Kamervragen aan de minister van LNV over het transactiebeleid van dierentuinen
Indiendatum: feb. 2008
Vragen van het lid Ouwehand van de Partij voor de Dieren aan de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het transactiebeleid van dierentuinen
1. Kent u het bericht ‘Giraffe overlijdt vlak voor transport naar Emmen’ (1)?
2. Kunt u aangeven op welke wijze wordt toegezien op de gezondheid van dieren voorafgaand aan en tijdens het vervoer over lange afstanden naar andere dierentuinen? Welke criteria worden gehanteerd voor het vervoer van dieren in termen van gezondheid, stressgevoeligheid en algemeen welzijn van de betreffende dieren?
3. Kunt u aangeven op welke wijze wordt toegezien op een goede uitvoering van het transactiebeleid van dierentuinen? Acht u dit toezicht voldoende?
4. Kunt u aangeven in welk stadium de uitvoering van de aangenomen motie Ouwehand over een evaluatie van het Dierentuinenbesluit zich momenteel bevindt?
5. Kunt u aangeven hoe de exacte onderzoeksvraag van deze evaluatie geformuleerd is en wie de evaluatie zal uitvoeren?
6. Kunt u aangeven of maatschappelijke organisaties reeds benaderd zijn om mee te denken over de uitvoering van deze motie? Zo ja, welke organisaties zijn dit? Zo neen, bent u voornemens dit alsnog te doen en zo ja, op welke termijn?
(1) http://www.rtvnoord.nl/nieuws/index.asp?actie=totaalbericht&pid=71420
30 800 XIV, nr. 121
Indiendatum:
feb. 2008
Antwoorddatum: 11 mrt. 2008
Geachte Voorzitter,
Hierbij doe ik u toekomen de antwoorden op de vragen van het lid Ouwehand (PvdD) over het transactiebeleid van dierentuinen.
1
Kent u het bericht ‘Giraffe overlijdt vlak voor transport naar Emmen’? 1)
Ja.
2
Kunt u aangeven op welke wijze wordt toegezien op de gezondheid van dieren vooraf¬gaand aan en tijdens het vervoer over lange afstanden naar andere dierentuinen? Welke criteria worden gehanteerd voor het vervoer van dieren in termen van gezondheid, stressgevoeligheid en algemeen welzijn van de betreffende dieren?
De diergezondheidseisen voor de handel in de meeste dierentuindieren liggen vast in de Europese richtlijn 92/65/EEG. Deze richtlijn is geïmplementeerd in de Regeling handel levende dieren en levende producten. De welzijnsvoorwaarden met betrekking tot het transport zijn verankerd in de Transportverordening (Verordening (EG) nr. 1/2005).
Voorafgaand aan de export beoordeelt de officiële dierenarts de dieren met betrekking tot de gezondheid. Dit gebeurt middels een controle op de dierziektestatus van het herkomstbedrijf, door een klinische keuring van de betrokken dieren, inspectie van het vervoermiddel, controle van de vergunning voor lange afstand (indien de ontvanger niet binnen acht uur bereikt kan worden) en de daarbij behorende getuigschriften van vakbekwaamheid van de chauffeur.
3
Kunt u aangeven op welke wijze wordt toegezien op een goede uitvoering van het transactiebeleid van dierentuinen? Acht u dit toezicht voldoende?
In navolging van artikel 13 van het Dierentuinenbesluit is aan de vergunninghouders de voorwaarde in de vergunning opgelegd om een afschrift van de inventarisatie- en transactielijsten aan Dienst Regelingen toe te zenden.
Grote veranderingen, zoals nieuwe soorten en/of verblijven, moeten vooraf worden gemeld, in navolging van artikel 4, lid 8, van het Dierentuinenbesluit. De aangeboden informatie wordt aan het Dierentuinenbesluit getoetst.
4, 5 en 6
Kunt u aangeven in welk stadium de uitvoering van de aangenomen motie-Ouwehand over een evaluatie van het Dierentuinenbesluit 2) zich momenteel bevindt?
Kunt u aangeven hoe de exacte onderzoeksvraag van deze evaluatie geformuleerd is en wie de evaluatie zal uitvoeren?
Kunt u aangeven of maatschappelijke organisaties reeds benaderd zijn om mee te denken over de uitvoering van deze motie? Zo ja, welke organisaties zijn dit? Zo neen, bent u voornemens dit alsnog te doen en zo ja, op welke termijn?
De evaluatie van het Dierentuinenbesluit bevindt zich in het voorbereidende stadium. Zoals toegezegd, zal het evaluatie-onderzoek in december 20008 gereed zijn.
Relevante (maatschappelijke) organisaties zullen bij het onderzoek worden betrokken.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
1) http://www.rtvnoord.nl/nieuws/index.asp?actie=totaalbericht&pid=71420
2) Kamerstuk 30 800 XIV, nr. 121
Interessant voor jou
Kamervragen aan de ministers van VWS, Jeugd en Gezin en LNV over voorlichting aan ouders over vegetarische voeding bij kinderen
Lees verderKamervragen aan de ministers van Justitie en LNV over de Regeling Agressieve Dieren
Lees verder