Kamervragen aan de ministers van LNV en BiZa over de toename van geweld tegen vrijwilligers van dierenambulances
Indiendatum: mrt. 2008
Vragen van het lid Thieme aan de ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en Binnenlandse Zaken over de toename van geweld tegen vrijwilligers van dierenambulances
- Kent u het bericht `Agressie tegen dierenambulance’? (1) Deelt u de mening dat het hier gaat om een zorgwekkende ontwikkeling?
- Kunt u aangeven welke oorzaken en factoren ten grondslag liggen aan de toenemende verharding richting (dieren)ambulancepersoneel? Zo neen, waarom niet?
- Kunt u aangeven of het huidige beleid afdoende bescherming biedt tegen belediging, agressie, bedreiging en stress bij het verlenen van hulp aan dieren? Zo ja, hoe verhoudt dit zich tot het toegenomen aantal meldingen van (verbaal) geweld? Zo neen, bent u bereid om uw beleid hier op aan te passen?
- Deelt u de mening dat medewerkers van dierenambulances, evenals medewerkers van politie, brandweer en ambulances, gebaat zijn bij een cursus omgang met stress en agressie op het werk? Zo ja, bent u bereid hier beleid voor te ontwikkelen? Zo neen, waarom niet?
- Bent u bereid om de dierenambulance hiervoor structurele financiële ondersteuning te bieden, mede gelet op het feit dat zij een gemeentelijke taak uitvoeren? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn? Zo neen, waarom niet?
- Deelt u de mening dat ook bij dierenasielen sprake is van verschillende maten van georganiseerdheid en professionaliteit en dat de kwaliteit en uniformiteit van handelen van het personeel hierbij belangrijk is? Zo ja, op welke wijze wilt u zich inzetten voor het verbeteren van de zorg en kennis bij dierenasielen? Zo neen, kunt u dit toelichten?
- Deelt u de mening dat, evenals medewerkers van dierenambulances, medewerkers van dierenasielen baat hebben bij opleidingen en cursussen op het gebied van paraveterinaire hulpverlening en de omgang met agressie en stress op de werkvloer? Zo ja, bent u bereid om dergelijke opleidingen voor medewerkers van dierenasielen te faciliteren? Zo neen, waarom niet?
(1) http://www.ad.nl/denhaag/zoetermeer/2102786/Agressie_tegen_dierenambulance.html
Indiendatum:
mrt. 2008
Antwoorddatum: 3 apr. 2008
Geachte Voorzitter,
Bij deze doe ik u, mede namens de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), de antwoorden toekomen op de vragen van het lid Thieme (PvdD) over de toename van geweld tegen vrijwilligers van dierenambulances.
1
Kent u het bericht ‘Agressie tegen dierenambulance’? Deelt u de mening dat het hier gaat om een zorgwekkende ontwikkeling?
Ja. Het is inderdaad een zorgwekkende ontwikkeling.
2
Kunt u uiteenzetten welke factoren ten grondslag liggen aan de toenemende verharding richting (dieren)ambulancepersoneel? Zo neen, waarom niet?
Geweld en verharding worden in het algemeen veroorzaakt door een combinatie van factoren, waarbij onder meer te denken valt aan de individuele gesteldheid, de sociale en de fysieke omgeving. Daarnaast is er sprake van een algemene tendens van verharding in de samenleving. Er is geen onderzoek gedaan specifiek gericht op de factoren die ten grondslag liggen aan de toenemende verharding richting dierenambulancepersoneel. Geweld is onacceptabel en dit kabinet pakt onder meer in het project ‘Veiligheid begint bij voorkomen’ dit brede maatschappelijke probleem aan.
3
Kunt u uiteenzetten of het huidige beleid afdoende bescherming biedt tegen belediging, agressie, bedreiging en stress bij het verlenen van hulp aan dieren? Zo ja, hoe verhoudt dit zich tot het toegenomen aantal meldingen van (verbaal) geweld? Zo neen, bent u bereid om uw beleid hier op aan te passen?
Het voorkomen en bestrijden van belediging, agressie, bedreiging en stress waarmee werknemers bij hun werkzaamheden geconfronteerd worden, heeft de aandacht in bovengenoemd project.
Er wordt vanuit de rijksoverheid geen specifiek beleid gevoerd om dierenambulancepersoneel bij het verlenen van hulp aan dieren tegen belediging, agressie, bedreiging en stress te beschermen.
4 en 7
Deelt u de mening dat medewerkers van dierenambulances, evenals medewerkers van politie, brandweer en ambulances, gebaat zijn bij een cursus ‘omgang met stress en agressie op het werk’? Zo ja, bent u bereid hier beleid voor te ontwikkelen? Zo neen, waarom niet?
Deelt u de mening dat, evenals medewerkers van dierenambulances, medewerkers van dierenasielen baat hebben bij opleidingen en cursussen op het gebied van paraveterinaire hulpverlening en de omgang met agressie en stress op de werkvloer? Zo ja, bent u bereid om dergelijke opleidingen voor medewerkers van dierenasielen te faciliteren? Zo neen, waarom niet?
Dierenambulanceorganisaties en dierenasielen zijn - in tegenstelling tot de brandweer en dergelijke private instellingen en zijn zelf onder andere verantwoordelijk voor de eigen arbeidsomstandigheden en opleiding van hun medewerkers, waaronder ook eventuele trainingsmogelijkheden met betrekking tot het leren omgaan met agressie en stress op het werk. Ik kan mij voorstellen dat een dergelijke cursus dierenambulance- en dierenasielmedewerkers zou kunnen helpen beter om te gaan met gevallen van stress en agressie op het werk. Ik ben niet voornemens hiervoor specifiek beleid te ontwikkelen. Ik heb eerder in de Nota dierenwelzijn toegezegd de opzet van een specifieke cursus voor medewerkers op dierenambulances te willen financieren ter stimulering van de professionalisering van dierenambulances.
5
Bent u bereid om de dierenambulance hiervoor structurele financiële ondersteuning te bieden, mede gelet op het feit dat zij een gemeentelijke taak uitvoeren? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn? Zo neen, waarom niet?
Ik ben niet van plan om dierenambulanceorganisaties voor een dergelijke cursus structurele financiële ondersteuning te geven, omdat het private instellingen zijn die een eigen verantwoordelijkheid hebben ten aanzien van het genereren van financiële middelen. Voorts zijn voor de uitvoering van gemeentelijke taken gemeenten verantwoordelijk.
6
Deelt u de mening dat ook bij dierenasielen sprake is van verschillende maten van georganiseerdheid en professionaliteit en dat de kwaliteit en uniformiteit van handelen van het personeel hierbij belangrijk is? Zo ja, op welke wijze wilt u zich inzetten voor het verbeteren van de zorg en kennis bij dierenasielen? Zo neen, kunt u dit toelichten?
Dierenasielen waar honden en katten worden opgevangen, vallen onder de reikwijdte van het Honden- en kattenbesluit. De beheerder van het asiel dient te beschikken over een vakbekwaamheidsdiploma en het asiel dient te voldoen aan de voorschriften in het Besluit, hetgeen randvoorwaarden schept voor een bepaald niveau van zorg en kennis. Evenals voor iedere andere organisatie geldt ook voor dierenasielen dat de georganiseerd¬heid en professionaliteit per geval kunnen verschillen en dat de kwaliteit en uniformiteit van handelen van het personeel hierbij van belang zijn. Bij de totstandkoming van certificatieschema’s voor asielen waar honden en katten worden opgevangen, zal aandacht besteed worden aan de kwaliteit van de asielen.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
Interessant voor jou
Kamervragen aan de ministers van LNV, V&W en Justitie over het lokken van zwijnen naar de snelweg
Lees verderKamervragen aan de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over een verbod op preventief antibioticagebruik in de veehouderij
Lees verder