Inbreng SO Voorstel voor verschil­lende maat­re­gelen tegen bijtin­ci­denten door honden


7 februari 2024

Inbreng Partij voor de Dieren SO Voorstel voor verschillende maatregelen tegen bijtincidenten door honden

De leden van de Partij voor de Dieren hebben kennisgenomen van het voorstel van de minister voor maatregelen om bijtincidenten door honden tegen te gaan. De leden hebben hier nog enkele vragen over.

Verbieden van hoog-risicohonden zonder stamboom

De leden van de Partij voor de Dieren constateren dat de minister het houden en fokken van honden met bepaalde kenmerken wil verbieden, behalve als deze honden een stamboom hebben. Allereerst, vragen de leden zich af om welke kenmerken dit gaat? Welke rassen zullen hiermee worden verboden?

De leden zijn groot voorstander van het verbieden van het fokken en houden van dieren met ziekmakende kenmerken, zoals korte snuiten. Deze dieren worden dag in, dag uit geconfronteerd met gezondheidsproblemen omdat ze extreem zijn doorgefokt, puur voor het plezier van de mens.

Bij bijtincidenten is het echter zeer de vraag of een fok- en houdverbod de juiste oplossing is. Een hond met brede kaken bijt immers niet sneller dan een hond met smallere kaken.

De leden begrijpen daarom ook niet waarom, met de huidige kennis en informatie, voor deze maatregel wordt gekozen. Tot op heden is er weinig informatie beschikbaar over de oorzaken, achtergronden en risicofactoren die een rol hebben gespeeld bij bijtincidenten. Zo oordeelde ook het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid in 2018.[1] Daarom heeft de Partij voor de Dieren de minister eerder gevraagd om werk te maken van landelijke registratie van bijtincidenten. Dit is nog steeds niet goed geregeld. Minder dan 15 procent van de gemeenten zijn aangesloten bij het Landelijk Honden Dossier, waar bijtincidenten worden gerapporteerd.[2] Uit de onderzoeken die er zijn blijkt dat de houders van honden “de belangrijkste risicofactor” vormen bij bijtincidenten en dat dit risico niet altijd te relateren is aan hondenrassen.[3] Daarom zijn de leden van mening dat er moet worden ingezet op het verminderen van de eigenaar-gerelateerde risicofactoren.

De leden van de Partij voor de Dieren vinden dat er onvoldoende aanleiding is om, met de huidige informatie, bepaalde kenmerken van honden te verbieden vanwege bijtrisico’s. Zo achten de leden het belangrijk dat er, voordat er een besluit wordt genomen over of en welke kenmerken worden verboden, duidelijkheid is over hoeveel procent van de (ernstige) bijtincidenten plaatsvinden met honden met kenmerken die onder het verbod vallen, zoals brede kaken. En hoeveel procent van de (ernstige) bijtincidenten vinden plaats met honden met kenmerken die niet onder het verbod vallen? Indien deze informatie niet beschikbaar is, waarop baseert de minister dan zijn besluit om bijvoorbeeld een Amerikaanse staffordshireterriër (zonder stamboom) wel te verbieden, terwijl een Mechelse herder (zonder stamboom) niet wordt verboden? Heeft de minister cijfers over dat dergelijke terriërs vaker betrokken zijn bij (ernstige) bijtincidenten dan bijvoorbeeld herders? Indien dat het geval is, dan achten de leden het van belang dat deze cijfers met de Kamer worden gedeeld.

De leden van de Partij voor de Dieren lezen dat de minister, met deze maatregel, het voorbeeld van Frankrijk volgt. Heeft de minister informatie beschikbaar over of deze maatregel in Frankrijk heeft geleid tot een afname van het aantal bijtincidenten? Zo constateren de leden dat uit onderzoek van het Franse Agentschap voor voedsel-, milieu- en arbeidsveiligheid (Anses) blijkt dat het ras en type van een hond onvoldoende zegt over bijtrisico’s en dat de focus moet liggen bij het creëren van bewustzijn bij (toekomstige) hondeneigenaren en fokkers. Volgens Anses is er tot op heden geen wetenschappelijk bewijs dat honden met kenmerken die zijn verboden een hoger risico hebben om te bijten. Anses verwijst zelfs naar de in Nederland afgeschafte Regeling Agressieve Dieren (RAD) als bewijs dat het verbieden van kenmerken van honden geen effect heeft.[4] Heeft de minister kennisgenomen van deze kritiek op het Franse voorbeeld? Zo ja, waarom wil hij dan toch een vergelijkbare maatregel in Nederland invoeren?

