Bijdrage Wassenberg debat over het aardgasvrij maken van woningen
Voorzitter, alle Nederlandse huizen worden aardgasvrij. Een gigantische opgave, waarin 20 wijken zullen fungeren als proeftuin. De ervaringen die daar worden opgedaan zetten de toon voor de renovatie van maar liefst 7,7 miljoen woningen. Het zijn proeftuinen, waar kennis en ervaring wordt opgedaan, waar alle gemeenten op kunnen voortbouwen.
Voorzitter, dat maakt het extra belangrijk dat we in deze wijken aardgas niet gaan vervangen met schijn-duurzame alternatieven. Dat maakt het extra belangrijk dat we geen lock-ins creëren, waarmee we via een omweg langer afhankelijk blijven van fossiele energie. Want dat is niet wat we als voorbeeld voor heel Nederland willen.
Voorzitter, we moeten met deze proeftuinen voorsorteren op een toekomst die echt anders is dan de huidige situatie. Dat doe je niet door de wijken in één klap aan te sluiten op grootschalige warmtenetten die afhankelijk zijn van fossiele energie, onder het motto “snelle aantallen en grote klappen”. Dat ziet er voor de korte termijn misschien goed uit, want schijnduurzaamheid is goedkoper dan echte duurzaamheid.
Maar schijnbare voordelen op de korte termijn hebben grote nadelen op de middellange en lange termijn. Bijvoorbeeld het koppelen van kolencentrales, afvalcentrales en fossiele industrieën aan een warmtenet. Het klinkt voor sommigen aantrekkelijk: restwarmte die ontstaat door het verbranden van kolen en afval krijgt een bestemming.
Maar het maakt huizen en wijken afhankelijk van fossiele industrieën en van kolen- of gascentrales. En goedkoop blijkt dan op de iets langere termijn duurkoop, want van gas- of kolengestookte centrales moeten we op termijn af. Laten we nu hele wijken niet met handen en voeten binden aan de fossiele energiesector of aan vuilverbranders. Zo creëren we wat in goed Engels en slecht Nederlands een lock-in noemen. Pennywise, but poundfoolish zeggen de Britten dan heel gevat. Deelt de minister deze visie? Graag een reactie van de minister hoe zij lock-ins gaat voorkomen en niet zal kiezen voor schijnduurzaamheid.
Voorzitter, de verandering waar we voor staan, vraagt om moed in plaats van veilige keuzes en een lange termijnvisie in plaats van korte termijnwinst. Dat vraagt om een aantal uitgangspunten die leidend zouden moeten zijn in de proeftuinen. Vanavond wil ik die graag aan de minister voorleggen.
Zo dient de energie die in de wijken gebruikt wordt, ook te worden opgewekt in de wijk zelf. Als het aan de Partij voor de Dieren ligt, worden energieneutrale woningen zo snel mogelijk de norm.
Energie kan prima in, op, of aan een gebouw worden opgewekt. En als dat niet lukt, dan lukt het vaak wel via omliggende gebouwen. We willen een einde aan zogenaamd duurzame energie, zoals energie die via ‘duurzaamheidscertificaten’ uit Noorwegen komt. Zijn energieneutrale woningen de norm in de proeftuinen vraag ik de minister?
En vanzelfsprekend, voorzitter, kiezen we ook voor onze warmte alleen nog duurzame warmtebronnen. Ik zei het eerder al; huizen aansluiten op warmtenetten die zijn gekoppeld aan kolencentrales, afvalcentrales en fossiele industrieën zijn niet duurzaam. Het koppelen van een huis aan een warmtenet zou alleen moeten mogen, als daar duurzaam, fossielvrij geproduceerde warmte aan wordt toegevoegd. Op die manier maken niet alleen huizen, maar ook warmtenetten de transitie naar non-fossiele energiebronnen. Is dit het uitgangspunt in de proeftuin? Graag een reactie.
Voorzitter, duurzame warmte is schaars, en daarom zullen we het zo spaarzoom mogelijk moeten benutten. Natuurlijk zijn er zuinige technologieën en installaties nodig, maar de besparingen die daarmee worden gerealiseerd, vallen in het niet bij de besparingen die te bereiken zijn door woningisolatie. Alleen stevige isolatie maakt de overstap van hoge temperatuurverwarming naar lagetemperatuurverwarming mogelijk. Er hoeft dan geen water van 80 of 90 graden meer door de leidingen gepompt te worden om het huis warm te krijgen, maar water van slechts 25 tot 55 graden. Door een isolatie-norm te introduceren, verzekeren we onszelf ervan dat die isolatie er ook daadwerkelijk komt. We kunnen vervolgens afspreken dat wanneer een woning wordt verkocht, er wordt voldaan aan de afgesproken norm, te realiseren via nieuwe financieringsmodellen.
Isolerende maatregelen worden vaak nagelaten vanwege de (nu nog) hoge kosten en de overlast bij de realisatie. En de bedragen die de overheid hiervoor beschikbaar stelt, zijn beperkt in verhouding tot de bedragen die worden geïnvesteerd in het verduurzamen van elektriciteit. Zonder de warmtevraag flink te verlagen wordt een energieneutrale gebouwde omgeving praktisch onmogelijk, vooral omdat de mogelijkheden voor duurzame opwekking in Nederland beperkt zijn. Is er een isolatie-norm op komst? Graag een reactie.
