Verbod op megastallen
De Partij voor de Dieren wil een verbod op de 'megamorfose' van ons landschap. Megastallen vormen een gevaar voor het dierenwelzijn, onze gezondheid, de natuur en het milieu. In grote megastallen (dierfabrieken) worden zoveel mogelijk dieren op een klein stukje grond gehouden om geld te verdienen. Dit zorgt alleen voor enorm veel geld in de portemonnee van grote ondernemers, die winst maken over de ruggen van dieren en ten koste van kleine familiebedrijven. Het gevolg is dat dieren moeten worden aangepast aan deze omgeving. Terwijl het andersom zou moeten zijn: waarbij de huisvesting aan de dieren wordt aangepast.
Grote hoeveelheden dieren die dicht op elkaar leven, vormen een groot risico op (dier)ziekten. Voorbeelden hiervan zijn vogelpest, Q-koorts, MRSA en Corona. Deze ziektes kunnen overspringen van dieren op mensen en daardoor ook gevaarlijk zijn voor mensen. Om te voorkomen dat dieren in megastallen ziek worden krijgen ze standaard medicijnen (antibiotica). Hier moeten strengere regels voor komen. Want de grote hoeveelheden antibiotica die deze dieren krijgen, kunnen ervoor zorgen dat ziekteverwekkers gewend raken aan de antibiotica. Hierdoor werkt de antibiotica niet meer, ook niet als mensen het nodig hebben.
Daarom dringt de Partij voor de Dieren erop aan om het belang van gezondheid mee te nemen bij het bepalen van nieuwe (mega) vee-industriebedrijven. Er moet een afstand van minimaal 2.000 meter worden aangehouden tussen twee stallen en tussen de stallen en woningen.
Inhoudsopgave
Het standpunt Verbod op megastallen is onderdeel van: Dierenrechten