Inbreng SO Beleidsadvies van de landsadvocaat over de PAS-melders
Inbreng PvdD SO Beleidsadvies Landsadvocaat over handhaving PAS-meldingen en instellen onafhankelijke commissie
De leden van de fractie van de Partij voor de Dieren hebben kennisgenomen van de motie Van Campen c.s. (Kamerstuk 36200-XIV, nr. 26) over de adviesvraag aan de landadvocaat over het afzien van handhaving van de PAS-melders en het daarop volgende advies.
Deze leden vonden de motie van Van Campen c.s. onbehoorlijk, omdat het oproept tot het zoeken naar geitenpaadjes binnen de democratische rechtsstaat. In het advies bevestigt de landsadvocaat nogmaals dat Nederland een stevige beginselplicht tot handhaving kent, wat betekent dat een bevoegd gezag (in dit geval de provincie) móet handhaven bij een wettelijke overtreding. Deze leden nemen aan dat de indieners van de motie hier bekend mee waren, maar de motie slechts hebben ingediend om de agrarische sector en PAS-melders stroop in de mond te smeren. Deze leden hopen dat er met het duidelijke advies van de landsadvocaat niet langer naar geitenpaadjes gezocht zal worden om niet te hoeven doen wat nodig is. Deze leden benadrukken dat door maatregelen behaalde ‘stikstofwinst’ eerst naar de overbelaste natuur dient te gaan, en daarna naar het legaliseren van PAS-melders.
Uiteraard vinden ook de leden van de Partij voor de Dierenfractie het uiterst treurig dat ondernemers tijdens de looptijd van de PAS (2015-2019) door de overheid zijn voorgehouden dat zij hun bedrijf zonder problemen uit konden breiden, door slechts een melding te doen bij de provincie. Deze leden rekenen dit de kabinetten Rutte II en Rutte III dan ook zeer aan; zij werden aan alle kanten gewaarschuwd dat de PAS niet wettig was en geen stand zou houden. Toch heeft het tot de hoogste bestuursrechter moeten komen voordat de PAS viel. Hoe beoordeelt de minister voor Natuur en Stikstof dit? Denkt zij dat de PAS-melders een dienst is bewezen door hen destijds te laten uitbreiden? Erkent zij dat het beter was geweest als dit niet was gebeurd?
De enorme moeite die het de overheid nu kost om de PAS-melders alsnog van een natuurvergunning te voorzien, bewijst volgens deze leden dat de uitbreidingen waar een melding voor was gedaan nooit toegestaan hadden mogen worden; de meeste natuurgebieden zijn ver overbelast en er is simpelweg geen ‘stikstofruimte’ meer voor verdere vervuilende activiteiten. Die was er ook niet in 2015. Als die waarheid eerder onder ogen gezien was, waren er nu geen schrijnende gevallen van PAS-melders geweest. Deelt de minister die conclusie?
De leden van de Partij voor de Dierenfractie roepen de minister voor Natuur en Stikstof op om (al dan niet met de provincies) de PAS-melders in rap tempo individueel te beoordelen. Hierbij moeten ten minste de volgende vragen beantwoord worden:
- Is het bedrijf een piekbelaster op een met stikstof overbelast natuurgebied?
- Ligt het bedrijf op een plek die volgens de oorspronkelijke Ecologische Hoofdstructuur (EHS) zeer waardevol zou zijn als het natuur zou worden?
- In hoeverre draagt het bedrijf bij aan schade voor het klimaat?
- In welke mate belast het bedrijf de gezondheid van omwonenden, bijvoorbeeld op het gebied van stank en fijnstof?
- Draagt het bedrijf in verhoogde mate bij aan het risico op zoönosen, zoals beschreven in het rapport Bekedam[1]?
- In welke mate voldoet, of werkt het bedrijf reeds toe naar een ‘dierwaardige veehouderij’?
- Is het bedrijf grondgebonden en in welke mate is het circulair (door bijvoorbeeld geen krachtvoer van buiten de EU te gebruiken)?
Deze leden verzoeken de minister voor N&S op basis van dergelijke beoordeling te besluiten of een PAS-melder toekomstbestendig is, waardoor ingezet kan en moet worden op legalisatie (door bijvoorbeeld een andere piekbelaster uit te kopen) of dat het in het kader van natuur, klimaat, dierenwelzijn en gezondheid noodzakelijk is om te handhaven en de PAS-melder (tegen een billijke compensatie) te laten stoppen. Kan de minister hier uitgebreid op reageren?
De leden van de fractie van de Partij voor de Dieren benadrukken dat de veehouderij voor een zeer ingrijpende transitie staat en dat het, op basis van de genoemde aspecten, niet mogelijk zal zijn om alle PAS-melders te legaliseren. Deelt de minister dat het in het belang van de boeren is om hier eerlijk en duidelijk over te zijn, en hen geen onrealistische beloftes meer te doen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke manier gaat zij dit duidelijk maken aan de agrarische sector?
[1] https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2021/06/01/rapport-expertgroep-zoonosen
Interessant voor jou
Bijdrage Wassenberg aan debat over dierenwelzijn buiten de veehouderij
Lees verderBijdrage Wassenberg aan debat over brandweer en crisisbeheersing
Lees verder