Inbreng aan de wijziging van de Klimaatwet (implementie Europese Klimaatwet)
De leden van de Partij voor de Dieren-fractie hebben kennisgenomen van de voorgestelde Wijziging van de Klimaatwet in verband met de implementatie van de Europese Klimaatwet. Deze leden stellen vast dat de voorgestelde wijziging van de Klimaatwet niets verandert aan het feit dat zowel de Nederlandse Klimaatwet als de Europese Klimaatwet onnodig veel risico nemen met het overschrijden van het best beschikbare koolstofbudget dat past bij het 1,5°C-doel en dat beide wetten volstrekt niet in lijn zijn met het principe van gemeenschappelijke maar gedifferentieerd verantwoordelijkheden,[1] zoals al in 1992 werd overeengekomen in het klimaatverdrag van Rio de Janeiro[2] en dat later ook een van de grondslagen was van het Parijsakkoord van 2015.[3] Daarmee blijft de boterzachte Nederlandse Klimaatwet internationaal onrechtvaardig en vanuit het voorzorgsbeginsel bekeken levensgevaarlijk.
De leden van de Partij voor de Dieren-fractie wijzen op het rapport van NewClimate Institute (2022) ‘What is a fair emissions budget for the Netherlands? How the Netherlands can integrate the principle of common but differentiated responsibilities and capabilities in their climate target’.[4] De onderzoekers van NewClimate Institute hebben berekend dat als Nederland haar volwaardige eerlijke aandeel wil leveren aan een >67% kans op het halen van het 1,5OC‑doel, waarbij ook rekening wordt gehouden met zowel mitigatiemogelijkheden als historische emissies, de Nederlandse emissies al in 2030 tot onder nul moeten zijn teruggebracht, en er daarna verder gewerkt dient te worden aan negatieve emissies. Wat is het onderliggende kanspercentage op het 1,5OC‑doel dat door de regering wordt gehanteerd bij de reductiedoelen in het voorliggende wetsvoorstel en het reductiepad uit het coalitieakkoord? Klopt het dat dit niet >67% maar >50% is? Waarom baseert de regering het gehele klimaatbeleid op een kans van >50% om het 1,5 gradendoel ook daadwerkelijk te halen? Kan de regering aangeven op welke wijze het voorliggende wetsvoorstel is gebaseerd op de door het IPCC opgestelde tabel[5] met de resterende koolstofbudgetten die passen bij bepaalde kanspercentages op het halen van bepaalde temperatuurgrenzen? Waarom is de wijziging van dit wetsvoorstel niet aangegrepen om een koolstofbudget verdelingsmechanisme te introduceren in het Nederlandse klimaatbeleid? Erkent de regering dat het met de huidige reductiedoelstellingen een (tijdelijke) overschrijding van het 1,5 gradendoel accepteert? Is de regering zich ervan bewust dat een (tijdelijke) overschrijding van het 1,5 gradendoel betekent dat een groot deel van Bonaire zal overstromen en het koraal zal afsterven?[6] Vindt de regering dit rechtvaardig tegenover de inwoners van Bonaire? Waarom vallen Bonaire, St-Eustatius en Saba niet onder de Klimaatwet en het Akkoord van Parijs? Wat is de gedachte daarachter en wat zijn de (eventuele) voor- en nadelen ervan? Op welke manier werkt dit ongelijkheid tussen het Europese deel van het Koninkrijk en Bonaire, St-Eustatius en Saba in de hand? Wat gaat de regering hieraan doen? Erkent de regering dat de Nederlandse reductiedoelstellingen impliciet ervanuit gaan dat een enorme hoeveelheid broeikasgassen kan worden verwijderd uit de atmosfeer in de tweede helft van de 21ste eeuw? Waar baseert de regering deze aanname op? Vindt de regering dit rechtvaardig tegenover volgende generaties?
