Inbreng SO Aantal ontwik­ke­lingen op het gebied van soor­ten­beleid


11 mei 2023

Plezierjacht, landelijke vrijstelling en schadebeheersing

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie hebben kennisgenomen van de stukken en hebben hierover kritische vragen. De leden merken op dat hazen, konijnen, fazanten, houtduiven en wilde eenden zelfs zonder aangetoond(e) nut of noodzaak mogen worden geschoten, mits de soorten in een goede staat van instandhouding zijn. Als aan die voorwaarde niet voldaan wordt verbiedt de wet de plezierjacht. Hoewel dit (deels) is gebeurd bij hazen en konijnen, wordt de wet nog lang niet goed nageleefd. De houtduif, bijvoorbeeld, mag nog worden bejaagd, terwijl ook die volgens de cijfers van het Sovon Vogelonderzoek een zeer ongunstige staat van instandhouding heeft, als in ons land overwinterende vogel. De regering erkent dat het op grond van verdragen verboden is om te jagen op soorten die er slecht voor staan. Kan de minister aangeven op welke wettelijke gronden de houtduif, de wilde eend en de fazant nog steeds bejaagd mogen worden, ook voor plezier (zonder nut of noodzaak), terwijl hun staat van instandhouding dit volgens de wet niet toestaat? Kan de minister tevens aangeven op basis van welke wettelijke grond de landelijke vrijstelling schadebestrijding wordt vergeven voor soorten die zich evenmin in een goede staat van instandhouding bevinden? Deze zouden eveneens niet geschoten mogen worden, op grond van welke overweging gebeurt dit dan toch? De leden vinden het opmerkelijk dat de minister in dergelijke gevallen tegen gerechtelijke uitspraken in hoger beroep gaat, in plaats van de staat van instandhouding van de soorten te verbeteren. Waarom zet de minister niet in op het verbeteren van de staat van instandhouding van de soorten die niet geschoten zouden mogen worden, maar waarbij dit desondanks wel gebeurt? Is de minister zich ervan bewust dat hiermee de wet wordt overtreden? Is de minister bereid hier onverwijld verandering in te brengen? Zo ja, op welke termijn en wijze? Zo nee, kan de minister helder uiteen zetten waarom niet?

De leden merken tevens op dat de meeste onderzoeken die momenteel gedaan worden met betrekking tot de jacht aantonen dat er veel te weinig basaal ecologisch onderzoek is gedaan naar de staat van instandhouding van soorten op de wildlijst. Daarbij komt dat er de afgelopen jaren geen cijfers zijn bijgehouden over de ‘schade’ door hazen en konijnen, omdat ze zijn aangewezen als ‘wildlijstsoorten’. Daardoor ontbreekt nu de wettelijke onderbouwing voor de stelling dat deze soorten significante schade aanrichten. Ontheffingen die worden afgegeven in het kader schadebestrijding zijn dus op drijfzand gebaseerd. Er is immers geen schadehistorie. Of er (significante) schade is of zal optreden is bij gebreke van deugdelijke onafhankelijk vastgestelde onderzoeksgegevens pure speculatie. Toch is de verwachting van de leden van de Partij voor de Dieren-fractie dat veel provincies, juist door het sluiten van de plezierjacht op hazen en konijnen, veel ontheffingen zullen afgeven in het kader van het voorkomen of bestrijden van schade. Herkent de minister deze trend? En wat vindt de minister ervan om ontheffingen voor deze soorten zeer strikt te monitoren? Is de minister bereid om provincies te verzoeken dit te doen? Zo ja, op welke termijn en wijze? Zo nee, waarom niet?

De leden van de Partij de Dieren-fractie merken hierbij op dat het ontbreken van langjarige data over ‘schade’ door andere diersoorten eveneens ontbreekt. De leden constateren dat Nederland veel te weinig aandacht heeft besteed aan ecologische onderbouwingen voor het vergeven van ontheffingen van het jachtverbod op grond van veronderstelde schade. Herkent de minister deze constatering? Erkent de minister dat geen enkele soort altijd en overal als schadelijk kan worden aangemerkt? Is de minister het ermee eens dat er geen data zijn over effectiviteit van dit beleid of over alternatieve vormen van beheer? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat is de minister van plan hieraan te doen?

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie willen weten welke maatregelen de minister gaat nemen om de stand van de konijnen en hazen in het landelijke gebied te verbeteren in lijn met het NPLG. En wat de relatie is tot basiskwaliteit natuur en het NPLG.


