Schriftelijke inbreng over de wijziging van de Wet dieren in verband met actualisering van de diergezondheidsregels en enkele technische aanpassingen
Inbreng Partij voor de Dieren verslag Wijziging van de Wet dieren in verband met actualisering van de diergezondheidsregels en enkele technische aanpassingen (35 746)
De leden van de fractie van de Partij voor de Dieren hebben kennisgenomen van het voorstel voor de wijziging van de Wet dieren in verband met actualisering van de diergezondheidsregels en enkele technische aanpassingen. De leden hebben nog enkele vragen over aanpalende onderwerpen.
1. Inleiding
Tijdens het debat over de wijziging van de Wet dieren in verband met de uitvoering van de herziene Europese diergezondheidswetgeving deden de leden van de Partij voor de Dierenfractie een voorstel om het verbod op het zelf doden van dieren uit te breiden naar alle categorieën dieren die niet voor productie worden gehouden. De leden vinden het namelijk niet te verantwoorden dat dit verbod momenteel slechts geldt voor honden, katten en ganzen. De minister stelde tijdens dit debat te willen kijken naar de handhaafbaarheid en uitvoerbaarheid bij de diensten. De leden zijn ervan overtuigd dat het strafbaar stellen van het doden van alle soorten gezelschapsdieren de politie helpt in het aanpakken van dierenbeulen. Er hoeft dan immers niet meer te worden bewezen dat een dier heeft geleden tijdens het doden, wat in de praktijk een lastige, zeer tijdrovende en kostbare zaak is. Is de minister bereid hierover ook in gesprek te gaan met vertegenwoordigers van de Dierenpolitie?
Tot slot vragen de leden of de minister heeft gezien dat bij de ‘floating farm’ in Rotterdam onlangs voor de tweede keer in korte tijd een koe in het water is beland. Het dier moest door de brandweer uit het water worden getakeld met een hijskraan. Deelt de minister de mening dat zo’n drijvende boerderij een zeer onnatuurlijke en kennelijk ook gevaarlijke plek is om dieren te houden? Zo nee, kan zij dat toelichten? Welke mogelijkheden ziet de minister om een einde te maken aan dergelijke initiatieven, bijvoorbeeld door het aanscherpen van de huisvestingseisen?
2.3 Tegemoetkoming in schade
De leden lezen in de memorie van toelichting dat artikel 9.9 komt te vervallen, aangezien het niet langer nodig zou zijn om nadere regels te stellen over de vergoeding die veehouders ontvangen op het moment dat dieren vanwege een dierziekte of dreiging daarvan worden geruimd, ofwel vergast of gedood. De leden vragen de minister voortaan te spreken van het massaal vergassen of doden van dieren in plaats van een verhullende term als ‘ruimen’ te gebruiken. Op die manier is voor iedereen duidelijk wat er met de dieren gebeurt.
Interessant voor jou
Bijdrage Van Esch aan WGO tijdelijke wet testbewijzen
Lees verderBijdrage Ouwehand aan debat over het eindverslag van de informateur
Lees verder