Kamer wil aanpak problemen fiets­par­keren

De regering moet in overleg gaan met grote steden, NS en ProRail over het terugdringen van problemen met het stallen van fietsen bij stations. De Kamer heeft een motie van Kamerlid Esther Ouwehand aangenomen die hierom vraagt. Overvolle fietsenstallingen zijn een dagelijkse ergernis voor reizigers die met de fiets naar het station gaan. De Partij voor de Dieren wil voorkomen dat reizigers overgaan op een ander vervoersmiddel.

Bewoners van grote steden laten de auto vaker staan en pakken de fiets. In Amsterdam wordt er bijvoorbeeld ruim 40 procent meer gefietst dan twintig jaar geleden, een goede ontwikkeling. Wanneer al die extra kilometers per auto werden afgelegd, zou de asfalthonger alleen maar toenemen -met alle gevolgen van dien voor klimaat, luchtkwaliteit en volksgezondheid.

Van de treinreizigers gaat dagelijks 40 tot 45 procent met de fiets naar het station. Het is zorgelijk dat zij bij gebrek aan fietsparkeermogelijkheden veel moeite moeten doen om de fiets een plek te geven. Volgens ProRail zijn er 180.000 tot 260.000 fietsparkeerplekken tekort. De Partij voor de Dieren wil voorkomen dat reizigers door deze problemen voor een ander vervoersmiddel gaan kiezen. Om fietsen aantrekkelijk te houden, moet het tekort aan fietsparkeerplekken bij de stations worden opgelost.

De regering moet dankzij de aangenomen motie in overleg gaan met de grote steden, NS en ProRail over het terugdringen van problemen rond fietsparkeren. Esther Ouwehand: “Een kabinet dat de mobiliteitsproblemen in Nederland wil oplossen, moet allereerst op de bres voor de fietser. De Hollandse fietscultuur bloeit; steeds meer mensen willen met fiets en trein naar hun werk. Maar met name in de grote steden ondervinden zij problemen, bijvoorbeeld met het vinden van een goede plek om hun fiets te stallen. De Partij voor de Dieren wil dat het kabinet samen met de steden, NS en ProRail belemmeringen voor fietsers uit de weg ruimt. Zo hou je Nederland bereikbaar en gezond”.