NewClimate Institute berekende eveneens dat de huidige Nederlandse klimaatdoelen (55% in 2030, 70% in 2035, 80% in 2040 en klimaatneutraliteit in 2050) een gigantische overschrijding opleveren van het rechtvaardige (‘fair share’) Nederlandse koolstofbudget met circa 2400 MtCO2e, oftewel ruim 14 keer de Nederlandse uitstoot van 2021.[7] In antwoord op schriftelijke vragen van deze leden over dit punt wijst de regering erop dat zijn reductiedoelstellingen in lijn zijn met het C1-scenario van het IPCC.[8] Deze leden wijzen de regering erop dat de scenario’s van het IPCC uitgaan van wat er mondiaal gemiddeld nodig is. Uit het Parijsakkoord volgt dat bij het verdelen van de reductie-inspanningen een grotere taak ligt bij landen met een hoge nationale uitstoot, landen met een hoge uitstoot per inwoner, landen die al lang geïndustrialiseerd zijn en daardoor veel broeikasgassen hebben uitgestoten en landen die meer mogelijkheden hebben omdat ze rijk, welvarend en goed georganiseerd zijn. Op elk van deze criteria scoort Nederland relatief hoog.[9] Daarom stellen deze leden de vraag nog een keer: waaruit blijkt volgens de regering dat het Nederlandse reductiepad in internationaal perspectief rechtvaardig zou zijn? Erkent de regering dat het ambitieniveau van de voorgestelde wetswijziging, maar ook het ambitieniveau van het huidige coalitieakkoord niet verder gaat dan wat volgens het IPCC het wereldwijde gemiddelde zou moeten zijn? Zo nee, waaruit blijkt dat dat niet zo is? Wat is de visie van de regering op het principe van gemeenschappelijke maar gedifferentieerd verantwoordelijkheden? Waarom is dit principe niet terug te zien in de voorgestelde wijziging van de Nederlandse Klimaatwet?
De leden van de Partij voor de Dieren-fractie wijzen op het advies van een parlementaire onderzoekscommissie in 1996 om het voorzorgsbeginsel voorop te stellen in het klimaatbeleid.[10] In dat kader wijzen deze leden ook op de cumulatieve werking van broeikasgassen in de atmosfeer, het feit dat elke extra tiende van een graad opwarming grote gevolgen kan hebben voor het leven op Aarde en het daaruit voortvloeiende inzicht dat elke ton broeikasgassen die vanaf nu nog wordt uitgestoten bijdraagt aan het verder uit de hand lopen van de klimaatcrisis. De intensiteit van bosbranden, waterschaarste, overstromingen, mislukte oogsten en conflicten waar de wereld nu al mee wordt geconfronteerd, zijn nog maar het gevolg van de huidige opwarming van circa 1,1 graden. Een overschrijding van het meest veilige koolstofbudget dat past bij het 1,5°C-doel is bij gelijkblijvende wereldwijde uitstoot mogelijk al in 2027 een feit.[11] Het kan zelfs niet worden uitgesloten dat dit budget reeds is overschreden. Hieruit volgt dat het loont om zo snel mogelijk zo veel mogelijk uitstoot te reduceren, en daarmee niet te wachten tot 2040 of 2050. Hoe verhoudt dit zich volgens de regering tot de inhoud van het voorliggende wetsvoorstel? In dit kader is het ook belangrijk om rekening te houden met de verschillende kantelpunten die het gevolg zijn van de klimaatcrisis. Uit recent onderzoek blijkt dat sommige kantelpunten mogelijk al in gang zijn gezet en andere kantelpunten niet veel extra opwarming meer nodig hebben om in gang gezet te worden.[12] Eens een kantelpunt is gepasseerd zal dat zorgen voor onomkeerbare veranderingen met grote gevolgen voor het leven op Aarde. Wat vindt de regering van dit onderzoek? Hoe verhoudt dit zich volgens de regering tot de inhoud van het voorliggende wetsvoorstel?
Bovenstaande voorbeelden onderstrepen het belang van het voorzorgsbeginsel bij het formuleren van reductiedoelen en beleid. Ook daarom is het belangrijk dat Nederland zo spoedig mogelijk een zo groot mogelijke bijdrage gaat leveren aan het voorkomen van een verdere opwarming van de Aarde. Waarom gaat de regering in de voorliggende wetswijziging niet uit van het voorzorgsbeginsel? Waaruit blijkt dat de voorliggende wetswijziging rekening houdt met de “post onvoorzien”, waarmee de leden van de Partij voor de Dieren-fractie doelen op onverwachte tegenvallers in de opwarming van de Aarde?
In de voorgestelde wetswijziging wordt nog altijd geen streep gezet door de vrijblijvendheid van het 2030-doel. Nog altijd wordt in de voorgestelde wetswijziging gesproken van een politiek “streven” dat geen enkele garanties biedt. Een blik op hoe opeenvolgende kabinetten zijn omgegaan met de uitvoering van het Urgenda-vonnis of een blik op de opeenvolgende prognoses van het PBL in de Klimaat- en Energieverkenningen (KEV) leert dat de belofte dat alles op alles gezet zal worden om dit doel te halen niets waard is. Erkent de regering dat, door het laten staan van het “streefdoel”, het daarmee accepteert dat het mogelijk is dat Nederland in 2030 haar doel niet haalt en zodoende onder het Europese doel uitkomt, en andere landen meer reductie zullen moeten realiseren om het falen van Nederland te compenseren? Zo nee, waaruit blijkt dat dat wordt uitgesloten? Welke argumenten heeft de regering om dit streefdoel niet om te zetten naar een meer bindende formulering, anders dan dat het juridisch niet nodig zou zijn? Erkent de regering dat het nog maar de vraag is of de formulering van een streefdoel stand zal houden bij de rechter in het geval van een eventuele toekomstige klimaatrechtszaak? Zo nee, waarom niet? Waarom stelt de regering dat burgers de Staat niet voor de rechter kunnen slepen op basis van de Klimaatwet? Erkent de regering dat door het open houden van deze mogelijkheid, het voorliggende wetsvoorstel een schending inhoudt van het in internationale klimaatverdragen leidende principe van gemeenschappelijke maar gedifferentieerd verantwoordelijkheden? Zo nee, waaruit blijkt dat dit niet zo is?
Ondanks dat negatieve emissies onmisbaar zullen zijn bij het permanent respecteren van het 1,5°C-doel, en de Europese klimaatwet vastlegt dat de EU streeft naar negatieve emissies na 2050, wordt in de voorgestelde wetswijziging nauwelijks aandacht geschonken aan negatieve emissies. In de stukken staat enkel dat Nederland daaraan zal bijdragen. Waarom is dit niet nader uitgewerkt? Erkent de regering dat daar ook op korte termijn al bruikbare stappen in gezet zouden kunnen worden? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat is de visie van de regering op het realiseren van negatieve emissies? De regering lijkt erop voor te sorteren dat Nederland ook in 2050 nog broeikasgassen zal uitstoten, maar dat dit gecompenseerd zal kunnen worden door andere lidstaten. Erkent de regering dat het juridisch noch praktisch niet zeker is dat er gesaldeerd zal kunnen worden tussen lidstaten? Erkent de regering tevens dat het onrechtvaardig is wanneer rijke landen zoals Nederland, met een hoge (historische) uitstoot en een hoge uitstoot per inwoner, hun reductieverplichting afschuiven op andere landen? Kent de regering het zeer bruikbare advies van de Finse klimaatraad over de vraag hoe klimaatdoelen in lijn gebracht kunnen worden met het Parijsakkoord en de klimaatwetenschap?[13] In dit advies wordt o.a. invulling gegeven aan routes die leiden tot negatieve emissies en doelen boven de 100% emissiereductie. Wat vindt de regering van dit rapport? Wat kan Nederland daarvan leren volgens de regering? Is de regering bereid om de onafhankelijke wetenschappelijke adviesraad, die momenteel wordt opgericht naar model van de Britse Committee on Climate Change, te vragen om een Nederlandse variant van dit rapport op te stellen, eventueel in samenwerking met de Finse klimaatraad? Zo nee, waarom niet?
In het raamwerk van de Finse klimaatraad wordt rekening gehouden met drie principes: gelijkheid, mitigatiemogelijkheden en historische verantwoordelijkheid.[14] Finland heeft inmiddels wettelijk vastgelegd dat het land in 2035 klimaatneutraal moet zijn en vanaf 2040 een netto negatieve uitstoot dient te hebben.[15] Wat vindt de regering van deze Finse klimaatwetgeving? Wat kan Nederland daarvan leren volgens de regering? Is de regering bereid om de in oprichting zijnde Nederlandse onafhankelijke wetenschappelijke adviesraad te vragen om in haar werkprogramma relgelmatig de internationale samenwerking op te zoeken met reeds bestaande en gerenommeerde klimaatadviesraden, zoals die van Finland en mogelijk ook van andere landen? Zo nee, waarom niet?
Behalve kritiek op de huidige Klimaatwet, hebben de leden van de Partij voor de Dieren-fractie ook een hoopvol alternatief geschreven: de Klimaatwet 1.5. In deze initiatiefwet van het lid Van Raan wordt vastgelegd dat Nederland zo spoedig mogelijk een zo groot mogelijke bijdrage gaat leveren aan het voorkomen van een verdere opwarming van de Aarde. De leden van de Partij voor de Dieren-fractie willen dat de klimaatcrisis daadwerkelijk als crisis wordt behandeld. Een crisisaanpak vraagt een aantal scherpe keuzes inzake doelstellingen en instrumenten. De Klimaatwet 1.5 is daarbij gebaseerd op de klimaatwetenschap van het IPCC en de door Nederland ondertekende internationale klimaatverdragen zoals het Parijsakkoord.
