Kabinet Balke­nende maakt ruim baan voor uitbrei­dingen bio-industrie


19 november 2006

Amsterdam, 20 november 2006 - De Partij voor de Dieren is verbijsterd over de recente poging van het Ministerie van VROM om de milieuregels voor de bio-industrie te versoepelen. Op de valreep probeert de bio-industrielobby via het Kabinet Balkenende nog even de kroon op haar werk te zetten door voor de meeste bio-industriebedrijven de verplichting om milieuvergunningen aan te vragen te schrappen. Duizenden omwonenden zullen hiervan in de toekomst de kwalijke gevolgen aan den lijve ondervinden. Het ontwerpbesluit wijziging besluit landbouw milieubeheer met betrekking tot intensieve veehouderijen dat thans in de Tweede Kamer in behandeling is, geeft circa 75% van de nu vergunningplichtige 10.000 veehouderijbedrijven de mogelijkheid om zonder vergunning hun veestapel uit te breiden. Dat zal grote consequenties hebben voor het milieu. De veehouderijen leveren een enorme bijdrage aan de stankoverlast, geluidshinder, ammoniakemissie en aan de fijnstofemissie, die ca. 20% van de totale fijnstofemissie in Nederland bedraagt.

De bio-industrie kenmerkt zich door een werkwijze waarin de grenzen van het mogelijke voortdurend worden opgezocht en overschreden qua dierenwelzijn en milieu. De bio-industrielobby heeft de afgelopen jaren het eind jaren 80, begin jaren 90 van de vorige eeuw ontwikkelde milieubeleid in verregaande mate weer opgeheven weten te krijgen met steun van VVD, CDA en LPF. Deze ontmanteling van de milieuwetgeving heeft zeer succesvol en in oorverdovende politieke stilte kunnen plaatsvinden, doordat de zittende politieke partijen door gebrek aan kennis en aandacht, maar ook door hun nauwe banden met de bio-industrie zich hiertegen onvoldoende hebben verzet. Memorabel is het KLPD rapport dat in 2005 door Wakker Dier openbaar gemaakt werd, waarin gesproken werd over nauwe verstrengeling van bio-industriƫle toeleveranciers en politiek waardoor zelfs de bestuurlijke integriteit gevaar zou kunnen lopen.

De nu voorgestelde vrijstelling betreft varkensmesterijen tot 2000 varkens die jaarlijks 2000 m3 mest produceren. Deze bedrijven moeten 357 meter afstand bewaren tot stankgevoelige objecten (woonhuizen en dergelijke). Volgens de voorgestelde regeling wordt die afstand gereduceerd tot 260 meter. Het ontwerp noemt eveneens bedrijven tot 1200 mestkalveren en 2000 geiten of schapen, die qua milieubelasting vergelijkbaar zijn met de varkensmesterijen.

De gevolgen voor de omwonenden zullen ernstig zijn:

  • Stank: waar tot nu toe de methode geldt om de gecumuleerde stank van
    meerdere veehouderijbedrijven te beoordelen op aanvaardbaarheid voor nabijgelegen woningen, wordt deze bescherming geschrapt.
  • Stank: Duizenden woningen zijn teruggeplaatst in een lagere beschermingscategorie, hetgeen betekent dat veel hogere stankbelasting wordt toegestaan.
  • Ammoniak: de kwetsbare natuur wordt nu tot een afstand van 3000 meter beschermd; dat wordt 250 meter
  • Ammoniak: waar nu alle gebieden groter dan 5 ha worden beschermd, dreigt dat in de toekomst alleen voor gebieden groter dan 50 ha te gelden.
  • Geluidhinder: het ontwerp heeft tot gevolg dat duizenden huizen slechter worden beschermd tegen geluidhinder. Het geldende beleidskader bood doorgaans een geluidbescherming van 40 dB(A) in de dagperiode, 35 dB(A) in de avondperiode en 30 dB(A) in de nachtperiode. Dit conform de Handreiking Industrielawaai. Met het voorstel zal de geluidbelasting bijna kunnen verdubbelen.

In de Nota van toelichting wordt het vertrouwen uitgesproken dat de regels zullen worden gehandhaafd door de afdeling milieuhandhaving waardoor een even hoog niveau van bescherming van het milieu kan worden gewaarborgd. Dit is een aperte onwaarheid. De gelegenheid voor belanghebbenden om hun zorg uit te spreken over de mogelijke milieugevolgen van ook zeer grote installaties wordt immers weggenomen. De buurtbewoners wordt de mond gesnoerd en ze worden gedwongen volledig te vertrouwen op de veehouder die wenst uit te breiden en op de Afdeling Milieuhandhaving als tandenloze tijger voor de naleving van de regels. Uit navraag bij het ministerie bleek naleving van de regels geen zelfstandig punt van onderzoek te zijn geweest.

Handhaving van milieuregels is nooit een paradepaardje van de overheid geweest getuige de ervaringen uit het recente verleden waarbij bedrijfsmutaties massaal zonder vereiste papieren zijn uitgevoerd.

Het ontwerpbesluit laat de macht zien van de bio-industrielobby die er niet voor terugdeinst om in dit dichtbevolkte land met zijn vele milieuproblemen er nog een schep bovenop te doen door de milieuregels voor de meeste bedrijven te schrappen en het leefomgeving van de bevolking verder te verzieken. De Partij voor de Dieren zal zodra zij in de Kamer komt er alles doen om aan deze uitkleding van de milieuregels ten behoeve van de bio-industrie een halt te roepen c.q terug te draaien.

Gerelateerd nieuws

Ontwerper Tweede Kamer-stoel eist "gebruiksvergoeding" van Partij voor de Dieren

Amsterdam, 19 november 2006 - Nog voor de Partij voor de Dieren zetels heeft verworven voor de Tweede Kamer wordt de partij a...

Lees verder

Waarom Landbouwminister Cees Veerman zich niet zo druk maakt over dierenwelzijn

Dit journalistieke, onafhankelijke artikel namen wij over uit Intermediair. We hebben toestemming van auteur Jeroen Siebelink...

Lees verder

Blijf op de hoogte van het laatste landelijke nieuws

    Abonneer op de nieuwsbrief