Bijdrage Teunissen bij WGO cultuur en corona


14 juni 2021

Voorzitter, dank u wel. "We zijn geen discodip, we behoren tot de Schijf van Vijf". Het zijn de rake woorden van Ann Demeester, directeur van het Frans Hals Museum, uitgesproken in Buitenhof. Pijnlijk was het dan ook dat de kunst- en cultuursector voor de zoveelste keer zijn essentiële waarde moest verdedigen tegenover het kabinet. Een minister die zegt dat je net zo goed een dvd'tje kan opzetten, is een verpersoonlijking van de bv Nederland waarin alles in geld moet worden uitgedrukt. Het voortbestaan van een groot deel van de culturele sector is door corona aan het wankele gebracht, zowel financieel als mentaal. Uitspraken zoals die van minister De Jonge waren dan ook voor velen een klap in het gezicht. Heeft de minister haar collega aangesproken op die uitspraken?

Schandelijk is ook dat de cultuursector in de testwet wordt aangemerkt als een niet-essentiële sector. Mede daarom heeft mijn partij tegen de testwet gestemd. Dat is gevaarlijke stemmingmakerij die het mede mogelijk maakt dat onze huidige regering enerzijds blanco cheques uitdeelt voor de vervuilende bedrijven zoals Shell en KLM en het anderzijds voor de culturele sector houdt bij zeer magere steunpakketten en een dvd-box. Zou de minister op de essentiële rol van cultuur kunnen reflecteren? Welke mogelijkheden ziet zij om het bewustzijn van de diepgaande waarde van kunst en cultuur voor onze samenleving te vergroten?

Voorzitter. Er liggen twee wetsvoorstellen voor. De Partij voor de Dieren steunt uiteraard de extra middelen. Wij merken wel op dat de verdeling van de coronasteunpakketten nogal te wensen overlaat. De Boekmanstichting formuleerde het met "Ongelijk getroffen, ongelijk gesteund". Met name zzp'ers, vrije producenten en lokale culturele instellingen — vele collega's hebben het al aangegeven — hebben het zwaar en vallen in meerdere of mindere mate buiten de boot. Zij hebben ook gebrek aan perspectief.

Maar liefst 65% van het totale aantal zzp'ers dat werkzaam is in de culturele en creatieve sector, heeft minder omzet dan in 2019. Het gaat daarbij om een omzetdaling van gemiddeld 57%. Dat is meer dan de helft. Bij de meeste instellingen is de "flexibele schil", zoals die mag heten, zwaar de dupe. Van het vermeende trickledowneffect merken ze niet veel. De huidige plannen zijn voor hen dus ontoereikend. Wat gaat de minister doen om het trickledowneffect te verbeteren? Gaat zij in gesprek om de middelen eerlijker te verdelen?

Het Platform voor Freelance Musici waarschuwt ons met klem dat veel mensen het niet langer volhouden. Mensen stappen over naar andere sectoren of hebben dat al gedaan: blijvende schade. Het is slechts één van de vele noodkreten. Hetzelfde geluid klinkt bijvoorbeeld in de theaterwereld en bij de vele andere makers van cultuur. Hoe kijkt de minister aan tegen een versoepeling van de voorwaarden voor de Tozo op korte termijn, zodat meer freelancers daarvan gebruik kunnen maken? Hoe kijkt zij aan tegen het opheffen van de partnertoets en het opheffen van het bijverdienverbod? Welke mogelijkheden ziet zij voor meer ondersteuning van de makers in het vierde steunpakket? Verder sluit ik mij graag aan bij de vragen van GroenLinks over het vierde steunpakket.

Welke mogelijkheden ziet de minister voor een nationaal noodplan om mensen voor de culturele sector te behouden? Ik noem bijvoorbeeld de eenmalige compensatie voor de kleine ondernemers om zzp'ers te herkapitaliseren, iets wat ook het Centraal Planbureau stelt.

De Fair Practice Code staat onder druk door de negatieve invloed van de coronacrisis op de werkgelegenheid, de salarissen en de honoraria. Is de minister bereid om de zorgelijke berichten van de Raad voor Cultuur, namelijk dat de honoraria sterk worden verlaagd en dat soms zelfs een boekenbon als vergoeding wordt voorgesteld, te onderzoeken en toe te zien op een goede implementatie van de Fair Practice Code?

Voorzitter. Dan het perspectief voor de langere termijn. Laten we niet vergeten dat de weerbaarheid van de kunst- en cultuursector al veel eerder is aangetast. Door de cultuurbezuinigingen van het kabinet-Rutte I werd al veel ellende veroorzaakt. Opgeteld bij de flexibilisering van de arbeidsmarkt brachten die veel makers in steeds kwetsbaardere posities. Niet voor niets wijst de Raad voor Cultuur erop dat er structureel meer geld naar de culturele sector moet. Deelt de minister de constatering dat er structureel te weinig in cultuur wordt geïnvesteerd en dat corona dat heeft blootgelegd?

Wat de Partij voor de Dieren betreft, wordt de weerbaarheid van de culturele sector structureel versterkt door structureel meer middelen te verstrekken. Ook willen we dat er een einde komt aan de doorgeflexibiliseerde arbeidsmarkt en dat toegewerkt wordt naar vaste contracten. Welke mogelijkheid ziet de minister op dat punt?

Voorzitter, tot slot. De sector heeft enorm veel plannen opgesteld voor een duurzaam herstel, voor perspectief. Denk aan de New Creative Deal. D66 noemde die ook al even. Op welke manier neemt de minister deze plannen mee voor een duurzaam herstel na de coronacrisis?

Dank u wel.