Voor een toelichting op de inhoud van dat wetsvoorstel verwijst de Partij voor de Dieren-fractie naar de memorie van toelichting van de Klimaatwet 1.5 en de reactie van de initiatiefnemer op het advies van de Raad van State. De indiener kijkt uit naar de reactie van het kabinet op het initiatiefwetsvoorstel.
[1] Fekete, H., Höhne, N. & Smit, S. (2022): What is a fair emissions budget for the Netherlands? How the Netherlands can integrate the principle of common but differentiated responsibilities and capabilities in their climate target, NewClimate Institute
[2] UNITED NATIONS FRAMEWORK CONVENTION ON CLIMATE CHANGE (unfccc.int)
[3] United Nations (2015): Paris Agreement
[4] Fekete, H., Höhne, N. & Smit, S. (2022): What is a fair emissions budget for the Netherlands? How the Netherlands can integrate the principle of common but differentiated responsibilities and capabilities in their climate target, NewClimate Institute
[5] IPPC (2021): Summary for Policymakers. In: Climate Change 2021: The Physical Science Basis. Contribution of Working Group I to the Sixth Assessment Report of the Intergovernmental Panel on Climate Change. [Masson-Delmotte, V., P. Zhai, A. Pirani, S.L. Connors, C. Péan, S. Berger, N. Caud, Y. Chen, L. Goldfarb, M.I. Gomis, M. Huang, K. Leitzell, E. Lonnoy, J.B.R. Matthews, T.K. Maycock, T. Waterfield, O. Yelekçi, R. Yu, and B. Zhou (eds.)]. Cambridge University Press, Cambridge, United Kingdom and New York, NY, USA, pp. 3−32, doi: 10.1017/9781009157896.001. Pagina: 29
[6] Onderzoek VU: Klimaatverandering dreigt Bonaire keihard te raken - Greenpeace Nederland - Greenpeace Nederland
[7] Fekete, H., Höhne, N. & Smit, S. (2022): What is a fair emissions budget for the Netherlands? How the Netherlands can integrate the principle of common but differentiated responsibilities and capabilities in their climate target, NewClimate Institute
[8] Antwoord op vragen van de leden Teunissen en Van Raan over het rapport 'What is a fair emissions budget for The Netherlands', ontvangen op 4 oktober 2022. Kst. AH 155-2022Z15921
[9] Monitor Brede Welvaart & Sustainable Development Goals 2022 (cbs.nl)
[10] Parlementair onderzoek klimaatverandering en broeikaseffect - Parlement.com
[11] IPPC (2021): Summary for Policymakers. In: Climate Change 2021: The Physical Science Basis. Contribution of Working Group I to the Sixth Assessment Report of the Intergovernmental Panel on Climate Change.
[Masson-Delmotte, V., P. Zhai, A. Pirani, S.L. Connors, C. Péan, S. Berger, N. Caud, Y. Chen, L. Goldfarb, M.I. Gomis, M. Huang, K. Leitzell, E. Lonnoy, J.B.R. Matthews, T.K. Maycock, T. Waterfield, O. Yelekçi, R. Yu, and B. Zhou (eds.)]. Cambridge University Press, Cambridge, United Kingdom and New York, NY, USA, pp. 3−32, doi: 10.1017/9781009157896.001
[12] Armstrong McKay, D.I. c.s. (2022): Exceeding 1.5°C global warming could trigger multiple climate tipping points. Science, Vol 377, Issue 6611. DOI: 10.1126/science.abn7950
[13] Ollikainen, M., Weaver, S. & Seppälä, J. (2019): An approach to nationally determined contributions consistent with the Paris Climate Agreement and science: application to Finland and the EU. Suomen ilmastopaneeli, The Finnish Climate Change Panel
[14] Ollikainen, M., Weaver, S. & Seppälä, J. (2019): An approach to nationally determined contributions consistent with the Paris Climate Agreement and science: application to Finland and the EU. Suomen ilmastopaneeli, The Finnish Climate Change Panel
[15] Finland sets world's most ambitious climate target in law (climatechangenews.com)
Interessant voor jou
Bijdrage Van Esch aan debat leefomgeving
Lees verderInbreng aan de wijziging van de Wet Luchtvaart
Lees verder