Inbreng Schrif­telijk Overleg dieren­mis­han­deling en huiselijk geweld


21 maart 2013

De leden van de fractie van de Partij voor de Dieren hebben kennis genomen met de rapporten ‘Dierenwelzijn in het vizier’ en ‘Huiselijk geweld en dierenmishandeling in Nederland’ en de reacties van de minister en staatssecretaris hierop. Zij willen hier graag nog enkele vragen over stellen.

Omvang dierenwelzijnszaken
De leden van de fractie van de PvdD zijn van mening dat er meer prioriteit gegeven moet worden aan het bestrijden van dierenmishandeling en zijn het met het kabinet eens dat er voor dierenmishandeling en –verwaarlozing zware straffen gegeven moeten worden. Uit het onderzoek ‘Naleving dierenwelzijnswetgeving in de vee-industrie’ van stichting Dier & Recht en Varkens in Nood blijkt dat welzijnswetten van dieren in de vee-industrie dagelijks overtreden worden. Slechte handhaving is een belangrijke oorzaak van het grote aantal overtredingen. Geldt de ambitie van dit kabinet ook voor overtredingen die plaatsvinden in de veehouderij? Zo ja, is de inzet van het kabinet om deze overtredingen aan te pakken? Zo nee, waarom niet? Deelt het kabinet de mening dat er door intensieve en uitgebreide controles veel dierenleed voorkomen kan worden? Zo ja, wanneer kunnen we voorstellen hierover tegemoet zien?

Expertise bij het Openbaar Ministerie
De leden van de fractie van de PvdD constateren dat veel dierenwelzijnszaken die bij het Openbaar Ministerie terecht komen worden geseponeerd. Dierenbeulen die bij de rechter moeten verschijnen, komen er doorgaans met beschamend lage boetes vanaf. Uit het onderzoek van Bureau Beke blijkt dat maar in 4% van de gevallen een gevangenisstraf geëist wordt. Daarnaast kan uit het rapport geconcludeerd worden dat de rol van het Openbaar Ministerie in de afhandeling van diergerelateerde zaken kleiner lijkt te worden omdat een bestuursrechtelijke afhandeling geprefereerd wordt boven een strafrechtelijke afhandeling. Als knelpunt wordt ook genoemd dat het soms lastig te bepalen is of een zaak bij het regioparket of het functioneel parket moet worden aangedragen. Wanneer een zaak verkeerd wordt ingestuurd levert dit vertraging op. De leden van de fractie van de PvdD vinden het van groot belang dat het Openbaar Ministerie over expertise beschikt op het gebied van dierenwelzijn zodat bijvoorbeeld vertraging voorkomen kan worden. Zij zijn voorstander van het aanstellen van een ‘groene’ Officier van Justitie, waardoor expertise op het gebied van onder andere dierenwelzijn toeneemt bij het Openbaar Ministerie. Expertise bij het Openbaar Ministerie is van groot belang om van wettelijke bescherming ook werkelijke bescherming te maken. Hierdoor zal er minder sepot onder de dierenwelzijnszaken zijn en zullen minder dierenwelzijnszaken vertraging oplopen. Deelt het kabinet de mening dat meer expertise bij het Openbaar Ministerie van groot belang is om een werkelijke bescherming voor dieren te bereiken? Zo ja, is het kabinet bereid te investeren op het gebied van kennis en scholing over dierenmishandeling voor het Openbaar Ministerie en een ‘groene’ Officier van Justitie aan te stellen, voor dierenwelzijn en milieuzaken? Graag een reactie.

