Partij voor de Dieren zet behan­deling wets­voorstel onver­doofde slacht door

Het Europese Hof van Justitie oordeelde vandaag dat een verbod op onverdoofde slacht niet in strijd is met de Europese grondrechten. Europese lidstaten zijn daardoor vrij om dit te verbieden. De Partij voor de Dieren werkte al aan een wetsvoorstel voor een verbod, maar had de behandeling tijdelijk stilgelegd in afwachting van het vonnis. “Dit is heel goed nieuws. Het oordeel van het Hof ligt helemaal in lijn met de uitgangspunten van ons wetsvoorstel. Nu staat het ons vrij om ook in Nederland een einde te maken aan het vreselijke lijden van dieren tijdens de onverdoofde slacht,” legt fractievoorzitter Esther Ouwehand uit.

In Nederland is het al bijna 100 jaar verboden om dieren zonder verdoving te slachten, maar voor religieuze slacht wordt een uitzondering gemaakt. Dit heeft ernstig dierenleed tot gevolg. Daarom diende de Partij voor de Dieren een wetsvoorstel in om deze uitzondering te schrappen, en daarmee de wettelijke plicht om dieren voorafgaand aan de slacht te bedwelmen voor álle dieren te laten gelden. Esther Ouwehand: “Het moet voor een dier niet uitmaken welk geloof zijn slachter heeft. De vrijheid van godsdienst moet worden afgewogen tegen andere zwaarwegende belangen, en het lijden van dieren is dat wat ons betreft. Ook het Europese Hof oordeelt nu dat dierenwelzijn een voldoende zwaarwegend belang is om in te grijpen. Hoog tijd dat we dat in Nederland ook gaan doen!”

In het oordeel van het Europese Hof wordt geconcludeerd: “Er bestaat wetenschappelijke consensus over het feit dat voorafgaande bedwelming de optimale methode is om het lijden van dieren bij het doden te verminderen”. Het verplicht stellen van een voorafgaande, omkeerbare, bedwelming dient volgens het Hof een doelstelling van algemeen belang die door de Unie is erkend, namelijk het bevorderen van het dierenwelzijn en is daarom geoorloofd.

In 2011 diende Marianne Thieme al een wetsvoorstel tegen de onverdoofde slacht in dat door een meerderheid in de Tweede Kamer werd gesteund. Dit voorstel strandde vervolgens helaas in de Eerste Kamer. In 2018 diende de Partij voor de Dieren opnieuw een wetsvoorstel in. Lees hier meer.