Bijdrage Wassenberg debat Nationale Energieverkenning
Voorzitter, gisteren vond een hoorzitting over klimaatadaptatie plaats. Mijn collega Van Raan was daarbij namens de Partij voor de Dieren.
Bij de hoorzitting werd duidelijk dat de klimaatverandering véél sneller gaat dan wij tot nu toe denken. Dat elk uitstel van maatregelen op termijn alleen maar meer kosten met zich meebrengt. En dat we onze euro’s beter kunnen besteden door de klimaatverandering te voorkomen dan door achteraf pleisters te plakken.
Maar Nederland scoort nog steeds slecht op het gebied van duurzame energie en energiebesparing. We horen bij de hekkensluiters van Europa, we zijn het lelijke eendje uit het nest. Alleen Luxemburg doet het slechter. En gestelde doelen gaan we niet halen: een aandeel van 14% duurzame energie in 2020.
De term duurzame energie is overigens niet helemaal juist: niet alle opgewekte energie is echt duurzaam. Er zit dubieuze energie bij die vrijkomt door Canadese houtsnippers in kolencentrales te verbranden. Maar ook het mestvergisten, waarmee Nederland de vee-industrie groen probeert te wassen. Energie uit mest zou duurzaam zijn, waarbij voor het gemak vergeten wordt dat de dieren gevoed worden met soja uit Zuid-Amerika, waar het regenwoud wordt gekapt om plaats te maken voor sojaplantages. Maar in Nederland wordt elk kilowatt-uur aan zogenaamd duurzame energie met gejuich begroet, ook al wordt daar regenwoud voor gekapt. Zolang dat maar ver weg gebeurt.
Maar voorzitter, voordat de minister uitkijkt naar een fluwelen pak slaag, wil ik hem toch een compliment maken. Hij heeft lef en daadkracht getoond op het gebied van energie en klimaat. Ik denk dan aan zijn besluit om te breken met de jarenlange gewoonte om de financiën van de aardgaswinning boven de veiligheid van de Groningers te stellen. De minister wrikt en morrelt aan bestaande structuren, om iets ten goede te veranderen. Dat is positief.
Voorzitter, de lichten staan op groen; de minister heeft NU de kans om de noodzakelijke inhaalslag te maken. Vijf kopstukken uit politiek en bedrijfsleven gaan voor de minister aan de slag met vijf sectortafels. Daar moet worden ingevuld hoe 49% CO2-reductie behaald gaat worden. Ik hoop daarom dat de minister de nodige lessen uit het eerste Energieakkoord heeft gehaald, uit 2013.
De Achilleshiel van dat Energieakkoord was dat de belanghebbenden te veel input mochten leveren. Voorzitter, het is niet logisch om aan een konijn te vragen hoe dit bereid wil worden voor kerst. Net is zo min logisch om aan fossiele energiebedrijven te vragen vrijwillig hun eigen belangen in te perken. Dan krijg je gedrochten als het bijstoken van Canadees hout en dat duurzaam noemen.
De belangen van de fossiele industrie mogen geen rol van betekenis spelen. Het gaat om veel grotere belangen. Om de belangen van het klimaat, van de aarde. Het belang van gezonde ecosystemen, van een grote biodiversiteit. En daarmee ook de belangen van onszelf en onze kinderen.
Voorzitter, ik daag de minister uit om hier leiderschap te tonen. Om ervoor te zorgen dat het publieke belang het uitgangspunt wordt van het aankomende energie- en klimaatbeleid, in plaats van een uitruil van belangen.
Ik las deze week een stuk van Roland Kupers in het Financieële Dagblad, hij is adviseur voor de energietransitie. Hij schreef dat het stellen van doelen via consensus niet werkt. Dat doelen dan altijd te weinig ambitieus zijn. Dat komt doordat spelers vooral hun belang en positie veilig willen stellen. Het is een terugkerend patroon: laag gestelde doelen, voor een te lange termijn. De oplossing: we moeten vanaf het begin herkennen en erkennen dat de ambities slechts een stap in de goede richting zijn, en daarom periodiek moeten worden bijgesteld en opgekrikt. Klimaatdoelen moeten dan periodiek worden aangepast en aangescherpt. Hoe staat de minister daarin?
Voorzitter, we moeten in ieder geval voorkomen dat er eindeloos wordt getreuzeld met het uitvoeren van niet ambitieuze maatregelen. Zoals in het huidige energieakkoord. Er zijn onlangs aanvullende maatregelen aangekondigd om alsnog die doelstellingen te halen. Bijvoorbeeld op het gebied van energiebesparing: de Borgingscommissie denkt winst te kunnen halen door een informatieplicht bij de Wet Milieubeheer in te voeren. Bedrijven hebben vanuit deze wet de plicht elke energiebesparende maatregel te nemen die ze binnen 5 jaar kunnen terugverdienen. Maar dat gebeurt niet. En nu komt daar dus een rapportageverplichting bij. De voorzitter van de commissie, spreekt van een ‘doorbraak’.
Voorzitter, we hebben het hier over een verplichting die al sinds 1993 jaar bestaat en waar bedrijven al die tijd onderuit weten te komen. Is dit een doorbraak? Als we versneld de kolencentrales gaan sluiten, dàt is een doorbraak. Of als we besluiten om de gigantische uitstoot van CO2 en methaan door de vee-industrie aan te pakken door de veestapel in te krimpen, dàt hebben we een doorbraak. Maar om een verplichting die al 25 jaar bestaat eindelijk te gaan handhaven een doorbraak te noemen? Ik dacht het niet.
Voorzitter, het klimaatakkoord is bij voorbaat gedoemd te mislukken als er onvoldoende groene partijen aan tafel zitten. Worden zij wel uitgenodigd? We willen geen technocratische, maar een integrale klimaataanpak.
Voorzitter, ik rond af. Ik noemde Nederland in mijn betoog het lelijke eendje uit het nest als het gaat om duurzame energie. De minister kent zijn klassiekers: hij weet hoe het met het lelijke eendje afliep, dat groeide uit tot sierlijke zwaan. Voorzitter, ik hoop op die metamorfose voor het Nederlandse energiebeleid. Ik gun het de minister dat onder zijn bezielende leiding het Nederlandse klimaatbeleid gaat uitgroeien tot een voorbeeld binnen Europa. Maar dan kan alleen als we de focus breder leggen dan nu het geval is. Geen koehandel of uitruil van principes, maar stevige ambities die we met regelmaat omhoog schroeven. Geen heilige huisjes en geen blinde vlekken. En ons realiseren dat klimaatbeleid om veel meer gaat dan alleen energiebeleid. Ook inkrimping van de veestapel bijvoorbeeld.
Interessant voor jou
Bijdrage Arissen AO Natuur
Lees verderBijdrage Arissen AO Landbouw en Visserijraad
Lees verder