Strafverhoging
De leden van de fractie van de PvdD constateren dat de straffen voor dierenmishandeling en –verwaarlozing op dit moment erg laag zijn. In de periode 2007 t/m de eerste helft van 2012 heeft de gemiddelde transactie een hoogte van 232,25 euro, de gemiddelde strafbeschikking ligt op 119,26 euro en de gemiddelde taakstraf op 57 uur. Zij delen de mening van het kabinet dat zware straffen gegeven moeten worden bij dierenmishandeling en -verwaarlozing. De minister stelt in zijn brief van 20 november 2012 dat er wordt ingezet op hogere straffen. De leden van de fractie van de PvdD concluderen dat dierenwelzijnszaken steeds vaker bestuursrechtelijk worden afgedaan. Zij zijn van mening dat strafverhoging een wassen neus blijft, zolang er weinig zaken strafrechtelijk vervolgd worden. De leden vragen zich af hoe we de ambitie van dit kabinet om tot hogere straffen te komen kunnen zien, aangezien in 2010 de straffen nog opgehoogd zijn. Wanneer kunnen de leden voorstellen van strafverhoging tegemoet zien? Deelt de minister de mening dat naast strafverhoging het noodzakelijk is dat er meer strafrechtelijke vervolging plaatsvindt zodat dieren werkelijk beschermd worden?

Houdverbod
De leden van de fractie van de PvdD concluderen uit het rapport ‘Dierenwelzijn in het vizier’ dat er nog steeds knelpunten zijn bij het opleggen van een houdverbod. Het probleem bij het houdverbod als bijzondere voorwaarde bij een (deels) voorwaardelijke veroordeling, is dat de voorwaarde komt te vervallen bij de tenuitvoerlegging van de hoofdstraf. Een overtreder kan er voor kiezen een boete te betalen of een werkstraf te verrichten, om vervolgens weer dieren te kunnen houden. In het rapport van Bureau Beke komt ook het voorbeeld naar voren van een persoon waarbij de hond in beslag werd genomen, en later bleek dat hij nog een hond thuis had. Een houdverbod zou als zelfstandige maatregel opgelegd moeten kunnen worden om dit te kunnen voorkomen. Daarmee kunnen ook personen die niet strafrechtelijk worden veroordeeld door de rechter alsnog een houdverbod opgelegd krijgen wanneer het dierenwelzijn ernstig in het geding is. Dieren dienen niet alleen wettelijk beschermd maar ook werkelijk beschermd te worden. Het kabinet deelt de mening dat verboden om dieren te houden in het huidige beleid ondersteund moeten worden. Kan de minister aangeven wanneer de mogelijkheid van een houdverbod dat als zelfstandige maatregel kan worden opgelegd geïntroduceerd wordt en hoe dit er uit komt te zien? Zo nee, waarom niet?
Wie meerdere malen dieren mishandelt of verwaarloost, zou geen dieren meer mogen houden. Deelt de minister de mening dat wanneer iemand na een tijdelijk houdverbod weer de fout in gaat een levenslang houdverbod opgelegd dient te worden? Zo ja, is de minister bereid een levenslang houdverbod als zelfstandige straf of als maatregel in het Wetboek van Strafrecht op te nemen? Zo nee, waarom niet?

Opsporen van dierenmishandeling
De leden van de fractie van de PvdD vinden dat op dit moment het bestrijden van dierenmishandeling en -verwaarlozing te weinig prioriteit krijgt in Nederland. Met de bezuinigingen van dit kabinet op de dierenpolitie en de NVWA zal de pakkans voor dierenmishandeling en –verwaarlozing nog kleiner worden. De leden van de fractie van de PvdD vinden het belangrijk dat er goed tegen dierenmishandeling – en verwaarlozing opgetreden wordt. Op handhaving mag dan ook absoluut niet worden bezuinigd. Uit het rapport ‘Dierenwelzijn in het vizier’ blijkt dat sinds de komst van de dierenpolitie en het meldpunt 144 eind 2011 het aantal politieregistraties met betrekking tot dieren is toegenomen. Sinds de komst van het telefoonnummer 144 worden er tussen de 2.000 en 6.000 meldingen per maand gedaan. Verwaarloosde dieren worden eerder weggehaald dankzij de dierenpolitie. De leden van de fractie van de PvdD vinden dan ook dat de dierenpolitie behouden moet blijven met voldoende bevoegdheden voor de opsporing en aanhouding van dierenbeulen. Zij zien graag dat de wet wordt aangepast zodat verwaarloosde en mishandelde dieren veel eerder in beslag genomen kunnen worden dan nu het geval is. Graag een reactie hierop. Dankzij het opsporen van dierenmishandeling komen ook andere vormen van geweld en criminaliteit op het spoor. Vanuit inspecteurs van de Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming komen signalen dat er bij ongeveer 10 tot 15% van de zaken sprake is van gecombineerde problematiek. Naast dierenleed is er bijvoorbeeld ook sprake van sociale problematiek of (zware) criminaliteit. Deelt het kabinet de mening dat deze signalen uit rapporten en van inspecteurs aanleiding geven tot herprioritering bij de politie en NVWA en het terugdraaien van de bezuinigingen? Zo ja, is het kabinet bereid de bezuinigingen op de dierenpolitie terug te draaien zodat er adequaat opgetreden kan worden tegen dierenmishandeling en -verwaarlozing? Deelt het kabinet de mening dat met het opheffen van de dierenpolitie ook andere vormen van geweld en criminaliteit minder snel aan het licht komen? Zo ja, wat gaat het kabinet hier aan doen? Zo nee, waarom niet?

