Inbreng SO Reactie op de motie van het lid Van Gerven over het wettelijk vastleggen van de toevoeging van een lobbyparagraaf aan wetsvoorstellen
Inbreng Partij voor de Dieren Schriftelijk Overleg Reactie op de motie van het lid Van Gerven over het wettelijk vastleggen van de toevoeging van een lobbyparagraaf aan wetsvoorstellen
De leden van de fractie van de Partij voor de Dieren hebben met teleurstelling kennisgenomen van de reactie van het kabinet op de wens van de Kamer om toevoeging van een lobbyparagraaf aan wetsvoorstellen wettelijk vast te leggen. Kan het kabinet bevestigen dat lobby van bedrijven, organisaties en particulieren niet alleen geschiedt tijdens de consultatiefase van een wetsvoorstel, maar juist vaak al voordat een wetsvoorstel ter consultatie wordt gepubliceerd? Kan het kabinet dan ook bevestigen dat lobby en consultatie niet hetzelfde is? Zo nee, waarom niet? Zo ja, waarom zegt het kabinet dan dat een motie die verzoekt om een lobby-paragraaf toe te voegen aan wetsvoorstellen al wordt uitgevoerd in de verantwoording van de verwerking van de consultatiefase van een wetsvoorstel? Is de minister bereid om nog eens goed naar de motie te kijken, en op zoek te gaan naar mogelijkheden om lobby tijdens de hele totstandkoming van een wetsvoorstel in kaart te brengen en te verantwoorden wat er met de inbreng van de verschillende partijen gedaan is, te verantwoorden in de Memorie van Toelichting van elk wetsvoorstel? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?
De leden van de fractie van de PvdD hebben kennis genomen van het onderzoek van de Volkskrant[1] naar de lobby die tijdens het bewind van het kabinet Rutte II heeft plaatsgevonden. Als we nader de lobbyactiviteiten bekijken richting het ministerie van economische zaken zien we dat LTO Nederland maar liefst 44 keer met de staatssecretaris van Economische Zaken heeft gesproken. Ook andere agrarische organisaties met economische belangen, zoals de Nederlandse Vakbond Varkenshouders en de Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt, schuiven met enige regelmaat aan de tafel. Dit staat in schril contrast met het aantal gesprekken dat de staatssecretaris met bijvoorbeeld dierenwelzijnsorganisaties heeft gevoerd. Ondanks de beloften van de staatssecretaris van Economische Zaken om met dierenwelzijnsorganisaties te praten, laat de praktijk zien dat dit nauwelijks gebeurd. De Dierenbescherming mocht slechts vijf keer komen, de Dierencoalitie één keer en het verzoek van de Vissenbescherming voor een gesprek wijst de staatssecretaris af door te zeggen dat hij geen tijd heeft. Deelt de minister de mening van de leden van de PvdD-fractie dat dit wel een zeer scheef beeld is? Is hij bereid om toe te zeggen dat er op zijn gehele ministerie in het vervolg een betere balans wordt gezocht tussen bijeenkomsten met vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties die het publieke belang proberen te behartigen?
De leden van de PvdD-fractie zouden het van harte toejuichen als alle ministeries en alle bewindspersonen hun agenda’s, inclusief afspraken met belangenbehartigers, openbaar zouden maken, is de minister bereid om dat toe te zeggen? Zo nee, waarom niet? Welke maatregelen wil de minister nemen om meer transparantie te bieden over de stempel die belangenbehartigers drukken op het beleid?
[1] http://www.volkskrant.nl/politiek/lobbywereld-verliest-aan-schimmigheid~a4274150/
Interessant voor jou
Bijdrage Wassenberg AO Energie
Lees verderBijdrage Wassenberg AO Dierenwelzijn 28-04-16
Lees verder