Voorzitter, beperkt de renovatie van de proeftuinen zich tot het aardgasvrij maken van de woning, of kiezen we een integrale aanpak, waarin wijken in één keer klaar zijn voor de toekomst? Dat laatste heeft uiteraard de voorkeur. Want we proberen de klimaatverandering zoveel mogelijk te beperken, we proberen erger te voorkomen, maar tegelijk is die klimaatverandering al in volle gang. We hebben gigantische regenbuien de afgelopen weken gehad die delen van Nederland teisterden.
Het dorp Meerssen, een paar kilometer van Maastricht, is de afgelopen vier jaar zes keer getroffen door extreme wateroverlast. Volgens de oude statistieken zou er ééns in de 100 jaar zo’n wateroverlast met overstromingen zijn.
Ik woon zelf op fietsafstand van het genoemde Meerssen en ik kan u verzekeren dat we het de afgelopen weken flink voor onze kiezen hebben gehad. Ook in onze kelder is het water binnengedrongen. Ook in onze straat kwamen de putdeksels omhoog.
Wat er in Limburg gebeurt, zien we door het hele land. Elk voorjaar en elke zomer zien we berichten van ondergelopen kelders, overstroomde huizen, straten die in wildwaterbanen veranderen, tunnels die volledig onderlopen.
We zien de gevolgen van de klimaatverandering steeds vaker en steeds heftiger. En we moeten die klimaatverandering zoveel mogelijk tegengaan, maar we moeten de gevolgen die de nu al zien zo goed mogelijk opvangen.
En dat moet voor een belangrijk deel gebeuren in de wijken. Dat kan onder meer door te kiezen voor meer groen, minder asfalt en minder tegels. Groenere wijken hebben veel voordelen: in de zomer zijn ze koeler, ze helpen de gevolgen van heftige neerslag opvangen en ze sparen energie. Vanwege de gigantisch oppervlakten aan beton en asfalt en vanwege het geringe aantal bomen en parken, is het in de zomer in veel steden veel warmer dan daarbuiten. En vanwege dat beton, asfalt en de betegelde tuinen is de overlast na extreme regenbuien veel ernstiger dan in een groenere omgeving.
En met groen om ons heen zijn we ook nog eens stukken gezonder. Dat geldt niet alleen voor onszelf, maar zeker ook voor onze kinderen. Door meer groen en het met bieden van broed- en nestmogelijkheden voor vogels en vleermuizen krijgt de biodiversiteit een hoognodige stimulans. Voorzitter, een integrale benadering levert alleen maar voordelen op. Voordelen voor het klimaat, voor de bewoners, voor de leefbaarheid, voor de volksgezondheid, voor planten, voor dieren, voor de biodiversiteit. Mijn vraag aan de minister: wordt er in de 20 proefwijken ook ervaring opgedaan met klimaatadaptatie en wordt vergroening van de wijk nadrukkelijk meegenomen? Of richt de aanpak zich alleen op zonnepanelen, isolatie en warmtepompen, want dat zou een gemiste kans zijn.
In dit kader wil ik nog één aspect kort belichten. Hoe belangrijk isolatie van woningen ook is, er is soms één nadeel. Oude huizen bieden vaak veel nestgelegenheid voor vogels of vleermuizen. Bij goed geïsoleerde huizen zijn die mogelijkheden er veel minder. Tenzij je daar bij de bouw rekening mee houdt en via bijvoorbeeld speciale dakpannen of bij randen van daken mogelijkheden tot nestbouw maakt. Graag een reactie.
Een ander punt dat ik wil inbrengen is de betaalbaarheid van de wijk. Door nul-op-de meter als uitgangspunt te nemen, bijvoorbeeld door te kiezen voor all-electric, zijn er in principe geen energiekosten meer. Bij deze investering zou het moeten draaien om woonlastenneutraliteit. De focus zou niet moeten liggen op korte terugverdientijd, maar op een gezond rendement. Is het principe van woonlastenneutraliteit in de proeftuinen leidend? Graag een reactie.
Ook de kosten van nul-op-de meter renovaties zullen moeten gaan dalen. Pas bij een bepaald volume, door grote aantallen woningen tegelijk aan te pakken, kan de verduurzaming echt van de grond komen. Op dit moment zijn er slechts enkele bedrijven die deze grotere volumes aankunnen. Is er voldoende nagedacht over hoe de proeftuinen kunnen bijdragen aan het opschalen van nul-op-de-meter-renovaties? We hebben, net als bij wind op zee destijds, een tenderregeling nodig die is toegesneden op de opgave om de transitie in de gebouwde omgeving te versnellen. Heeft de minister financiële ondersteuning al overwogen, die de massale uitrol van nul-op-de-meter-renovaties mogelijk gaat maken?
Voorzitter, ik rond af. We staan voor serieuze uitdagingen op het gebied van klimaat, energie en biodiversiteit. Daar moeten we juist in de wijk oplossingen voor vinden. Ik vraag de minister daarom een integrale benadering te kiezen in de proeftuinen, zonder lock-ins, zonder schijnoplossingen, zonder door te schuiven naar volgende kabinetten. De tijd van wie dan leeft, wie dan zorgt is voorbij. We zullen nu aan de slag moeten.
Wij zijn tegen:
Interessant voor jou
Bijdrage Van Kooten-Arissen aan debat over positie regionale ziekenhuizen
Lees verderInbreng PvdD SO Verkenning Brede Welvaart 2018
Lees verder