Relatie tussen huiselijk geweld en dierenmishandeling
De leden van de PvdD-fractie constateren dat in zowel ‘Dierenwelzijn in het vizier’ als ‘Huiselijk geweld en dierenmishandeling in Nederland’ meerdere onderzoeken aangeven dat er een sterk verband bestaat tussen huiselijk geweld en dierenmishandeling: een geweldpleging richting mensen is relatief vaak vooraf gegaan door mishandeling van dieren. Bij een derde van geconstateerde gevallen van dierenmishandeling is er vermoedelijk ook sprake van huiselijk geweld en in meer dan de helft van de gevallen van huiselijk geweld vindt ook dierenmishandeling plaats. De leden van de fractie van de PvdD zijn van mening dat er meer prioriteit gegeven moet worden aan het opsporen, vervolgen en bestraffen van dierenmishandeling en -verwaarlozing. Daarnaast moet de aandacht voor mogelijke dierenmishandeling en de relatie tot huiselijk geweld worden vergroot. Hoe denkt de staatssecretaris over het doorgeven van gegevens over dierenmishandeling met behulp van een landelijk registratiesysteem in het belang van huiselijk geweld? In het rapport ‘Huiselijk geweld en dierenmishandeling in Nederland’ worden verschillende aanbevelingen genoemd, zoals het bieden van diergedragstherapie aan zwaar getraumatiseerde huisdieren en het bieden van voorlichting aan het algemeen publiek. Hoe beoordeelt de staatssecretaris de aanbevelingen die genoemd worden in het rapport over huiselijk geweld en dierenmishandeling en kan zij per aanbeveling aangeven of en zo ja hoe de maatregel wordt overgenomen?

Opvang van huisdieren
Het rapport naar de relatie tussen huiselijk geweld en dierenmishandeling concludeert dat vrijwel geen opvangcentrum voor slachtoffers van huiselijk geweld de mogelijkheid biedt om eventuele huisdieren op te vangen of onder te brengen. Slachtoffers van huiselijk geweld voelen zich daardoor vaak gedwongen om te kiezen tussen het blijven in een gewelddadige relatie of weggaan en de geliefde huisdieren achterlaten. Uit diverse onderzoeken blijkt dat als de vrouwen in een opvanghuis zitten, zij zich zorgen maken om hun huisdier. De conclusie kan getrokken worden dat de aanwezigheid van een huisdier de keuze van een vrouw om naar een opvanghuis te gaan beïnvloedt. De leden van de fractie van de PvdD vinden het belangrijk dat er bij opvangcentra ook aandacht is voor eventueel achterblijvende huisdieren. Dit kan bijvoorbeeld in de vorm van opvangplekken of pleegzorg voor huisdieren van huiselijk geweld. Kan de staatssecretaris aangeven wat er op dit moment met huisdieren die worden achtergelaten wanneer de eigenaar naar een opvangcentrum gaat gebeurt? Is de staatssecretaris bereid om hier voorzieningen voor te treffen of op een andere manier te zorgen dat huisdieren ergens veilig worden ondergebracht? Zo ja, wanneer kunnen de leden hier een voorstel over tegemoet zien? Zo nee, waarom niet? Is de staatssecretaris verder bereid bij meldingen over huiselijk geweld ook de vraag naar eventuele aanwezige huisdieren terug op te laten nemen?