Schrif­te­lijke inbreng over de publi­catie Drei­gings­beeld Mili­eu­cri­mi­na­liteit 2021


15 november 2021

SO – Publicatie Dreigingsbeeld Milieucriminaliteit 2021, inbreng Partij voor de Dieren

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de Publicatie Dreigingsbeeld Milieucriminaliteit 2021 en hebben hier nog een aantal vragen over.

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie lezen in de publicatie dat het EU action plan against Wildlife trafficking een looptijd heeft tot 2020 en het in de verwachting ligt dat na de evaluatie een nieuw en aan de actualiteit aangepast actieplan wordt opgesteld. In het kader van het EU Action Plan Against Wildlife Trafficking moet ook worden gekeken naar de doeltreffendheid van strafrechtelijke sancties. Kan de minister aangeven welke stappen hiertoe zijn ondernomen? Wat zijn de conclusies voor Nederland? Komt het weleens voor dat (vermoedelijk) illegaal gehouden of verhandelde diersoorten weer in de handel verdwijnen terwijl de bestuursrechtelijke of strafrechtelijke handhavingsprocedure nog gaande is? Zo ja, kan de minister een indicatie geven van hoe vaak dit voorkomt en wat er wordt gedaan om dit te voorkomen?

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie lezen in de publicatie dat het toezicht op milieucriminaliteit versnipperd is en de capaciteit beperkt, niet alleen in kwantitatieve maar ook in kwalitatieve zin. Ook lezen de leden dat er niet alleen meer capaciteit nodig is, maar ook een andere aansturing en meer gebonden slagkracht voor een effectieve strafrechtelijke aanpak. Onderschrijft de minister deze constateringen? Zo ja, wat zijn de plannen van de minister om de bestuursrechtelijk en strafrechtelijke toezicht- en handhavingscapaciteiten met betrekking tot wildlife criminaliteit te versterken, zowel in kwantitatieve als in kwalitatieve zin?

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie constateren dat het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) op dit moment werkt aan een Positieflijst van toegestane huis- en hobbydiersoorten, op basis van een risicobeoordeling door onafhankelijke experts waarbij wordt gekeken naar dierenwelzijns- en volksgezondheidsrisico’s. Diersoorten die niet op de lijst staan zijn dan automatisch niet langer toegestaan. Daarmee zal de huidige verscheidenheid aan wilde diersoorten die legaal verhandeld en gehouden worden naar alle waarschijnlijkheid (aanzienlijk) worden ingeperkt. Ziet de minister de positieflijst als een preventieve maatregel om milieucriminaliteit aan de voorkant terug te dringen, aangezien het de legale handel zal indammen, waardoor de mogelijkheden om illegale activiteiten daarmee te verweven worden ingeperkt? Heeft de minister hierover contact met het ministerie van LNV? Welke aanvullende mogelijkheden (op de positieflijst) om illegale handel in dieren terug te dringen zien de minister van Infrastructuur en Waterstaat en de minister van Justitie en Veiligheid?

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie lezen in de publicatie dat het Team Bestuursrechtelijke Handhaving (BHH) van de RVO verantwoordelijk is voor de bestuursrechtelijke handhaving van CITES-regelgeving. Daarnaast constateren deze leden dat bestuursrechtelijke handhaving tot doel heeft om een overtreding te beëindigen en de situatie te herstellen, niet om een situatie te bestraffen. Zo kan de betrokkene in het geval van bestuursrechtelijke handhaving bijvoorbeeld eerst de gelegenheid krijgen om zelfstandig een onrechtmatige situatie (zoals bezit van een verboden diersoort) op te heffen, alvorens een bestuursmaatregel wordt opgelegd. Tegelijkertijd zijn bepaalde overtredingen van de Wet Natuurbescherming (die ook verplichtingen vanuit de EU CITES-verordeningen omvat) strafbaar op grond van de Wet Economische Delicten. Tevens stelt artikel VIII van het CITES-verdrag[1] dat lidstaten de handel in en/of het bezit van diersoorten in strijd met het CITES-verdrag dienen te bestraffen. Kan de minister aangeven wat de kaders zijn waarbinnen wordt besloten om in geval van overtreding van CITES-regelgeving wel of niet tot strafrechtelijke handhaving over te gaan? Wordt er standaard strafrechtelijk gehandhaafd of hangt dit af van de individuele omstandigheden van het geval? Indien dat laatste; op basis van welke feiten of overwegingen wordt besloten om strafrechtelijk te handhaven bij overtredingen van CITES-regelgeving, zoals het houden of verhandelen van een verboden diersoort? Ziet de minister – gelet op de constatering in de Publicatie Dreigingsbeeld Milieucriminaliteit 2021 dat de pakkans klein is en de straffen laag en niet-afschrikwekkend zijn – noodzaak om deze kaders aan te scherpen en vaker tot hardere strafrechtelijke vervolging over te gaan?