Jachtkaarten

Is de minister op de hoogte van het feit dat jachtkaarten waarop jagers de grootte van hun aaneengesloten jachtgebied aangeven wel bij de politie gedeponeerd worden, maar niet vrij ter inzage zijn voor belanghebbenden en belangstellenden? Op welke wijze wordt toezicht uitgeoefend op de correcte weergave van jachtgebieden in jachtkaarten? Hoe kan worden zeker gesteld dat particuliere of institutionele grondeigenaren die geen toestemming geven voor jacht op hun terreinen, desalniettemin worden opgenomen in de jachtkaarten als zouden ze wel toestemming hebben gegeven? Is het strafbaar wanneer jagers zonder toestemming terreinen opnemen in de jachtkaart en voorgeven dat de eigenaar daarmee zou hebben ingestemd? Welke strafmaat staat daarop en is de minister bereid elke grondeigenaar toegang te bieden tot de gegevens rond in jachtkaarten opgenomen gebieden? Zo nee, waarom niet en hoe kunnen grondeigenaren dan controleren of hun terreinen niet zonder toestemming zijn opgenomen in de jachtkaart? Zo ja, op welke termijn en wijze?

Kan de minister ook nader beleid ontwikkelen op de hoogte van de strafmaat voor mensen die ten onrechte aangeven dat bepaalde terreinen worden opgenomen in een jachtkaart zonder toestemming van de eigenaar van die terreinen?


Bever

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie hebben kennisgenomen van een event waarbij mogelijk de beschermde bever werd geserveerd. Klopt het dat het doden van beschermde bevers op grond van een ontheffing Wet Natuurbescherming mogelijk is? Zo ja, op basis van welke argumenten wordt deze ontheffing gegeven? Zijn er ook voorschriften over wat er gedaan moet worden met het dode dier? Is het mogelijk om geschoten beschermde bevers te consumeren? Zo ja, op basis van welke (wettelijke) voorschriften? Zo nee, is een organisatie die bever serveert hiermee in overtreding? Is het überhaupt mogelijk om wilde dieren, die geschoten worden, in kader van schadebeheersing of populatiecontrole, te consumeren of te serveren? Kan worden aangegeven welke soorten geschoten en geconsumeerd mogen worden en welke niet?


Wolf

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie zien een mogelijke tegenstrijdigheid in de uitwerking van de aangenomen moties over de beschermde status van de wolf van respectievelijk de Partij voor de Dieren en de BBB. De leden beschouwen hun aangenomen motie als niet uitgevoerd, wanneer na advies van RDA aan de beschermde status van de wolf zal worden getornd. Is de minister het ermee eens dat de huidige wetgeving voldoende opties biedt om de status van de wolf niet heilig te maken zoals de aangenomen motie van de BBB oproept? Zo nee, waarom niet? [1][2]

Deelt de minister de opvatting van de NVWA , zoals gecommuniceerd in social media, dat veehouders die geen wolfwerende beschermingsmaatregelen nemen (nog) niet in overtreding zouden zijn? Is de wet op dit punt tijdelijk buiten werking gesteld of is mogelijk hooguit besloten de handhaving tijdelijk op dit punt op te schorten. Deelt de minister de mening van de Partij voor de Dieren dat artikel 1.6 lid 3 van de wet dieren onverkort van kracht is en wanneer is de minister bereid de NVWA op te dragen de handhaving in gang te zetten nu het publieke debat in toenemende mate de wolf als schuldige aanwijst in situaties waarin deugdelijke wolfwerende maatregelen ter voorkoming van schade ontbreken? Zo ja, op welke termijn en wijze? Zo nee, waarom niet en gebaseerd op welke wettelijke uitzonderingsgrond?


Dassen

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie merken op dat er plannen zijn om op de hogere zandgronden zonnepanelen te plaatsen. Vaak zijn deze gronden waardevolle foerageergebieden voor dassen. Dit omdat ze zich dichtbij kraamburchten bevinden, waar dassenjongen afhankelijk zijn van (het foerageren van) hun moeder. Onduidelijk is welke invloed het plaatsen van zonnepanelen heeft op voedsel voor de das, en daarmee op de functionaliteit van de burcht. De leden merken op dat hoge zandgronden cruciaal zijn voor de das. Klopt het dat Wageningen University en Research momenteel onderzoek laat doen naar de effecten van de panelenvelden op flora- en fauna? Hoe wordt de impact van zonnevelden op soorten, die (in)direct afhankelijk zijn van flora en fauna en die mogelijk aangetast worden plaatsing van zonnepanelen, meegenomen? Worden de mogelijke effecten van zonnepanelen op voedselbeschikking en op de das in algemeen onderzocht? Zo nee, waarom niet en is de minister bereid om Wageningen University te verzoeken de das expliciet mee te nemen in het onderzoek?