De leden vinden het voorstel van de minister verdacht veel lijken op de eerder geldende RAD. Deze regeling is in 2008 juist afgeschaft, omdat het niet heeft geleid tot een afname van het aantal bijtincidenten. De RAD verbood bepaalde type honden (die gedefinieerd waren aan de hand van bepaalde kenmerken), terwijl met het huidige voorstel bepaalde kenmerken worden verboden. In beide gevallen kunnen fokkers de regels omzeilen door honden te fokken die net buiten het verbod vallen. Waarop baseert de minister dat de nieuw geldende maatregel wel effect gaat hebben?

Daarnaast constateren de leden van de Partij voor de Dieren dat de RAD tot veel dierenleed heeft geleid, waarbij gezonde en vriendelijke honden massaal zijn ingeslapen wanneer ze aan de criteria voldeden. Wat gaat er bij het nieuwe voorstel gebeuren met honden die worden aangetroffen maar kenmerken bevatten die zijn verboden? Worden deze dieren ook in beslag genomen en ingeslapen? Zo ja, hoe verhoudt dit zich tot de intrinsieke waarde van deze honden?

Tot slot hebben de leden van de Partij voor de Dieren ernstige bezwaren bij het onderscheid tussen honden met een stamboom en honden zonder stamboom. Dit verbod gaat alleen gelden voor honden zonder stamboom, waarbij rashondenfokkers vrij spel krijgen. Een stamboom zegt niks over het gedrag van een dier, maar alleen iets over de raszuiverheid, wat vaak leidt tot meer inteelt en meer erfelijke aandoeningen. Zo hebben Amerikaanse staffordshireterriërs last van verschillende erfelijke aandoeningen.[5] Kan de minister bevestigen dat het alleen verbieden van niet-stamboomhonden kan leiden tot meer inteelt en meer erfelijke aandoeningen? Waarom kiest de minister niet voor eenduidig beleid voor alle hondenfokkers?

De leden van de Partij voor de Dieren zijn van mening dat beter ingezet kan worden op het opzetten van een DNA-databank voor alle honden. Hiermee kan de fok en handel in agressieve honden en gerelateerde criminaliteit in beeld worden gebracht en kunnen genetische welzijns- en gedragsproblemen worden aangepakt. Is de minister bereid om te kijken of hij het opzetten van een dergelijke DNA-databank kan ondersteunen? Zo nee, waarom niet?

Vergroten van kennis van eigenaren, met een verplichte cursus

De leden van de Partij voor de Dieren wezen eerder al op de onderzoeken waaruit blijkt dat hondeneigenaren de grootste risicofactor zijn bij bijtincidenten. Het vergroten van kennis bij eigenaren, met een verplichte cursus, is belangrijk om deze risicofactor te verminderen. De leden vinden het goed dat de minister werk gaat maken van een verplichte theoriecursus voor nieuwe hondeneigenaren en benadrukken het belang van het combineren van de theoriecursus samen met een verplichte praktijktraining. Kan de minister het verwachte tijdpad aangeven voor het uitvoeren van deze maatregel?

Daarnaast vinden de leden van de Partij voor de Dieren het belangrijk dat de cursus die gegeven gaat worden van hoge kwaliteit is. Omdat het geven van deze trainingen geen beschermd beroep is, zijn veel hondenscholen en deskundigen niet gediplomeerd en gecertificeerd. Dit leidt tot grote kwaliteitsverschillen. Erkent de minister het belang van deskundigheid bij de trainingen? Is hij bereid te kijken naar mogelijkheden om hondentrainer en -gedragskundige een beschermd beroep te maken?

Instellen van een landelijk meldpunt en volledigere registratie

De leden van de Partij voor de Dieren vinden het fijn dat de minister erkent dat een betere registratie van bijtincidenten nodig is. Een landelijk meldpunt is een goeie stap om te komen tot een completer beeld van de oorzaken, achtergronden en risicofactoren bij bijtincidenten. Wel vragen de leden aan de minister of hij geen handvaten heeft om gemeenten niet alleen te stimuleren, maar ook te verplichten om mee te doen aan het Landelijk Honden Dossier, zodat een nog completer beeld kan ontstaan?

Euthanasie van honden die ernstige schade hebben toegebracht

De leden van de Partij voor de Dieren vinden het onbegrijpelijk dat de minister het makkelijker wil maken dat inbeslaggenomen honden sneller én zonder tussenkomst van de rechter kunnen worden geëuthanaseerd. Voor de meeste honden kunnen, na hulp van deskundigen, diervriendelijke oplossingen worden gevonden. Hier moet op worden ingezet, niet op het sneller inslapen van een hond. Daarnaast moet de eigenaar van de hond bezwaar kunnen maken tegen de beslissing en moet een rechter hierover kunnen oordelen vóórdat de hond is ingeslapen. Kan de minister bevestigen, dat in een goede rechtsstaat, mensen bezwaar moeten kunnen maken tegen een dergelijke beslissing en dat de rechter zich hierover moet kunnen uitspreken, vóórdat de betreffende hond is ingeslapen? Zo niet, waarom niet?

De Kamer heeft vlak voor het verkiezingsreces een motie[6] aangenomen die de minister verzoekt om aparte regels op te stellen voor de inbeslagname van dieren, waarbij het welzijn en de intrinsieke waarde van dieren wordt gewaarborgd. Dit omdat dieren volgens de wet nog steeds als voorwerpen worden beschouwd bij inbeslagname. Dit heeft meerdere malen geleid tot schrijnende situaties waarbij inbeslaggenomen dieren zijn geëuthanaseerd (‘vernietigd’) of herplaatst (‘vervreemd’), soms nog voordat een rechter uitspraak heeft kunnen doen. De OvJ (OM) kan nu al opdracht geven om een inbeslaggenomen product (dus ook dier) te ‘vernietigen’ als de economische waarde van het product niet opweegt tegen de opslagkosten. Het is zeer onwenselijk dat dit ook voor dieren geldt. Ook de Nederlandse orde van advocaten heeft de aanbeveling gedaan om een speciale regeling in het leven te roepen voor dieren die strafvorderlijk in beslag worden genomen. De leden van de Partij voor de Dieren constateren dat de maatregel van de minister ingaat tegen de aangenomen motie. In de motie wordt specifiek opgeroepen om aparte regels op te stellen voor de inbeslagname van dieren, waarbij het welzijn en de intrinsieke waarde van dieren worden gewaarborgd. Met het voorstel van de minister worden dieren niet beter beschermd, waar de Kamer om vraagt, maar zelfs minder goed beschermd. Het waarborgen van het welzijn en de intrinsieke waarde van honden betekent niet dat je ze binnen de kortste keren laat inslapen. Erkent de minister dat deze maatregel niet in lijn is met de aangenomen motie? Is hij bereid om naar andere mogelijkheden te kijken, zoals het ondersteunen van opvangen waar honden prikkelarm kunnen worden opgevangen?

Daarnaast vragen de leden van de Partij voor de Dieren de minister om nog specifiek te kijken naar de rol van de eigenaren. Naast een assessment voor honden zou er een assessment opgezet kunnen worden waarin wordt beoordeeld of de eigenaar geschikt is om de betreffende hond terug te krijgen of dat de hond beter terecht kan bij een andere eigenaar.

De leden van de Partij voor de Dieren zien dat het sneller inslapen van honden geen problemen oplost. Het doel van opvanglocaties zou moeten zijn om honden te helpen terug te keren in de maatschappij. Mocht dit, bij zeer uitzonderlijke gevallen, niet mogelijk zijn, dan moet hier een zorgvuldig proces aan vooraf gaan, waaronder bezwaarmogelijkheden en een rechterlijke uitspraak.


[1] Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid. 2018. De gebeten hond, preventie van bijtincidenten door honden in Nederland.

[2] Antwoord op vragen van het lid Wassenberg over ‘het gebrek aan landelijke registratie van bijtincidenten door honden en het gebrek aan landelijk beleid om die bijtincidenten terug te brengen’. Kamerstuk 2023Z14759

[3] Rapport The Safe Dog Project, 2019.

[4] https://www.anses.fr/en/content/dog-bites-knowing-breed-not-enough-predicting-and-preventing-risk

[5] https://www.licg.nl/honden/american-staffordshire-terrier/#ziekten-en-erfelijke-aandoeningen

[6] Motie van het lid Wassenberg c.s. over aparte regels voor de inbeslagname van dieren waarbij het welzijn en de intrinsieke waarde van dieren worden gewaarborgd. Nr. 35892-25

Interessant voor jou

Inbreng SO openbare raadpleging over de (evaluatie van de) Nitraatrichtlijn

Lees verder

Bijdrage Kostic aan debat over Tuinbouw, visserij en biotechnologie

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer