gebeuren, en dan jammeren dat de regels te streng zijn. Juist het herstellen van de natuur biedt de landbouwsector een toekomstperspectief.
Voorzitter. Tegelijk staan de EU en de inzet van het kabinet daar bol van tegenstrijdigheden. Er gaan miljarden naar landbouwsubsidies voor de vee-industrie en naar grootschalige teelt van giftige monoculturen. Terwijl het kabinet van Nederlandse boeren vraagt om te verduurzamen, staan ze juichend in Brussel bij het EU-Nieuw-Zeelandverdrag, waardoor er niet minder, maar meer goedkope vis en zuivel naar de EU komt. De EU en het kabinet komen wel met klimaatmaatregelen, maar ook met het verwoestende vrijhandelsverdrag Mercosur, dat zal leiden tot ontbossing, klimaatschade en oneerlijke concurrentie voor boeren.
Hierover heb ik ook een vraag aan de minister-president. Tijdens zijn bezoek aan Brazilië heeft hij president Lula duidelijk gemaakt dat Nederland pas een standpunt inneemt over het EU-Mercosur-verdrag als de Europese Commissie het onderhandelingsresultaat voorlegt, maar minister Schreinemacher zei tijdens haar bezoek aan Brazilië in februari dat Nederland het verdrag snel moet ratificeren en het momentum niet moet smoren met allerlei eisen op het gebied van milieu en klimaat. Sprak minister Schreinemacher daar namens het kabinet of sprak de minister-president namens het kabinet? Het kan niet allebei waar zijn.
Voorzitter. Het kabinet schrijft dat het de Europese inzet om onafhankelijker te worden op het gebied van grondstoffen steunt. Wat er mist, is het besef dat het grondstoffenverbruik radicaal omlaag moet om echt onafhankelijk te kunnen worden van andere landen. Dat zou een integraal onderdeel moeten zijn van de grondstoffenstrategie én de inzet voor de Critical Raw Materials Act. Dan kunnen we ook de diepzee, een van weinige terreinen op aarde waar de mens nog nauwelijks zijn stempel op heeft gedrukt, met rust laten. Eind juni moeten lidstaten van de Internationale Zeebodemautoriteit beslissen over diepzeemijnbouw in de oceanen. Nederland weigert kleur te bekennen, terwijl andere lidstaten zich wel helder uitspreken tegen mijnbouw in de diepzee.
We weten meer van de maan dan van de diepzee. Wetenschappers geven aan dat het nog minstens tien jaar duurt voordat de gevolgen enigszins te overzien zijn. Het leidt tot potentiële verwoesting van ecosystemen, met grote gevolgen voor ook de vispopulaties en het klimaat. De Volkswagens en de Googles van deze wereld zeggen: winning is niet nodig voor de energietransitie. Dus wat let het kabinet om nu een heel duidelijk "nee" te zeggen tegen diepzeemijnbouw? Graag een reactie van de minister van Buitenlandse Zaken.
Voorzitter, tot slot. Als de historici van de toekomst concluderen dat we in de huidige tijd in een ecologische kanteltijd leven, aan welke kant staan Nederland en Brussel dan? We kunnen nu nog kiezen. Dank u wel.
Interessant voor jou
Bijdrage Akerboom aan debat over de Landbouw- en Visserijraad van 30 mei
Lees verderBijdrage Akerboom aan debat over de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Lees verder