Natuurcompensatie Tweede Maasvlakte

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie merken op dat afgelopen november 2020 de rechter heeft geëist dat het kabinet binnen zes weken met een plan voor natuurcompensatie op de Tweede Maasvlakte, het uitbreidingsproject van de Rotterdamse haven, moet komen. De natuurcompensatie zou in eerste instantie worden gerealiseerd door in de Voordelta een bodembeschermingsgebied in te stellen ter grootte van 10 keer de omvang van de Tweede Maasvlakte. In dit bodembeschermingsgebied zou minder gevist worden met sleepnetten om onderwaternatuur de kans te geven te herstellen. Uit onderzoek is gebleken dat in de praktijk van bodemrust geen sprake is. Met name garnalenvisserij is in de afgelopen 14 jaar juist flink toegenomen.

De rechtbank suggereerde eind vorig jaar een verbod op bodemberoerende visserij in het gebied om aan de natuurcompensatie te voldoen. De minister heeft besloten om bodemberoerende visserij alsnog binnen zes maanden te verbieden in het bodembeschermingsgebied. De leden van de Partij voor de Dieren-fractie merken op dat in die gebieden waar niet gevist wordt, zoals rond de Brouwersdam, nu al zichtbaar is wat een rijke natuur dit oplevert. Hier herstelt de natuur zich richting de oorspronkelijke soortenrijkdom met wel 150 soorten op de zeebodem, zoals natuurlijke riffen van oesters- en mosselbanken met sponzen, anemonen, kreeftachtigen, schelpkokerwormen en allerhande bijbehorend zeeleven. In zo’n rijke biotoop ontstaat een kraamkamer voor veel soorten en ook trekvissen, zeevogels en grotere zeezoogdieren profiteren daarvan.

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie merken op dat Rijkswaterstaat het bevoegd gezag is. De provincies Zuid-Holland, Zeeland en Noord-Brabant zijn mede-bevoegd gezag voor de deltawateren. Voor de Voordelta is een individueel beheerplan opgesteld en per 1 maart 2022 verlengd met instemming van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland en Zeeland. De andere gebieden zijn opgenomen in het beheerplan Deltawateren, welke op 17 november 2022 is verlopen. Vanwege de ecologische druk op de gebieden is er vanuit de provincie Zuid-Holland op zowel ambtelijk als bestuurlijk niveau aangegeven dat een snellere procedure en andere volgorde in de afhandeling van de gebieden de voorkeur heeft. Rijkswaterstaat geeft aan dat dit om praktische redenen niet haalbaar is (met name vanwege capaciteit). De provincie Zuid-Holland heeft (per lid-GS brief van gedeputeerde Potjer, d.d. 22-12-2021) aangegeven dat zij het bijzonder spijtig vindt dat het niet lukt om eerder nieuwe beheerplannen op te stellen. Want het betekent dat het noodzakelijk is om langer te werken volgens de vigerende beheerplannen, die nu al verouderd zijn. De provincie moet zich nu conformeren aan de planning zoals Rijkswaterstaat voorstelt, inclusief verlenging zonder herziening, omdat een periode zonder beheerplan ook zeer onwenselijk is. De verantwoordelijkheid om nog maximaal zes jaar op basis van verouderde beheerplannen te werken ligt dan ook bij Rijkswaterstaat. Is de minister het ermee eens dat de nieuwe beheerplannen versneld dienen worden opgesteld? Welke maatregelen gaat de minister treffen om ervoor te zorgen dat bodemberoerende visserij binnen zes maanden wordt verboden? Op welke wijze zal de handhaving worden gerealiseerd? Hoe vaak en waar vindt handhaving plaats of gaat zij plaatsvinden in het bodembeschermingsgebied van de Voordelta? Welke planning en aanpak wordt hiervoor gehanteerd?

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie merken op dat Gedeputeerde Staten ingestemd heeft met het verzoek van Rijkswaterstaat tot een verlenging van het beheerplan van Natura 2000-gebied Voordelta (dat op 17 november 2016 is vastgesteld) voor een periode van maximaal 6 jaar. Kan worden aangegeven welke soorten en habitattypen in de afgelopen tien jaar zijn afgenomen (bijvoorbeeld tureluurs, kluten, kuifduikers, toppers en zwarte zee-eend)? Wat is de aanpak om deze soorten in een goede staat van instandhouding te brengen? In hoeverre heeft de (beroeps)visserij rondom dit gebied een negatieve impact gehad op de vismigratie, voor bijvoorbeeld vissoorten als zalm, paling, steur, houting en fint? Wat is de huidige stand van het Kierbesluit (De Haringvlietsluizen staan op een kier om vismigratie een kans te geven)? In hoeverre wordt het kierbesluit conform afspraak uitgevoerd en wat zijn de resultaten? Wat is de stand van zaken ten aanzien van de gemaakte afspraken:

• Het uitwerken van een gezamenlijke planning voor het beheer tijdens de verlengingsperiode, die gericht dient te zijn op zo snel mogelijke realisatie van de beheerplannen;
• Het oprichten van een bestuurlijke stuurgroep waarin die planning wordt afgestemd en vastgesteld;
• Het uitwerken en afstemmen van plannen van aanpak per gebied in gezamenlijke ambtelijke regiegroepen;
• (Handhavings)maatregelen om de natuur binnen de vigerende beheerplannen zo goed mogelijk te beschermen.


Koraal

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie merken op dat de stony coral tissue loss disease (SCTLD) nu ook Bonaire heeft bereikt. De ziekte heeft zich al verspreid naar veertien verschillende riffen en tast zogenaamde ‘reef builder’ soorten aan. Mogelijk gaat het in de regio om twintig verschillende soorten hard koraal die door SCTLD worden aangetast. Dat is ongeveer een derde van de harde koraalsoorten rond de eilanden. De verwachting is dat grote delen van dit rif zullen afsterven. De leden merken op dat een concrete ziekteverwekker nog niet is gevonden. Wel wordt er gedacht aan een bacterie als ziekteverwekker, misschien nadat het koraal eerst is aangetast door een virus.

Kan de minister aangeven of er extra middelen beschikbaar worden gesteld om de ziekte te bestrijden en te voorkomen dat verspreiding verder gaat? Is de minister het ermee eens dat de aanwezigheid van deze ziekte het des te belangrijker maakt dat andere drukfactoren, zoals afvalwater en kusterosie, zo snel mogelijk worden aangepakt? Zo ja, hoe is de minister van plan om de eilanden te helpen deze drukfactoren te verminderen en per wanneer? Is de minister bereid om meer middelen vrij te maken om zorg te dragen voor het koraal, dat van cruciaal belang is voor de eilanden? Zo nee, waarom niet? Zo ja, per wanneer?

Is de minister het eens dat moet worden voldaan aan de vergunningsplicht van art. 14 Eilandsbesluit Onderwaterpark Bonaire? Zo nee waarom niet? Zo ja, is de minister op de hoogte van de hoeveelheid bedrijven die zonder vergunning opereren in het onderwaterpark Bonaire? Zo ja, hoeveel bedrijven zijn dit? Is de minister het eens dat er geen of niet voldoende zicht is op bedrijven die gebruik maken van het onderwaterpark waardoor dus ook minder zicht is op drukfactoren in het water? Is de minister het eens dat een snelle handhaving op vergunningsplicht nodig is om de druk op het onderwaterpark af te laten nemen? Is de minister bereid om te investeren in meer capaciteit bij OLB DRO in de vorm van natuurbeleidsmedewerkers en natuurvergunningverleners om aanvraag op grond van art. 14 Eilandsbesluit Onderwaterpark Bonaire sneller af te laten handelen? Welke samenwerking is er tussen inspecteurs van DTH en rangers van STINAPA (Stichting Nationale Parken) wanneer het komt op toezicht en handhaving op deze vergunningsplicht? Kan de minister bevestigen dat er al jarenlang wordt gedoogd dat ieder bedrijf, ook na incidenten, kan opereren in het onderwaterpark?

Kan de minister aangeven wat het huidige beleid is ten aanzien van het sargassumwier, een andere drukfactor voor bedreiging van het zeeleven? Hoe wordt het wier bestreden? Hoeveel geld is er vanuit LNV naar STINAPA gegaan om het wier te bestrijden? Kunt u aantonen dat het geld via het OLB is uitbetaald aan STINAPA? Uit welk potje was het geld afkomstig? Klopt het dat dit geld bedoeld was voor natuur en dat hiermee in totaal minder geld beschikbaar was voor bijvoorbeeld het uitvoeren van het Natuur- en milieubeleidsplan Caribisch Nederland? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe kan minister effectieve uitvoering van de plannen garanderen met minder middelen? Kunnen in aanloop naar de voortgangsrapportages, de NMBP uitvoeringsagenda’s met de Kamer worden gedeeld, opdat duidelijk wordt wat het verband is tussen projecten die nu plaatsvinden en het beoogde doelbereik?


[1] Motie van het lid Vestering c.s. over een actieve inzet voor het beschermen van de wolf (Kamerstuk 36 200 XIV, nr. 69)
[2] Motie van het lid Van der Plas over het niet heilig verklaren van de beschermstatus van de wolf (Kamerstuk 33 576, nr. 338)

Interessant voor jou

Bijdrage Wassenberg aan debat over de Wet aanpak dierenmishandeling en dierverwaarlozing

Lees verder

Bijdrage Van Esch aan debat over leefomgeving

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer