Bestuur Partij voor de Dieren: geen integriteitsschendingen Ouwehand
Partijleider en lijsttrekker Esther Ouwehand heeft geen integriteitsschendingen begaan. Tot deze conclusie is het dagelijks bestuur van de Partij voor de Dieren, onder voorzitterschap van Michiel Knol, gekomen na het doorlopen van een zorgvuldige en intensieve procedure. Hierbij heeft het bestuur zich laten bijstaan door een jurist en hebben externe deskundigen een onafhankelijke toetsing uitgevoerd. De negen meldingen tegen Ouwehand zijn allemaal afkomstig van leden van het voormalige partijbestuur. Geen van de negen meldingen bleek gegrond.
Het bestuur heeft, uit oogpunt van zorgvuldigheid en gelet op de grote belangen, twee externe deskundigen op het gebied van integriteit om een second opinion gevraagd. Deze stap gaat verder dan de meldregeling van de Partij voor de Dieren voorschrijft. Ook deze externe deskundigen zijn tot de conclusie gekomen dat in het geval van alle meldingen er geen sprake is van integriteitsschendingen. Dezelfde conclusies gelden voor een medewerker van Esther Ouwehand tegen wie één van de meldingen ook gericht was.
In het kader van de vertrouwelijkheid kan het bestuur niet op de exacte inhoud van de verschillende meldingen ingaan. Het bestuur concludeert wel dat er door het voormalige bestuur op een oneigenlijke manier is omgegaan met de eigen meldprocedure. Zowel de bestuurlijke lijnen als de integriteitsregelingen zijn aan een stevige professionaliseringsslag toe. Het bestuur heeft naar aanleiding van de recente gebeurtenissen ook besloten zo snel mogelijk een externe integriteitssecretaris aan te stellen.
Al langere tijd bestond er een verschil van inzicht over de professionalisering van de Partij voor de Dieren tussen enerzijds het voormalige partijbestuur en anderzijds de partijleider en een groot deel van de lokale en regionale volksvertegenwoordigers en afdelingsbestuurders. De meldingen die tegen Ouwehand zijn gedaan zijn door hun timing en strekking onmiskenbaar een escalatie geweest om dit verschil van inzicht te beslechten.
Het besluit om Ouwehand niet voor te dragen als kandidaat-lijsttrekker en haar zelfs uit te sluiten van de kandidaatstellingsprocedure, waardoor de leden op het congres van 24 september niet in de gelegenheid zouden zijn geweest om alsnog voor Ouwehand te kiezen, was bovendien onrechtmatig. Het huidige bestuur betreurt het handelen van het voormalige bestuur ten zeerste, omdat grote schade is toegebracht aan de partij en aan Ouwehand.
Daarnaast wil het bestuur stilstaan bij het NRC-artikel waarin Ouwehand wordt verweten dat zij druk zou hebben gezet op de integriteitssecretaris in een e-mail. Het bestuur heeft de desbetreffende mail gelezen en concludeert daaruit dat Ouwehand de integriteitssecretaris op een correcte manier heeft gewezen op de onzorgvuldige en onjuiste behandeling van haar medewerker en haarzelf. Het bestuur heeft ook geconcludeerd dat de meldingen tegen Ouwehand en haar medewerker inderdaad op onjuiste en onzorgvuldige wijze in behandeling zijn genomen. Dat Ouwehand opkwam voor haar eigen rechten en die van haar medewerker vindt het bestuur vanzelfsprekend. Dat Ouwehand nu anoniem wordt belasterd in de media is afkeurenswaardig. Dit schaadt Ouwehand, de partij en het meldklimaat. Ook dit laatste vindt het bestuur kwalijk omdat ze staan voor een partij waarin daadwerkelijk ernstige zaken moeten kunnen worden gemeld.
Ten slotte is het bestuur van mening dat Ouwehand alle vertrouwen verdient als lijsttrekker en partijleider van de Partij voor de Dieren. Het bestuur hoopt ook dat de Partij voor de Dieren zich snel weer druk kan maken over waar het echt om gaat: dierenrechten en een leefbare planeet.
Volledigheidshalve biedt het bestuur hieronder een feitenrelaas van deze situatie:
- Op 17 juli 2023 draagt het toenmalig bestuur Esther Ouwehand voor als de kandidaat-lijsttrekker van de Partij voor de Dieren;
- Op 30 augustus doet het toenmalig bestuur een melding van een vermoeden van een integriteitsschending tegen Esther Ouwehand en één van haar medewerkers.
- Op 5 september heeft de integriteitssecretaris een gesprek met Esther Ouwehand in haar rol als werkgever over de vermeende integriteitsschending van haar medewerker. Esther Ouwehand wordt niet geïnformeerd dat over hetzelfde feit ook een melding tegen haar is gedaan;
- Op 6 september heeft de betrokken medewerker een gesprek met de integriteitssecretaris, ook daar is Esther Ouwehand bij aanwezig in haar rol als werkgever. Ook in dit gesprek wordt Esther Ouwehand niet geïnformeerd dat de melding ook tegen haar is gedaan.
- Op 8 september stuurt Esther Ouwehand een kritische brief naar het toenmalig bestuur en een afschrift daarvan aan alle fractievoorzitters, alle afdelingsvoorzitters, de Europarlementariër van de partij en de voorzitter van de jongerenvereniging, onder andere over het gebrek aan professionalisering van de partij en een gebrek aan besef van basale democratische verhoudingen bij het toenmalig bestuur;
- Op 9 september meldt het toenmalig bestuur aan Esther Ouwehand dat het haar niet langer wil voordragen als lijsttrekker en dat ze niet langer wordt toegelaten tot de kandidaatstellingsprocedure vanwege mogelijke integriteitsschendingen. Het toenmalig bestuur licht hierover vrijwel meteen de media in;
- Op 13 september meldt het toenmalig bestuur, na een sommatie van de advocaten van Esther Ouwehand en na kritiek van een groot aantal leden, dat het hun besluit over het lijsttrekkerschap en het weren van Esther Ouwehand uit de kandidaatstellingsprocedure zal terugdraaien. Het toenmalig bestuur meldt ook dat het zal aftreden, maar herhaalt ook de beschuldigingen over integriteitsschendingen;
- Op 14 september dienen leden van het toenmalig bestuur zeven meldingen tegen Esther Ouwehand in;
- Op 14 september 17 uur treedt het toenmalige bestuur af en stelt een interim-bestuur aan dat bestaat uit kandidaten die zijn voorgedragen door afdelingsbesturen van de partij en het bestuur van jongerenorganisatie PINK!;
- Op 14 september treedt een lid van het voormalige bestuur op in een avondtalkshow waarin hij aangeeft dat de meldingen tegen Esther Ouwehand door de voormalige bestuursleden zelf zijn gedaan;
- Op 19 september stuurt Esther Ouwehand een mail aan de integriteitssecretaris, waarin ze erop wijst dat de integriteitssecretaris procedurele fouten heeft begaan met betrekking tot de melding tegen de medewerker van de Tweede Kamerfractie;
- Op 24 september vindt het grootste partijcongres tot nu toe plaats; tijdens dit congres benoemen de leden de interim-bestuurders als nieuwe bestuursleden en kiezen de leden voor Esther Ouwehand als lijsttrekker; ook legt de partijvoorzitter een verklaring over de meldingen af, waarin hij aangeeft nog niet voldoende te zijn geïnformeerd om een standpunt te kunnen innemen; ten slotte kondigt Esther Ouwehand aan tijdelijk haar taken als fractievoorzitter en lijsttrekker neer te leggen, zodat de meldingen tegen haar in alle rust onderzocht kunnen worden.
- Op 27 september dient een lid van het voormalige partijbestuur nog een melding tegen Esther Ouwehand in;
- Op 27 september draagt de integriteitssecretaris alle meldingen over aan de partijvoorzitter, vanaf dan start de partijvoorzitter, bijgestaan door leden van het dagelijks bestuur, met het behandelen van de meldingen conform de procedure die is vastgelegd in de meldregeling; daarbij vragen zij advies van een extern deskundige op het gebied van verenigingsrecht. Vervolgens heeft het bestuur de uitkomsten onafhankelijk laten toetsen door twee externe deskundigen op het gebied van integriteit (second opinion);
- Op 3 oktober neemt de partijvoorzitter in samenspraak met het dagelijks bestuur een definitief standpunt in, namelijk dat op één na alle meldingen niet ontvankelijk zijn en dat de laatste melding deels niet ontvankelijk en deels niet gegrond is; ook de second opinion bevestigt dat Esther Ouwehand geen integriteitsschendingen heeft begaan; dezelfde conclusies gelden voor de medewerker van Esther Ouwehand tegen wie één van de meldingen ook was gericht;
- Op 3 oktober wordt Esther Ouwehand mondeling en geanonimiseerd op de hoogte gebracht van de aard van de meldingen;
- Op 5 oktober wordt het definitieve standpunt schriftelijk uitgewerkt;
- Op 6 oktober worden de melders geïnformeerd over het standpunt;
- Op 6 oktober ontvangen de leden een verklaring van het partijbestuur over het feit dat Esther Ouwehand geen integriteitsschendingen heeft begaan.
Gerelateerd nieuws
Partij voor de Dieren doet aangifte bij ACM over hoge dierenartskosten
Op dierendag luidt de Partij voor de Dieren de noodklok over de snel stijgende dierenartskosten. Commerciële dierenartsketens...
Lees verderRegering moet Chemours aansprakelijk stellen!
Dankzij een aangenomen voorstel van de Partij voor de Dieren en de SP moet de regering Chemours aansprakelijk stellen voor de...
Lees verderBlijf op de hoogte van het laatste landelijke nieuws
Abonneer op de nieuwsbrief