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie constateren dat uit de publicatie blijkt dat er een levendige illegale handel is in bedreigde dieren en planten, bestemd voor de ontwikkeling van traditionele medicijnen. Dit wordt ook onderstreept door het meest recente Traffic rapport[2].

Kan de minister aangeven hoe Nederland het probleem rondom de illegale handel in wilde dieren en planten voor traditionele medicijnen aanpakt? Is er voor deze specifieke illegale handel structurele aandacht? Zo ja, kan de minister dan aangeven op welke wijze dit gebeurt? Is de minister bereid om de problematiek rondom traditionele medicijnen op internationale fora te adresseren? De leden van de Partij voor de Dieren-fractie constateren daarnaast ook dat uit eerder genoemd Traffic rapport blijkt dat er binnen de EU geen eenduidig systeem is voor rapportages over inbeslaggenomen medicijnen.[3] Is de minister bereid om zich op EU niveau in te spannen voor het opzetten van een eenduidig EU-systeem voor rapportages over inbeslaggenomen medicijnen, om zo een reëel beeld te krijgen van de omvang van deze handel in de EU?

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie lezen in de publicatie dat volgens de wetgeving van sommige landen elk wildlife product illegaal is, wanneer het niet volgens de wetten van het herkomstland bemachtigd is, maar dat de EU niet zulke wetgeving heeft. En dat EU-landen, waaronder Nederland, dan als herkomstland worden aangemerkt voor geveinsde kweek in gevangenschap, om export naar dit soort landen mogelijk te maken, waardoor Nederland in werkelijkheid dus slechts een tussenstop is tussen het land waar het illegaal bemachtigd is en het daadwerkelijke bestemmingsland. Is de minister bereid om zich in EU verband in te zetten voor een erkenning van de bescherming van dieren die een beschermde status hebben in het land van herkomst? Is de minister bereid zich in EU verband in te zetten voor een verbod op de handel in dieren die in het land van herkomst beschermd zijn? Welke maatregelen neemt Nederland zelf om dergelijke praktijken te voorkomen? Geeft Nederland vergunningen af voor dieren die op deze manier illegaal de EU zijn binnengekomen? Zo ja, erkent de minister dat Nederland hiermee vanuit de overheid illegale handel faciliteert?

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie constateren dat in Duitsland de Bundesrat zeer recent een resolutie[4] heeft aangenomen waarin wordt opgeroepen tot een verbod op soorten die in hun herkomstland beschermd zijn, maar niet internationaal. Ziet de minister dit als preventieve maatregel om milieucriminaliteit aan de voorkant terug te dringen? Is Nederland – ook gelet op de wens vanuit een andere EU lidstaat – voornemens zich in te zetten voor een versterking van EU-wetgeving om soorten die in hun herkomstland beschermd zijn als illegaal te bestempelen? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom niet?

De leden van de fractie voor de Partij voor de Dieren hebben signalen gekregen dat de illegale handel wordt witgewassen middels Cites-vergunningen. Een voorbeeld is de Somalische doornstaarthagedis: deze is in 2009 de EU binnengekomen via illegale handel vanuit Mali naar Zwitserland en vandaar naar Oostenrijk (bron: Cites Trade Database). Er is nooit een exportvergunning verleend door Somalië, waar het dier vandaan komt. Sinds 2004 is er zelfs een exportverbod. De dieren komen helemaal niet in het wild voor in Mali, terwijl dit wel op de papieren was gezet. En biologisch zijn ze pas geslachtsrijp na 3 jaar dus onmogelijk om met deze dieren in het eerste jaar te fokken, terwijl dat wel zo gedocumenteerd is. Is de minister bekend met de handelsroute in illegaal verkregen beschermde dieren via Zwitserland? Is de minister ermee bekend dat op basis van door Zwitserland afgegeven uitvoervergunningen, door EU-lidstaten invoervergunningen worden afgegeven voor deze illegale dieren? Is de minister ermee bekend dat ook Nederland van deze witgewassen dieren de legale herkomst bevestigt door afgifte van bijvoorbeeld uitvoervergunningen?

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie lezen in de publicatie dat de illegale handel in Nederland in EU-breed perspectief moet worden bezien. Tevens lezen deze leden dat door de open grenzen zowel het verzamelen als de afzet door de hele EU mogelijk is en dat handelaren in Nederland zowel in de vogelhandel als ook in de terrariumdierenhandel een belangrijke rol lijken te spelen. Is Nederland – gelet op diens positie als belangrijk handelsknooppunt binnen de EU, de rol van Nederlandse handelaren binnen de Europese markt, en het feit dat de voortgangsrapportage[5] van het EU Action Plan against Wildlife Trafficking aangaf dat er ondanks voortgang nog altijd diverse uitdagingen bestaan – voornemens zich in het herzieningsproces van het EU Action Plan against Wildlife Trafficking in te zetten voor een aanscherping en versterking van dit actieplan? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom niet? Is de minister bereid om zich in EU-verband in te zetten voor concrete doelstellingen? Erkent de minister dat een EU-breed perspectief vereist dat er een verbeterd rapportage-, monitoring- en evaluatiesysteem met indicatoren moet komen, zodat de effectiviteit van maatregelen door lidstaten inzichtelijk gemaakt kan worden en periodiek geëvalueerd kan worden?

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie lezen in de publicatie dat er in de handel van beschermde soorten regelmatig verschil zit tussen de feitelijke soorten en de soorten die op de officiële documenten vermeld staan. Ook lezen de leden dat het onderscheid vaak moeilijk te zien is, dat er daarnaast continu nieuwe soorten beschreven worden en soorten van naam veranderen door nieuwe inzichten in classificatie, wat voor onduidelijkheid zorgt. Onderschrijft de minister deze constateringen? Zo ja, wat zijn de plannen van de minister om deze moeilijkheden te adresseren?

Daarnaast lezen de leden van de Partij voor de Dieren-fractie in de publicatie dat er een verwevenheid is tussen legale en illegale handel. Naast de volledig illegale handel is er, volgens de publicatie, ook het verschijnsel dat legale handelaren, verzamelaars of dierentuinen zich laten verleiden tot het (ver)kopen van beschermde soorten. Kan de minister aangeven wat de kaders zijn waarbinnen dit wordt getoetst? Bieden de huidige wettelijke kaders voldoende mogelijkheden voor opsporing en handhaving?

Ten slotte lezen de leden van de Partij voor de Dieren-fractie in de publicatie dat het de verwachting is dat de illegale handel van Wildlife steeds meer zal verschuiven naar online handel. Kan de minister aangeven hoe Nederland uitvoering heeft gegeven aan de CITES resolutie Conf. 11.3 (Rev. CoP18)[6], met betrekking tot de verschillende punten ten aanzien van wildlife crime via het internet (12 a t/m i)? Welke in deze resolutie gevraagde mechanismen zijn er op nationaal niveau ingevoerd, zoals een nationaal contactpunt en een doorlopend nationaal monitoringsprogramma? Welke punten uit de resolutie moeten nog uitgevoerd worden en hoe gaat u dat doen? Daarnaast vragen de leden van de Partij voor de Dieren-fractie zich met betrekking tot online handel af of de minister bereid is de nodige effectieve technologieën te ontwikkelen en toe te passen ter opsporing en identificatie? Is de minister bereid tot aanvullend beleid waarbij verkopers verplicht worden om voldoende bewijslast te leveren bij een advertentie, zodat aangetoond is dat het dier (of diens product) legaal is, zoals een certificaat van vakbekwaamheid, een recente gezondheidsverklaring van een dierenarts, informatie over het ouderpaar, vereiste markeringen (zoals pootringen), een CITES of EU certificaat of een legaal taxatierapport? En is de minister bereid adverteerders te laten betalen voor een advertentie zoals ook geldt voor honden en katten op Marktplaats?


[1] https://cites.org/eng/disc/tex...

[2] https://www.traffic.org/site/a...

[3] https://www.traffic.org/site/a... voetnoot nr. 5 op p. 5

[4] https://www.bundesrat.de/Share...

[5] https://ec.europa.eu/environme...

[6] https://cites.org/sites/defaul...

Interessant voor jou

Stemverklaring Van Raan over het pakket belastingplan 2022

Lees verder

Bijdrage Van Esch aan Wetgevingsoverleg Wonen en Ruimte

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer