Partij voor de Dieren blijft kritisch op Sleepwet

Bij het debat over de aangepaste Sleepwet heeft de Partij voor de Dieren kritische vragen gesteld over de ‘minimale aanpassingen’ en suggesties aangedragen ter verbetering van de wet. “De wijzigen die het kabinet voorstelt zorgen er niet voor dat de Partij voor de Dieren nu vertrouwen heeft dat de privacy van burgers goed geregeld is”, zegt PvdD-Kamerlid Eva van Esch, die vindt dat de Sleepwet ingetrokken had moeten worden. “Deze wet werd bij referendum verworpen, maar die uitkomst is volledig genegeerd. Dat is schadelijk voor het vertrouwen in de democratie.”

Op 21 maart 2018 zei de Nederlandse burger via een referendum nee tegen de zogenoemde Sleepwet. Ook de Partij voor de Dieren was fel tegenstander van deze wet, omdat die een gevaar vormt voor de privacy en de veiligheid. De wet geeft namelijk toestemming voor het massaal verzamelen van data, die ongecontroleerd naar het buitenland gestuurd kunnen worden. Daarnaast kunnen mensen bespied worden die helemaal geen verdachten zijn. Van Esch: “Met deze wet worden grote hoeveelheden aan persoonsgegevens opgeslagen zonder dat hier een goede reden voor is. Na het referendum had de regering gehoor moeten geven aan de boodschap die de bevolking gaf door de wet in te trekken. Maar in plaats daarvan kwamen er enkele minimale aanpassingen, zoals het wijzigen van de bewaartermijn voor gegevens van 3 jaar naar, jawel, 3 keer 1 jaar.”

Over die minimale aanpassingen aan de Sleepwet boog de Tweede Kamer zich precies 805 dagen nadat de wet ondanks het referendum gewoon in werking trad. Van Esch deed in het debat enkele voorstellen om de wet aan te scherpen. “Doordat dit kabinet weigerde de noodrem waar de bevolking aan trok serieus te nemen en een betere wet te maken, is dat helaas waar het nu om draait: slechts marginale aanpassingen. En het vertrouwen dat wij als parlement zouden moeten hebben in de werkwijze van diensten. Want van een goede wet hoeven we het niet te hebben.”

Als het gaat om vertrouwen krijgt het kabinet van de PvdD in ieder geval niet het voordeel van de twijfel. “Nog geen jaar geleden gaf minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid aan dat hij toegang wil tot WhatsApp en andere chatdiensten. En diezelfde Grapperhaus kwam recent met een wet die al snel tot Super-Syri gedoopt werd. En dan hebben we het nog niet gehad over de kabinetsinzet bij het openstellen van 8 miljoen medische dossiers, bij de corona-apps en de telecomdata. Kortom, de Partij voor de Dieren heeft er weinig vertrouwen in dat dit kabinet het meent met het waarborgen van de privacy”, aldus Van Esch.

De PvdD stemde vandaag wel in met de minimale wijzigingen van de wet. "Deze wijzigingen zijn zeker niet voldoende. Maar door tegen wijzigingen te stemmen die een slechte wet een heel klein beetje minder slecht maakt, zou je juist het signaal afgeven dat de huidige Sleepwet voldoende zou zijn", licht Van Esch toe.

Lees hier de bijdrage van Eva van Esch.