Bijdrage Van Raan aan het debat over het noodpakket banen en economie
Voorzitter, ik wil beginnen met uitspreken van mijn waardering voor het harde werken aan het steunpakket. In dit debat over steun spreken we niet alleen over de gezondheid van burgers, maar ook over geïnfecteerde sectoren en bedrijven.
Om te beginnen: Royal IHC die de race naar de bodem niet meer volhoudt en met 400 miljoen staatsteun drijvend moet worden gehouden.
Met 400 miljoen euro gaat het niet om het kleinste bedrag in het pakket. Wel als je het vergelijkt met de miljarden die voor KLM worden vrijgemaakt, maar niet als je het naast de steun voor de cultuursector legt. Hiervoor kon maar 300 miljoen worden vrijgemaakt, terwijl daar nog veel meer banen op het spel staan. Kan de minister daarop reflecteren. Gaat het om werkgelegenheid, om alles van waarde wat weerloos is, of om grotendeels fossiele commerciële belangen? Graag een reactie!
In tijden waar iedereen alle zeilen bij aan het zetten is, waarin de volgende sectoren alweer op de stoep staan voor steun, we noodgedwongen allerlei moeilijke afwegingen moeten maken van wat belangrijk is en wat niet, trekt deze minister nog even flink de portemonnee open voor een bedrijf dat op geen enkele manier toekomstbestendig is (IHC).
En dat terwijl zijn collegaminister van Financiën in het Wekelijks gesprek met de minister van Financiën op RTL Z op 28 april nog zei dat hij niet kon uitsluiten dat er straks bezuinigingen nodig zijn. Kan de minister bevestigen dat de gewone belastingbetaler dus twee keer moet bloeden in deze crisis? Kan de minister daarop reflecteren in termen van werkgelegenheid en waarde voor het welzijn van de Nederlandse burger?
Voorzitter, Terwijl KLM ongehinderd doorvliegt, is er iets anders wat maar niet wil landen, het feit dat we straks nog steeds met een klimaat- en biodiversiteitscrisis te maken hebben. En ook in deze supplementaire begroting zie ik niks dat gaat helpen de klimaat- en biodiversiteitscrisis te lijf te gaan.
Aan geen van de maatregelen die tot nu toe gepresenteerd zijn, zijn fatsoenlijke duurzaamheidseisen gekoppeld, ook niet aan die van deze minister, die notabene de minister van Klimaat is en die nota bene met 11 collega’s Europa opriep ambitieuzer te zijn. Hoe verklaart de minister zijn tegenstelling, op welke Wiebiaanse redenering worden we hier getrakteerd?
Heel even was ik positief verrast toen ik zag dat de minister de middelen toevoegt aan het beleidsartikel ‘Bedrijvenbeleid: innovatie en ondernemerschap voor duurzame welvaartsgroei’. Ik ben nu wel erg nieuwsgierig wat exact de duurzaamheidsagenda is van de minister, want zoals ik het lees dragen deze middelen niet heel veel bij aan brede welvaart of aan de transitie naar de 1,5 gradeneconomie. Kan de minister dit uitleggen? Zijn de steunmaatregelen niet pennywise, poundfoolish als ze geen enkele preventieve werking hebben voor de klimaat- en biodiversiteitscrisis waarvan veel ernstiger gevolgen te verwachten zijn dan van de huidige economische crisis? Graag een reactie.
Iedereen begrijpt dat er snel moest worden gehandeld, en het debat nu is van toegevoegde waarde als we het eindelijk kunnen hebben over de voorwaarden. Terwijl we de coronacrisis nog aan het beteugelen zijn moeten we ons blijven beseffen dat we niet alleen naar een 1,5 metersamenleving toe moeten, maar vooral ook naar een 1,5 gradeneconomie.
Voorzitter, ik heb het hier niet over alle maatregelen, zoals bijvoorbeeld over de éénmalige tegemoetkoming van 4.000 euro, de aanvullende steun via Qredits en de maatregelen in het Caribisch deel van het Koninkrijk. Daar stemt mijn fractie graag mee in.
Waar we wel meer duidelijkheid over willen is de Garantie Ondernemersfinanciering, de Borgstelling MKB, kredietverstrekking via de Regionale ontwikkelingsmaatschappijen en het overbruggingskrediet voor het bedrijf Royal IHC. Door aan de maatregelen van deze orde van de grootte eisen te stellen kunnen we de energietransitie stimuleren die past bij de 1,5 gradeneconomie.
We denken aan het verder opschroeven van de energiebesparingsplicht die al sinds 1993 wettelijk is vastgelegd in bestaande milieuwetgeving, maar nauwelijks gehandhaafd wordt door gemeenten en provincies. Met deze bepaling worden bedrijven en instellingen verplicht om alle energiebesparende maatregelen met een terugverdientijd van 5 jaar of minder uit te voeren. Is de minister bereid om de handhaving verder te intensiveren?
En moeten we deze termijn toch niet eens oprekken naar bijvoorbeeld 7 of 10 jaar? Is de minister bereid om toch onderzoek te doen naar de uitbreiding van deze plicht?
Verder zou de minister bedrijven moeten verplichten om duurzaamheidsdoelen te formuleren en zich daarover te verantwoorden. Zonder verantwoording geen steun!
Daar liep al een overheidscampagne voor Watt je moet weten. Kan die campagne worden geïntensiveerd en is de minister bereid tot zo’n verplichting?
Daarnaast, voorzitter, naar Deens voorbeeld: geen steun voor bedrijven die geregistreerd zijn in belastingparadijzen. Als we miljarden euro’s van de belastingbetaler uitgeven om bedrijven en banen te redden, moet dat geld wel dáárheen gaan en niet naar rijke aandeelhouders aan de andere kant van de wereld. Is de minister niet van de partij die vindt dat wie een uitkering krijgt een tegenprestatie moet leveren? Of vindt deze minister dat bedrijven uitkeringstrekkers mogen zijn?
Tot slot voorzitter, kom ik terug op de bedrijfsspecifieke steun voor Royal IHC: dit bedrijf is specialist in het ontwerpen en bouwen van geavanceerde schepen en onderdelen voor de offshore- en baggerindustrie. Met olieverslindende schepen en modderwroetende zuigmonden, sleepkoppen, en pompwaaiers faciliteert IHC de olie- en gasindustrie en de vernietiging van kwetsbare ecosystemen.
Weet de minister al hoe hij met zijn kapitaalinjectie ervoor kan zorgen dat dit bedrijf gaat bijdragen aan de verduurzaming van de scheepvaart en de baggerindustrie? Want op dit moment stelt deze minister zichzelf alleen maar de vraag wat Nederland kan doen om de problemen van IHC op te lossen, en daarom stel ik de vraag: wat kan IHC doen om de problemen van Nederland op te lossen?
Uiteindelijk is deze reddingsoperatie natuurlijk vooral ook ingegeven door de onaantrekkelijke gedachte dat zijn collegaminister van Financiën bij een faillissement écht een schade-uitkering moet uitkeren omdat hij een exportkredietgarantie van 395 miljoen euro heeft afgegeven. Maar hoe weet deze minister nu zeker dat de belastingbetalers niet straks alsnog de steun kwijt is? Aangezien IHC een bedrijf is dat geen toekomst heeft, niet in de 1,5 gradeneconomie en niet eens in de achterhaalde précorona-economie?
Graag een duidelijke reactie waarop het kabinet afgerekend kan worden bij onverhoopte, maar te voorziene mislukking.
Dank u wel!
Interessant voor jou
Bijdrage Wassenberg aan debat over Hawija
Lees verderInbreng PvdD over statiegeld
Lees verder